Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser 2],
- Eisers in de hoofdzaak: AMP c.s. (meervoud) en afzonderlijk AMP (die tevens gedaagde is in de achtervrijwaringszaak) en [eiser 2] ;
- Gedaagde in de hoofdzaak, tevens eiseres in de eerste en tweede vrijwaringszaak: SENA;
- Gedaagde in de eerste vrijwaringszaak, tevens gedaagde sub 3 in de ondervrijwaringszaak en eiseres sub 2 in de achtervrijwaringszaak: LM;
- Gedaagde in de tweede vrijwaringszaak, tevens eiseres in de ondervrijwaringszaak: RTL;
- Gedaagden in de ondervrijwaringszaak: gezamenlijk Top Shop c.s. (meervoud) en afzonderlijk Top Shop, Suerte en LM;
- Eiseressen in de achtervrijwaringszaak, tevens gedaagden sub 2 en 3 in de ondervrijwaringszaak: gezamenlijk Suerte c.s. (meervoud) en afzonderlijk als Suerte en LM.
1.De procedure in de hoofdzaak
- de dagvaarding van 24 december 2013, met producties 1 tot en met 11;
- de akte overlegging productie van 26 februari 2014 van AMP c.s., met productie 12;
- de incidentele conclusie tot oproeping in vrijwaring van 19 maart 2014 van SENA, met producties 1 tot en met 4;
- de conclusie van antwoord in het vrijwaringsincident van 2 april 2014 van AMP c.s.;
- het vonnis in het vrijwaringsincident van 30 april 2014;
- de conclusie van antwoord van 23 juli 2014, met producties 1 tot en met 13;
- het tussenvonnis van 22 juli 2015 waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- de akte overlegging producties van 9 december 2015 van SENA, met producties 14 tot en met 19;
- het proces-verbaal van comparitie van 9 december 2015, de daarin vermelde producties van SENA en de ter gelegenheid daarvan overgelegde pleitnotities van alle partijen.
2.De procedure in de eerste vrijwaringszaak
- de dagvaarding van 3 juni 2014, met producties 1 tot en met 16;
- de conclusie van antwoord van 3 september 2014, met producties 1 tot en met 3;
- het tussenvonnis van 22 juli 2015 waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- de akte overlegging producties van 9 december 2015 van SENA, met producties 17 tot en met 22;
- het proces-verbaal van comparitie van 9 december 2015, de daarin vermelde producties van SENA en de ter gelegenheid daarvan overgelegde pleitnotities van beide partijen.
3.De procedure in de tweede vrijwaringszaak
- de dagvaarding van 12 mei 2014, met producties 1 tot en met 7;
- de conclusie van antwoord tevens houdende incidentele conclusie tot oproeping in ondervrijwaring van 15 oktober 2014, met producties 1 tot en met 8;
- de conclusie van antwoord in het incident tot oproeping in ondervrijwaring van 29 oktober 2014;
- het vonnis in het vrijwaringsincident van 10 december 2014;
- het tussenvonnis van 22 juli 2015 waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- de akte overlegging producties van 9 december 2015 van SENA, met producties 8 tot en met 13;
- de akte overlegging producties van 9 december 2015 van RTL, met producties 9 tot en met 15;
- het proces-verbaal van comparitie van 9 december 2015, de daarin vermelde producties van beide partijen en de ter gelegenheid daarvan overgelegde pleitnotities van beide partijen.
4.De procedure in de ondervrijwaringszaak
- de dagvaarding van 30 december 2014, met producties 1 tot en met 7;
- de incidentele conclusie tot oproeping in achtervrijwaring van 18 februari 2015 van Suerte en LM, met producties 1 en 2;
- de conclusie van antwoord in het incident tot oproeping in achtervrijwaring van 4 maart 2015 van RTL;
- de beslissing in het vrijwaringsincident op de roldatum van 15 april 2015;
- de conclusie van antwoord van 8 juli 2015 van Suerte en LM, met producties 1 tot en met 3;
- het tussenvonnis van 22 juli 2015 waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- het proces-verbaal van comparitie van 9 december 2015 en de ter gelegenheid daarvan overgelegde pleitnotities van alle partijen.
5.De procedure in de achtervrijwaringszaak
- de dagvaarding van 2 juni 2015, met producties 1 tot en met 5;
- de conclusie van antwoord van 10 juni 2015, met producties 1 tot en met 3;
- het tussenvonnis van 22 juli 2015 waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- het proces-verbaal van comparitie van 9 december 2015 en de ter gelegenheid daarvan overgelegde pleitnotities van alle partijen.
6.De feiten in alle zaken
Uitzenden Telewinkelprogramma
fingerprinting-technologie vast te stellen wanneer, op welke (televisie-)zenders en in welke mate gebruik is gemaakt van het door AMP bij SENA aangemelde repertoire. Uit de rapportage over het eerste kwartaal 2011 bleek dat in die periode voor in totaal 2.052.482 seconden gebruik is gemaakt van de Muziekopname op de zenders van RTL.
7.Het geschil
in de hoofdzaak
8.De beoordeling
gevolgenvan toepasselijkheid van artikel 7 WNR bij overeenkomst regelen. Dat brengt echter niet mee dat artikel 7 WNR buiten toepassing blijft. Er is derhalve geen reden om de Muziekopname niet als een commercieel fonogram aan te merken.
copyright-noticemet het jaartal 1987 wordt getoond. Zoals de in 6.10 weergegeven beelden laten zien, wordt [eiser 2] daarin geaccrediteerd voor de muziek. SENA betoogt dat deze bewijsmiddelen ontoereikend zijn om met zekerheid vast te stellen dat [eiser 2] de uitvoerend kunstenaar is van de Muziekopname. Zij onderbouwt dit standpunt enkel door te wijzen op de [B] -overeenkomst. Partijen zijn het er echter over eens dat [B] geen muzikant is en geen muzieknummers heeft gecomponeerd of uitgevoerd. Zij is alleen vanuit praktisch oogpunt als componist van de Muziekopname in de [B] -overeenkomst opgenomen. Wie dan wel de uitvoerend kunstenaar van de Muziekopname zou zijn, heeft SENA onbesproken gelaten. De enkele betwisting dat [eiser 2] dat is, verwerpt de rechtbank in het licht van de hiervoor beschreven feiten en omstandigheden als onvoldoende concreet gemotiveerd. Dat betekent dat de rechtbank het ervoor houdt dat [eiser 2] niet alleen het nummer ‘Lolly’ in 1987 of 1988 heeft gecomponeerd, maar ook de uitvoerend kunstenaar is van de (latere) Muziekopname waar het in de onderhavige procedure om draait.
1.356,00(3 punten × tarief € 452,00)
“zo nauwkeurig mogelijke 'playlist' van de in haar programma’s gebruikte tracks van fonogrammen bij te houden”. Deze formulering laat ruimte voor onvolkomenheden. Dat de Muziekopname niet is opgenomen in de playlists is RTL derhalve niet aan te rekenen.
bepaaltdat de schade nader bij staat wordt opgemaakt aldus, dat SENA bedoeld heeft te vorderen dat de rechtbank RTL
veroordeelttot schadevergoeding, nader op te maken bij staat.
1.356,00(3 punten × tarief € 452,00)
452,00(1 punt × tarief € 452,-)
1.356,00(3 punten × tarief € 452,-)
1.356,00(3 punten × tarief € 452,-)