ECLI:NL:RBDHA:2020:6115
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Sluiting van horecainrichting wegens illegaal gokken en verstoring van de openbare orde
Op 6 juli 2020 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de sluiting van een horecainrichting in Waddinxveen. De burgemeester had op 24 april 2020 besloten de horecainrichting voor zes maanden te sluiten vanwege illegaal gokken en overtredingen van de coronamaatregelen. Verzoekster, de eigenaar van de horecainrichting, maakte bezwaar tegen dit besluit en vroeg om een voorlopige voorziening. Tijdens de zitting op 29 juni 2020 werd het verzoek behandeld, waarbij verzoekster werd bijgestaan door haar gemachtigde en de burgemeester vertegenwoordigd werd door zijn gemachtigde.
De voorzieningenrechter oordeelde dat de burgemeester aannemelijk had gemaakt dat er illegaal gegokt werd in de horecainrichting. Dit werd onderbouwd door de aanwezigheid van fiches, kaartspellen en contant geld tijdens een politie-inval op 5 april 2020. Verzoekster betwistte de beschuldigingen en stelde dat de aanwezigen enkel hielpen met het inladen van emballage. De voorzieningenrechter verwierp deze argumenten en concludeerde dat de sluiting van de horecainrichting in het belang van de openbare orde was, gezien de cumulatie van feiten en omstandigheden, waaronder eerdere overtredingen en de aanwezigheid van personen met een strafblad.
De voorzieningenrechter wees het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat het bezwaar van verzoekster geen redelijke kans van slagen had. De uitspraak werd gedaan door mr. A.E. Dutrieux, in aanwezigheid van griffier mr. G.A. Verhoeven. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.