Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.ATOMIC FINANCIAL SERVICES B.V.te Den Haag,
2.STAR INVESTMENTS B.V.te Delft,
STAR INVESTMENTS DELFT B.V.te Delft,
STAR ESTATE B.V.te Leerdam,
1.STAR INVESTMENTS B.V.te Delft,
TAR ESTATE B.V.te Leerdam,
1.STAR INVESTMENTS B.V.te Delft,
STAR INVESTMENTS DELFT B.V.te Delft,
STAR ESTATE B.V.te Leerdam,
1.De procedures
De procedure in de hoofdzaak
- de dagvaarding van 23 juni 2017 met de producties 1 tot en met 5;
- de incidentele conclusie houdende een vordering tot oproeping in vrijwaring met producties 1 en 2 van Star c.s.;
- de conclusie houdende niet-ontvankelijkheid, tevens houdende een (voorwaardelijke) incidentele conclusie oproeping vrijwaring, tevens houdende een conclusie van antwoord en tevens houdende een conclusie van eis in reconventie van Atomic, met de producties 1 tot en met 8;
- de antwoordakte in de vrijwaringsincidenten tevens een akte niet-ontvankelijkheidsverweer van Immo Vastgoed;
- het vonnis in de incidenten van 11 oktober 2017 waarin de gevorderde vrijwaringen zijn toegestaan en de vordering tot niet-ontvankelijkheid is afgewezen;
- de akte vermeerdering van eis van Immo Vastgoed, met de producties 5 tot en met 7;
- de conclusie van antwoord van Star c.s., tevens houdende een eis in reconventie van Star Investments Delft en Star Estate, met de producties 1 tot en met 46;
- het tussenvonnis van 7 maart 2018 waarin een meervoudige comparitie van partijen gelast is;
- de conclusie van antwoord in reconventie tevens akte overlegging producties van Immo Vastgoed;
- de brief met aanvullende producties van Star c.s., met de producties 47 en 48;
- het proces-verbaal van comparitie van 10 december 2018.
- de dagvaarding van 20 november 2017 met de producties 1 tot en met 13;
- de rolbeslissing van 29 november 2017 waarin Atomic in de gelegenheid gesteld is alsnog te voldoen aan substantiëringsplicht;
- de akte houdende een toelichting van 13 december 2017;
- de conclusie van antwoord, met de producties 1 tot en met 15;
- het tussenvonnis van 7 maart 2018 waarin een meervoudige comparitie van partijen is bevolen;
- het proces-verbaal van comparitie van 10 december 2018.
- de dagvaarding van 20 november 2017 met de producties 1 tot en met 15;
- de conclusie van antwoord, met de producties 1 tot en met 10;
- het tussenvonnis van 7 maart 2018 waarin een meervoudige comparitie van partijen is bevolen;
- de brief met de aanvullende productie 16 van Star c.s.,
- het proces-verbaal van comparitie van 10 december 2018.
2.De feiten in de hoofdzaak en in de vrijwaringszaken
Perceel Brasserskade
asian business court) (hierna: het ABC) gerealiseerd.
(…)
De realisering van de Bouwmarkt past in de ontwikkelingsplannen van Verkoper (en/of diens rechtsvoorganger) voor het gehele registergoed waar het Verkochte momenteel deel van uitmaakt. Verkoper (en/of diens rechtsvoorganger) is voornemens de ontwikkelingsplannen in twee fasen te realiseren. Fase I omvat, naast de door Koper te realiseren Bouwmarkt, door Verkoper of diens rechtsvoorganger voor eigen rekening te realiseren bedrijfsruimten, showrooms en kantoren en Fase II een hotel, restaurant, theater, e.d., e.e.a. aan partijen genoegzaam bekend. (…)”
een perceel bouwgrond uitmakende een ter plaatse kennelijk aangeduid gedeelte (van ongeveer vierendertig aren en twintig centiaren (34 a en 20 ca)) van het perceel kadastraal bekend gemeente ’s-Gravenhage, [sectie I, nummer 1], één en ander zoals na kadastrale uitmeting zal blijken en zoals met schuine streeparcering en de aanduiding ‘Bouwmarkt’ staat aangegeven op de aan deze akte aangehechte situatietekening (bijlage), welke situatietekening uitdrukkelijk niet bestemd is om te worden ingeschreven in de openbare registers.”
(…)
Partijen realiseren zich dat sprake zou kunnen zijn van interferentie van de door elk van hen beoogde activiteiten in het gebied. Zij verklaren jegens elkaar en mede namens hun eventuele rechtsopvolger(s) onder algemene en bijzondere titel zich te zullen onthouden van het verhinderen van vorenbedoelde ontwikkelplannen op welke wijze dan ook, bijvoorbeeld door het aantekenen van bezwaar tegen ingediende omgevingsvergunningaanvragen, tenzij dit redelijkerwijze niet van hen (dan wel hun rechtsopvolger(s) onder algemene en bijzondere titel) verlangd mag worden.
Het in het tweede en derde lid van dit artikel bepaalde wordt geacht een kwalitatieve verplichting te zijn als bedoeld in artikel 6:252 van het Burgerlijk Wetboek.
Partijen zullen de in dit artikel opgenomen verplichtingen opleggen bij wege van kettingbeding aan hun rechtsopvolger(s) dan wel aan enige andere partij indien die ontwikkelingsplannen of een deel daarvan zal realiseren, als waren het hun eigen verplichtingen.
Indien het bepaalde in dit artikel, met inbegrip van het vorige lid, niet wordt nageleefd, verbeurt de nalatige partij, zonder ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst, jegens de andere partij een onmiddellijk opeisbare boete van twee miljoen vijfhonderdduizend euro (€ 2.500.000,00) onverminderd de overige rechten van partijen over en weer ter zake van het verzuim.”
3.Het geschil
4.De beoordeling
“
(…) de te realiseren delen van Fase I als van Fase II geen belemmeringen in de exploitatie van de Bouwmarkt of in de toegankelijkheid naar de Bouwmarkt ten gevolge zullen hebben (…)” (Leveringsakte, blad 9, artikel 2 sub a). De rechtbank zal deze bepaling uit de Leveringsakte hierna aanduiden als: de Garantie. Bij een schending van de Garantie is een boete van € 2.500.000 verbeurd.
overgegaanop Star Investments (en van deze op Star Investments Delft) en Star Estate steeds vanaf het moment van overdracht van de eigendoms- en appartementsrechten, zoals weergegeven in de randnummers 2.6 tot en met 2.9. Bij die overgang wordt de verkrijgende (appartements)eigenaar debiteur van de verplichting om geen belemmering te veroorzaken en wordt de vervreemdende eigenaar van deze verplichting bevrijd. Hierin ligt tevens besloten dat alleen een partij die eigenaar is van het desbetreffende registergoed de contractuele boete kan verbeuren wegens schending van de Garantie, en niet de voorgaande of opvolgende eigenaars. De eigenaar die de Garantie heeft geschonden en daardoor de boete heeft verbeurd, blijft gehouden die boete te voldoen, ook na de overdracht van het eigendoms- of appartementsrecht. Gesteld noch gebleken is dat Immo Vastgoed en Atomic met de opname van het Kettingbeding in de Leveringsakte (lid 5) iets anders hebben beoogd met betrekking tot de overgang van de verplichtingen uit de Garantie dan uit artikel 6:252 lid 1 BW voortvloeit.
belemmeringen in de exploitatie van de Bouwmarkt of in de toegankelijkheid naar de Bouwmarkt.’Bij deze uitleg hanteert de rechtbank het volgende beoordelingskader. De Garantie is opgenomen in de Leveringsakte. Atomic en Immo Vastgoed waren de partijen bij de Koopovereenkomst die aan deze Leveringsakte ten grondslag ligt. Star Investments Delft en Star Estate hebben hun eigendoms- en appartementsrechten later verworven. In de respectieve leveringsakten zijn de Kwalitatieve Verplichtingen, inclusief de Garantie, opgenomen. Akten die de positie van derden raken, die niet bij de onderhandelingen over de in de akte vervatte afspraken aanwezig waren, zoals in onderhavig geval Star Investments Delft en Star Estate, moeten worden uitgelegd aan de hand van een objectieve maatstaf. Aan de bewoordingen van de desbetreffende bepaling, gelezen in de context van de gehele akte, komt in beginsel doorslaggevend gewicht toe (vgl. HR 2 februari 2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ4410 (NBA/ Meerhuysen), rov. 3.5.1 en HR 2 februari 2018, ECLI:NL:HR:2018:148). Dit betekent dat de rechtbank in de eerste plaats dient te kijken naar de formulering en inhoud van de Kwalitatieve Verplichtingen. Maar ook andere, voor een derde objectief kenbare omstandigheden, waaronder de inrichting van het Perceel Brasserskade, kunnen bij de uitleg van voornoemde bewoordingen betrokken worden.
Partijen realiseren zich dat sprake zou kunnen zijn van interferentie van de door elk van hen beoogde activiteiten in het gebied. Zij verklaren jegens elkaar en mede namens hun eventuele rechtsopvolger(s) onder algemene en bijzondere titel zich te zullen onthouden van het verhinderen van vorenbedoelde ontwikkelplannen op welke wijze dan ook, bijvoorbeeld door het aantekenen van bezwaar tegen ingediende omgevingsvergunningaanvragen, tenzij dit redelijkerwijze niet van hen (dan wel hun rechtsopvolger(s) onder algemene en bijzondere titel) verlangd mag worden.” Overwogen wordt dat uit deze tekst, in combinatie met de inrichting van het Perceel Brasserskade, volgt dat Immo Vastgoed gebruikelijke en voorzienbare bouwhinder dient te accepteren, en dat de Garantie enkel ziet op een
ernstigebelemmering van de exploitatie van de Bouwmarkt.
ongeveer34 aren en 20 centiaren is en dat de aan de akte gehechte tekening niet bestemd is om ingeschreven te worden in de openbare registers. Voor de precieze maatvoering, zo volgt ook uit de Leveringsakte, is een kadastrale uitmeting vereist. Tussen partijen is niet in geschil dat deze uitmeting nog niet heeft plaatsgevonden. De meting van de architect, waarop Atomic zich beroept, kan niet in de plaats komen voor een kadastrale uitmeting. De precieze loop van de erfgrens en de afmetingen van het geleverde perceel staan dus nog niet vast en derhalve kan nog niet worden vastgesteld of er sprake is van een overbouw en, voor zover er sprake is van een overbouw, hoe groot deze is. De gevorderde schadevergoeding vanwege overbouw komt dus niet voor toewijzing in aanmerking.
verhinderen van de ontwikkelplannenvan het ABC. Deze procedures hadden immers als doel nakoming van de Kwalitatieve Verplichting en het Kettingbeding en waren er niet op gericht om de reikwijdte van deze verplichtingen te verruimen. Dat geldt evengoed voor het laten betekenen van de eerste grosse van de akte. Voor de uitleg die Star Investments Delft en Star Estate voorstaan, namelijk dat Immo Vastgoed afstand heeft gedaan van haar recht om nakoming te vorderen, bestaat geen steun.