ECLI:NL:RBDHA:2023:5951
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid van bestuurders bij turboliquidatie en onbetaalde facturen
In deze zaak vorderde [eiser], een vennootschap, betaling van [gedaagde], de bestuurder van een via turboliquidatie ontbonden vennootschap, voor onbetaalde facturen. De rechtbank Den Haag behandelde de zaak op 26 april 2023. De procedure begon met een dagvaarding op 13 juni 2022, gevolgd door een mondelinge behandeling op 17 februari 2023. De rechtbank moest beoordelen of [gedaagde] aansprakelijk was voor de schade die [eiser] had geleden door het onbetaald blijven van haar facturen. De rechtbank overwoog dat, hoewel in principe alleen de vennootschap aansprakelijk is voor haar verplichtingen, er onder bepaalde omstandigheden ook persoonlijke aansprakelijkheid van de bestuurder kan bestaan. Dit kan het geval zijn als de bestuurder wist of redelijkerwijs moest begrijpen dat de vennootschap haar verplichtingen niet zou kunnen nakomen. De rechtbank concludeerde dat [eiser] niet voldoende bewijs had geleverd voor haar stellingen over de financiële situatie van de vennootschap en de persoonlijke aansprakelijkheid van [gedaagde]. De vorderingen van [eiser] werden afgewezen, en zij werd veroordeeld in de proceskosten. De rechtbank benadrukte dat de ontbinding van de vennootschap zonder vereffening niet onrechtmatig was, aangezien er geen baten waren op het moment van ontbinding.