Uitspraak
Scheiding
Beschikking op het op 25 februari 2021 ingekomen verzoek van:
[naam 3] ,
[naam 2] ,
Procedure
Feiten
Verzoek en verweer
primair: het nog nader in te dienen getekende ouderschapsplan aan de te wijzen beschikking te hechten en op te nemen dat de inhoud daarvan deel uitmaakt en tussen partijen geldt;
primair: te bepalen dat de huwelijkse voorwaarden tussen partijen worden afgewikkeld overeenkomstig hetgeen door partijen is opgenomen in een nog nader in te dienen echtscheidingsconvenant, met het verzoek dit aan de te wijzen beschikking te hechten;
Beoordeling
1.404 / 2.817 x 1.385 = € 690,--
3. Onder netto-inkomen wordt verstaan:
5. Tot het inkomen behoort niet:
…
2. De echtgenoten doen afstand van het recht het aldus teveel bijgedragene terug te vorderen indien betaling of verrekening daarvan niet binnen een jaar na het einde van het :desbetreffende kalenderjaar heeft plaats gehad of schriftelijk is gevorderd.”
4. Geen verdeling als bedoeld in lid 1 vindt plaats:
€ 4.500,-- op de en/of rekening van partijen (€ 114.000,-- per jaar). Vanaf januari 2020 tot op heden storten beide partijen € 4.500,-- op de en/of rekening (€ 108.000,-- per jaar). Aangezien die bedragen niet toereikend waren heeft de man vanuit zijn RC-verhouding geld in de huishouding gestort. Op grond van artikel 4 van de huwelijkse voorwaarden dienden partijen naar rato van hun inkomen, en bij gebreke daaraan (zoals in casu) ieder voor de helft uit hun vermogens, bij te dragen aan de kosten van de huishouding. Derhalve heeft de man tot en met 31 augustus 2022 een verrekenvordering op de vrouw van € 447.647,38/2 =
€ 223.823,69.
Beslissing
medeverzorgt en opvoedt) van € 313,-- per maand per kind zal betalen, telkens bij vooruitbetaling te voldoen, en verklaart de bepaling van deze bijdrage uitvoerbaar bij voorraad;
- het saldo van de gezamenlijke bankrekening ( [bankrekeningnummer] ) op de peildatum 25 februari 2021 dient bij helfte tussen de man en de vrouw te worden gedeeld, waarna de vrouw deze gezamenlijke bankrekening op haar naam zal kunnen voortzetten;
- de gemeenschappelijke inboedel zal in onderling overleg tussen de man en de vrouw worden verdeeld;