ECLI:NL:RBDHA:2023:15969

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
19 september 2023
Publicatiedatum
24 oktober 2023
Zaaknummer
NL23.23901
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van het beroep tegen het niet in behandeling nemen van een asielaanvraag op basis van het interstatelijk vertrouwensbeginsel met betrekking tot Spanje

In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedaan op 19 september 2023, wordt het beroep van eiser tegen het niet in behandeling nemen van zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd beoordeeld. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag afgewezen met het argument dat Spanje verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. M.J.W. Melchers, heeft hiertegen beroep aangetekend, waarbij hij stelt dat Spanje niet langer kan worden vertrouwd op basis van het interstatelijk vertrouwensbeginsel, gezien de problemen met toegang tot de asielprocedure en opvang in Spanje, zoals beschreven in verschillende rapporten.

De rechtbank heeft het beroep op 5 september 2023 behandeld, waarbij ook een tolk en de gemachtigde van de staatssecretaris aanwezig waren. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris op basis van het interstatelijk vertrouwensbeginsel mocht aannemen dat Spanje zijn verdragsverplichtingen nakomt. Eiser heeft niet voldoende bewijs geleverd dat er sprake is van structurele tekortkomingen in de Spaanse asielprocedure die de hoge drempel van zwaarwegendheid van artikel 3 EVRM zouden bereiken. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris de asielaanvraag van eiser niet in behandeling hoefde te nemen en verklaart het beroep ongegrond. Eiser krijgt geen proceskostenvergoeding.

De uitspraak benadrukt de rol van de Dublinverordening en de verantwoordelijkheden van lidstaten in het asielproces. De rechtbank verwijst naar eerdere uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State die het interstatelijk vertrouwensbeginsel bevestigen, en concludeert dat de staatssecretaris niet in strijd heeft gehandeld door de aanvraag van eiser niet in behandeling te nemen. Eiser wordt geadviseerd om eventuele problemen met toegang tot de asielprocedure in Spanje te melden bij de Spaanse autoriteiten.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL23.23901
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen [eiser], V-nummer: [V nummer], eiser (gemachtigde: mr. M.J.W. Melchers),
en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, (gemachtigde: mr. S. Aboulouafa).

Inleiding

1.1.
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen het niet in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De staatssecretaris heeft de aanvraag met het bestreden besluit van 21 augustus 2023 niet in behandeling genomen omdat Spanje verantwoordelijk is voor de aanvraag.
1.2.
De staatssecretaris heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
1.3.
De rechtbank heeft het beroep op 5 september 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiser, de gemachtigde van eiser, F.M. Warzame als tolk en de gemachtigde van de staatssecretaris.

Beoordeling door de rechtbank

2. De rechtbank beoordeelt het niet in behandeling nemen van de asielaanvraag van eiser omdat Spanje verantwoordelijk is voor de asielaanvraag van eiser. Zij doet dat aan de hand van de argumenten die eiser heeft aangevoerd, de beroepsgronden.
3. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond. Dat betekent dat eiser ongelijk krijgt en het niet in behandeling nemen van zijn aanvraag in stand blijft. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
4. De Europese Unie heeft gezamenlijke regelgeving over het in behandeling nemen van asielaanvragen. Die staat in de Dublinverordening. Op grond van de Dublinverordening neemt de staatssecretaris een asielaanvraag niet in behandeling als is vastgesteld dat een andere lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.1 In dit geval heeft Nederland bij Spanje een verzoek om overname gedaan. Spanje heeft dit verzoek aanvaard.
Interstatelijk vertrouwensbeginsel
5. Eiser voert aan dat ten aanzien van Spanje niet langer kan worden uitgegaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel. Eiser verwijst hiertoe naar het AIDA-rapport van april 2023, update 2022, met name naar pagina’s 65 en 98. Daaruit blijkt onder meer dat het uiterst moeilijk is om toegang te krijgen tot asielprocedure, en asielzoekers tot aan de eerste afspraak geen recht hebben op opvang. Eiser wijst verder op het rapport van Dunja Mijatovic, Commissoner of Human Rights, van april 2023. Daarin worden de problemen met toegang tot de asielprocedure en de opvang bevestigd. Die problemen blijken ook uit het verslag van de UN Special Rapporteur van 2020.
6. De rechtbank oordeelt als volgt. Het uitgangspunt is dat de staatssecretaris er op grond van het interstatelijk vertrouwensbeginsel van mag uitgaan dat Spanje zijn verdragsverplichtingen nakomt. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (Afdeling) heeft in de uitspraak van 8 juli 20211 geoordeeld dat ten aanzien van Spanje van het interstatelijk vertrouwensbeginsel kan worden uitgegaan. Dit heeft de Afdeling bij uitspraken van 27 januari 20232, 29 maart 20233 en 8 juni 20234 nog eens bevestigd. Het is aan eiser om aannemelijk te maken dat dit in zijn geval niet kan.
7. Naar het oordeel van de rechtbank is eiser hier niet in geslaagd. Uit de aangehaalde rapporten blijkt dat er problemen zijn met toegang tot de asielprocedure en de opvangvoorzieningen in Spanje. Deze problemen zijn echter niet zodanig dat er sprake is van structurele tekortkomingen die de hoge drempel van zwaarwegendheid van artikel 3 EVRM bereiken, als bedoeld in het arrest Jawo5. De rechtbank legt dit hieronder uit.
8. Uit het AIDA-rapport update 2022 blijkt dat Dublinclaimanten dezelfde moeilijkheden ervaren als andere asielzoekers bij het verkrijgen van toegang tot de asielprocedure en opvangvoorzieningen (p. 65). Asielzoekers moeten wachten op een afspraak voor het formaliseren van hun aanvraag, en hebben tot die tijd geen toegang tot diensten (p. 98). De Ombudsman geeft in zijn jaarlijks verslag (2022) aan dat veel asielzoekers op straat leven of in precaire omstandigheden omdat zij lang moeten wachten op de afspraken voor het formaliseren van hun aanvraag. De structurele hervormingen die nodig zijn, blijven langdurig uit (p. 65). Vanwege de gebreken in de opvang heeft de Europese Commissie in januari 2023 een inbreukprocedure gestart tegen Spanje (p. 98). Hieruit blijkt dat er inderdaad problemen zijn voor terugkerende Dublinclaimanten met toegang tot de asielprocedure en de opvang. Deze problemen zijn echter niet zodanig dat sprake is van structurele tekortkomingen. Uit het AIDA-rapport blijkt namelijk niet dat de Spaanse autoriteiten onverschillig staan tegenover de problemen. De problemen worden ook steeds onder de aandacht gebracht, bijvoorbeeld door de Ombudsman. Wat betreft de inbreukprocedure tegen Spanje overweegt de rechtbank dat deze procedure zich nog in een pril stadium bevindt, nu de Europese Commissie de Spaanse autoriteiten eerst twee maanden heeft gegeven om de gebrekkige implementatie te herstellen. Reeds daarom kan nu niet gesproken worden van structurele tekortkomingen.6 In het geval van eiser hebben de
5 Arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 19 maart 2019, ECLI:EU:C:2019:218.
6 Vergelijk de uitspraak van de Afdeling van 30 januari 2019, ECLI:NL:RVS:2019:282.
Spaanse autoriteiten met het expliciete claimakkoord gegarandeerd dat zij eisers asielaanvraag in behandeling zullen nemen. Als eiser toch geen toegang tot de asielprocedure of opvang krijgt, moet hij daarover klagen bij de Spaanse autoriteiten. Uit het AIDA-rapport blijkt dat asielzoekers zich beklagen bij de regering of bij de rechter en dat dit nut heeft. Zo heeft het Spaanse Tribunal Superior de Justica de Spaanse autoriteiten meermaals veroordeeld voor het weigeren van de toegang tot opvangvoorzieningen en de Spaanse autoriteiten hebben naar aanleiding hiervan ook actie ondernomen (p. 65). Eiser heeft bij zijn vorige verblijf in Spanje niet geprobeerd om te klagen, zodat ook daaruit niet blijkt dat de autoriteiten hem niet kunnen of willen helpen.
9. Het rapport van de Commissioner of Human Rights van april 2023 en het verslag van de UN Special Rapporteur van 2020 bevestigen het beeld dat uit het AIDA-rapport naar voren komt. De rechtbank ziet ook in deze rapporten echter geen aanleiding voor het oordeel dat sprake is van structurele tekortkomingen die de hoge drempel van zwaarwegendheid bereiken.
10. Het voorgaande betekent dat de staatssecretaris mocht uitgaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel ten aanzien van Spanje. De staatssecretaris hoefde de asielaanvraag van eiser niet in behandeling te nemen. De beroepsgrond slaagt niet.

Conclusie en gevolgen

11. Het beroep is ongegrond. Dat betekent dat eiser geen gelijk krijgt. Eiser krijgt geen vergoeding van zijn proceskosten.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B. Fijnheer, rechter, in aanwezigheid van mr. S.J. Valk, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
19 september 2023

Documentcode: [Documentcode]

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met de uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen 1 week na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.