ECLI:NL:RBDHA:2017:12183
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Oordeel over de kwalificatie van een ongeval tijdens militaire training als dienstongeval onder oorlogsnabootsende omstandigheden
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 25 oktober 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een wachtmeester der eerste klasse bij de Koninklijke Marechaussee, en de minister van Defensie. Eiseres had een ongeval gehad tijdens de opleiding 'Helikopter Fast-Rope' op [datum] 2013, waarbij zij een open enkelfractuur opliep. De minister had het ongeval aanvankelijk aangemerkt als een bedrijfsongeval, maar eiseres stelde dat het als een dienstongeval moest worden gekwalificeerd, omdat er sprake was van oorlogsnabootsende omstandigheden.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het ongeval plaatsvond tijdens een oefening die niet onder normale omstandigheden werd uitgevoerd, maar onder verhoogd risico en met volledige uitrusting. De rechtbank oordeelde dat de omstandigheden van de oefening, waaronder de afwezigheid van veiligheidsmaatregelen en de instructie van de opleiders, wezenlijk bijdroegen aan de kwalificatie van het ongeval als dienstongeval. De rechtbank concludeerde dat het ongeval als dienstongeval moest worden aangemerkt, waardoor het bestreden besluit van de minister werd vernietigd en het primaire besluit werd herroepen.
De rechtbank heeft ook bepaald dat de minister het griffierecht van eiseres moet vergoeden en dat de proceskosten door de minister moeten worden vergoed. Deze uitspraak benadrukt het belang van de context waarin militaire oefeningen plaatsvinden en de verantwoordelijkheden van de overheid in het waarborgen van de veiligheid van haar personeel tijdens dergelijke activiteiten.