Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 29 maart 2017, met productie 1 tot en met 9;
- de conclusie van antwoord, tevens houdende eis in reconventie met productie GP1 tot en met 32;
- de akte overlegging reactieve productie EP 09 van Ventraco ingekomen ter griffie op 11 april 2017, met productie 9 (opnieuw ter griffie ingediend op 12 april 2017, met de correcte nummering: productie 10);
- de aanvullende kostenopgave en geactualiseerd overzicht totale proceskosten van VWS met productie 33.3 tot en met 33.6;
- het aanvullende kostenoverzicht van Ventraco, met productie 11;
- de mondelinge behandeling van 14 april 2017 en de ter gelegenheid daarvan door beide partijen overlegde pleitnotities.
2. De feiten
said distillation residue consisting mainly of a mixture of polymerization products of 3-pentadecenylphenol and 3-pentadecadienylresorcinol in the form of an alkylphenol resin which is liquid at room temperature and being non-reactive.(…)
Doorontwikkeling op deze technologie heeft ons gebracht op de polycadinenechemie (een polymeer van trans trans trans bicadinane met cis-cis-transbicadinane). Deze bij kamertemperatuur vloeibare harsen zijn net als de CNSL afkomstig van herwinbare bronnen die niet met de voedsel keten concurreren. Afwijkend is er echter de productie methode. De CNSL wordt verkregen door polymerisatie tijdens een distillatie fase waar de polycadinene harsen verkregen worden door extractie in een gesloten systeem. Bij deze laatste productiemethode is het molecuul gewicht beduidend strakker begrensd dan thermische polymerisatie bij de CNSL. (…)
4.De overwegingen in conventie en in reconventie
5.De beslissing
Oordeel
Datop maandag 20 maart door de advocaten van VWS geconstateerd is dat Ventraco
bijlage 3);
bijlag 3),
NX 4670 van Cardolite (als in RheoFalt HP-EM) en GX 1951 van Cardolite (…)
alleaangeboden monsters nagenoeg identiek zijn aan het inbreuk makende RheoFalt HP-EM; (…)
Oordeel
3.Het geschil
geleverdonder een andere naam, te weten RheoFalt HP-AM, hetgeen volgens VWS volgt uit de omstandigheid dat a) er op basis van de AM-folder, de uitkomsten van het in opdracht van VWS verrichte onderzoek naar het AM-monster en overige beschikbare technische data van RheoFalt-AM en -EM in redelijkheid geen twijfel mogelijk is dat RheoFalt HP-AM identiek is aan RheoFalt HP-EM en b) Ventraco in punt 65 sub b van haar MvG zelf stelt dat zij RheoFalt HP-AM op de markt brengt alsmede omdat ii) Ventraco RheoFalt HP-EM (en hetzelfde product onder de naam
aanbieden, door vermelding van dit product op de
OPWA-lijst. Ventraco heeft ook dwangsommen verbeurd vanwege overtreding van onderdeel 5.3 van het Vonnis aldus nog steeds VWS, omdat iii) de accountantsverklaring van 26 september 2016 onjuist is. Ventraco heeft meegedeeld dat zij “vanaf september 2014 t/m ergens in 2015” AM heeft verhandeld en dat product blijkt EM te zijn. Haar stelling dat RheoFalt HP-AM in die periode op polycadinene harsen was gebaseerd, is mede vanwege haar “moving target” proceshouding, ongeloofwaardig.
Draft’- versie gaat. Uit het document is ook niet af te leiden dat het (uiteindelijke) product in de hier relevante periode door Ventraco in Nederland is geleverd. Bovendien heeft Ventraco gewezen op de accountantsverklaring van 27 maart 2017 (r.o. 2.12), waarin als conclusie is opgenomen dat Ventraco in de periode vanaf 1 januari 2016 geen RheoFalt HP-AM heeft verkocht of geleverd en voorts dat niet van transacties tussen haar en (fabrikant) Cardolite is gebleken. Concrete aanwijzingen voor het tegendeel zijn door VWS niet aangedragen. Hoewel niet onbegrijpelijk is dat VWS een andere indruk heeft gekregen op basis van de MvG, kunnen de aldaar betrokken stellingen, die hier niet als (gerechtelijke) erkentenis kunnen worden aangemerkt, in het licht van al het voorgaande en zonder feitelijke aanwijzing voor verhandeling van de 2016-variant van RheoFalt HP-AM door Ventraco, naar voorlopig oordeel niet leiden tot de conclusie dat Ventraco het in het Vonnis opgenomen verbod onder 5.1 heeft overtreden.
Nederlandsemarkt is verhandeld: de AM-folder is op een buitenlandse website aangetroffen en de herkomst van het AM-monster is niet nader toegelicht (zie r.o. 4.7). Ook valt niet zonder meer aan te nemen dat [X] , die niet VIC’s enige (middelijk) bestuurder (en aandeelhouder) is, volledige of overheersende zeggenschap terzake zou hebben gehad. De stelling van VWS dat Ventraco zich in haar processtukken zelf met VIC vereenzelvigt – daarbij doelend op het gestelde in de MvG – is voor het gestelde misbruik en de gewenste vereenzelviging niet redengevend.
inzageen (zo mogelijk)
afschriftverlangt en zal hij de “toegang” aldus begrijpen. Onder die gevorderde “toegang” wordt niet begrepen
overleggingvan eventuele, onder Ventraco beslagen monsters. Voor een daarop gerichte vordering is in de stellingen van VWS geen aanknopingspunt te vinden.
bewijsmateriaal met betrekking tot Rheofalt HP-AM
Draft’-versie. Op beide stukken staat bij “production parameters”: “closed reaction vessel.” Op de als bijlage bij de verklaring van Cardolite van 10 april 2017 overgelegde Production Sheet is daaraan “reflux” toegevoegd. Dat RheoFalt HP-AM al vóór 10 april 2017 via reflux werd verkregen (daargelaten of die methode onder het bereik van EP 415 valt), kan hieruit echter niet worden afgeleid. In het door VWS van Cardolite verkregen veiligheidsblad van 29 maart 2017 wordt GV1963 namelijk, onder meer in sectie 3 (“Composition information on ingredients”) nog geclassificeerd als “Distilation Residue”. Volgens Ventraco is die classificatie feitelijk onjuist, reden waarom om een verklaring van Cardolite is gevraagd. In die verklaring van 10 april 2017 zegt Cardolite echter niet dat de classificatie in het veiligheidsblad onjuist was, wat - als dat het geval was - wel voor de hand had gelegen, zoals VWS terecht betoogt. Opvallend is voorts dat Cardolite niet onomwonden zegt dat zij GV1963 door middel van reflux produceert. Zij verklaart, zoals VWS ook heeft gesteld, omfloerst: “Het aan VIC geleverde product wordt geproduceerd in Cardolite Specialty Chemicals India LLP en is conform de production sheet voor GV-1963 ontwikkeld door VIC. Deze productie methode vindt u in de bijlage”. Voornoemde omstandigheden versterken de indruk dat Ventraco (de feitelijke onderbouwing van) haar standpunten hangende de procedure bijstelt. Het roept in ieder geval de vraag op of GV1963 voor de datum van het veiligheidsblad (29 maart 2017) en de verklaring van Cardolite van 10 april 2017 al via een refluxmethode werd geproduceerd.
cansmet (onder meer) de vermelding RheoFalt HP-AM, wordt inzage en (zo mogelijk) afschrift toegestaan, nu de in het reclamemateriaal of op de verpakking vermelde informatie bewijs kan opleveren voor het aanbieden of leveren van RheoFalt HP-AM door Ventraco en van de samenstelling daarvan. Hierbij wordt in aanmerking genomen dat niet is gesteld dat dit materiaal nog niet op de markt verkrijgbaar is en/of dat dit materiaal ziet op een (al dan niet door VIC) te octrooieren product.
5.De beslissing
- is beslagen onder Ventraco Chemie B.V.;