In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Arnhem, op 16 november 2023, wordt het beroep van eiser tegen het voortduren van de aan hem opgelegde maatregel van bewaring beoordeeld. Deze maatregel is opgelegd op 23 juni 2023 op basis van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft eerder beroep aangetekend tegen deze maatregel, met uitspraken op 10 juli, 29 augustus en 13 oktober 2023. De rechtbank heeft het vooronderzoek op 9 november 2023 gesloten en besloten dat de zaak niet op zitting wordt behandeld.
De rechtbank onderzoekt of het voortduren van de maatregel van bewaring rechtmatig is, aan de hand van de beroepsgronden van eiser. Eiser stelt dat er geen zicht op uitzetting is, maar de rechtbank oordeelt dat deze beroepsgrond niet slaagt. De staatssecretaris heeft op 27 juni 2023 een laissez-passer aanvraag naar de Malinese autoriteiten verzonden en eiser heeft niet actief meegewerkt aan de presentatie op 27 september 2023. De rechtbank concludeert dat er voldoende zicht op uitzetting is en dat het voortduren van de maatregel rechtmatig is.
De rechtbank komt tot de conclusie dat het beroep ongegrond is en wijst het verzoek om schadevergoeding af. De uitspraak is gedaan door rechter G.H.W. Bodt, in aanwezigheid van griffier S.M. Hampsink, en is openbaar gemaakt. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.