Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiseres], eiseres,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
Procesverloop
Overwegingen
gevolgis, maar iets dat aan het intrekkingsbesluit
voorafging. Ter ondersteuning van deze stelling verwijst zij naar het artikel van professor mr. Pieter Boeles. [2] Daarnaast heeft verweerder volgens eiser niet gemotiveerd waarom volledige intrekking met terugwerkende kracht evenredig is. Eiseres voert ook aan dat er geen sprake is van frauduleus handelen en verwijst daarbij naar het arrest Baris Ünal. [3] Verder stelt eiseres dat verweerder geen belang heeft bij intrekking van haar verblijfsvergunning. Zij verwijst daarbij naar de uitspraak van deze rechtbank, zittingsplaats Amsterdam van 15 juni 2022. [4] Tot slot wijst eiseres op bladzijde 9 van de Stand van de Uitvoering uit 2021. [5] Op die bladzijde wordt opgemerkt dat verweerder soms worstelt met zaken waarin een handeling van de verweerder een verblijfsgat oplevert voor een kennismigrant. Verweerder vraagt zich dan af: “Als iets juridisch correct is, deugt het dan wel?” Volgens eiseres is dat ook in haar zaak aan de orde.