3.2Verweerder heeft zich bij brief van 12 december 2016 op het standpunt gesteld dat het iMMO-rapport om verschillende redenen terzijde moet worden gelegd.
Het al dan niet terzijde leggen van het iMMO-rapport
4. De rechtbank ziet zich voor de vraag gesteld of verweerder het iMMO-rapport buiten beschouwing mocht laten bij de beoordeling van eisers asielverzoek.
5. Voor zover hier relevant, blijkt uit het iMMO-rapport het volgende:
- In paragraaf 1.4 is de vraagstelling opgenomen en is vermeld dat de onderzoekers hebben gewerkt volgens de richtlijnen van het Istanbul Protocol.
- In paragraaf 2.2 is het verslag vermeld, zoals eiser het aan de onderzoekers heeft verklaard. Onder meer staat hier – samengevat – dat eiser, toen hij besloten had naar Italië te gaan, met tien anderen stond te wachten op de reisagent. Een militie van zes gewapende mannen arriveerde. Eiser moest vervolgens in een kuil staan waarna een van de militieleden frequent enkele seconden twee elektriciteitskabels, aangesloten op een autoaccu, tegen de rug van eiser duwde. Eiser voelde tintelingen in zijn hele lichaam en op zijn rug twee hete, brandende plekken. Vervolgens kwam de reisagent met eigen mensen, die eiser en de andere tien mannen opeiste.
- Paragraaf 4.2 luidt, voor zover hier van belang:
“(…) De mictie en defecatieklachten die betrokkene stelt te hebben kunnen worden geduid als het gevolg van bekkenbodemproblematiek. Verder onderzoek door een uroloog zou dit kunnen bevestigen. Bekkenbodemproblematiek wordt vaker gezien na seksueel misbruik. [Toolkit Istanbul Medical Curriculum Module 4, Chapter 2.8]”.
- In paragraaf 9.2 wordt de vraagstelling van het onderzoek beantwoord. Deze paragraaf luidt als volgt:
“A. Is het aannemelijk dat de
lichamelijkeproblematiek (littekens en/of fysieke klachten) is voortgekomen uit het gestelde relaas dat ten grondslag ligt aan de asielaanvraag?
Ja, dat is aannemelijk. De overeenkomstige en symmetrisch georiënteerde littekens op zijn rug worden beoordeeld als
typerendvoor de gestelde ondergane elektroshocks. De littekens vormen hiermee zeer sterk steunbewijs voor het asielrelaas van betrokkene (…).
B. Is het aannemelijk dat de
psychischeproblematiek is voortgekomen uit het gestelde relaas dat ten grondslag ligt aan de asielaanvraag?
Ja, dat is aannemelijk. De bevindingen van het onderzoek zijn vanwege de aard, de inhoud en het verloop van de klachten, zoals betrokkenes intrusies aan de fysieke martelingen, verkrachtingen en elektroshocks, het zien van de gezichten van de daders, horen van de stemmen en geluiden ten tijde van de martelingen en daaraan gerelateerde vermijdingsklachten
typerendvoor de kern van het asielrelaas van betrokkene. Hierbij zijn andere stressvolle ervaringen conform §105 (e) van het Istanbul Protocol meegewogen.
De huidige psychische klachten vormen hiermee zeer sterk steunbewijs voor het asielrelaas van betrokkene over de ondergane ontvoeringen en (fysieke en seksuele) martelingen. (…)
C. Is er sprake van medische problematiek die interfereert met het vermogen om compleet, coherent en consistent te verklaren in het kader van de asielaanvraag?
Concluderend kan gesteld worden dat de ernstige psychische klachten bij betrokkene op dit moment
zekerinterfereren met het doen van een compleet, coherent en consistent relaas. Tevens kan gesteld worden dat, gezien het begin en beloop van de gedocumenteerde psychische klachten, deze klachten ten tijde van de gehoren
zeer waarschijnlijkinterfereerden met het doen van een compleet, coherent en consistent verhaal. (…)”
(i)
deugdelijkheid onderzoek