ECLI:NL:RBDHA:2021:1122
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op grond van ongeloofwaardige homoseksuele geaardheid van Russische eiseres
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 15 februari 2021 uitspraak gedaan in een asielprocedure van een Russische eiseres die een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze aanvraag afgewezen als kennelijk ongegrond, omdat de gestelde homoseksuele geaardheid van de eiseres niet geloofwaardig werd geacht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verklaringen van de eiseres over haar identiteit, nationaliteit en herkomst geloofwaardig waren, maar dat haar verklaringen over haar homoseksualiteit inconsistent en onvoldoende diepgaand waren. De rechtbank heeft de eiseres gehoord via een videoverbinding en heeft de gemachtigde van de eiseres, mr. P.P. Zweedijk, en de gemachtigde van de verweerder, mr. B.J.P.M. Ficq, aanwezig gehad tijdens de zitting. De rechtbank heeft overwogen dat het aan de eiseres is om haar seksuele geaardheid aannemelijk te maken, en dat zij hierin niet is geslaagd. De rechtbank heeft de afwijzing van de asielaanvraag door de staatssecretaris als terecht beoordeeld en het beroep van de eiseres ongegrond verklaard. De uitspraak is gedaan door mr. D. Biever, rechter, in aanwezigheid van mr. D.M. Biermann, griffier.