[A] vordert, na vermeerdering van eis, dat de rechtbank bij zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
I. [B] zal veroordelen om binnen twee weken na datum vonnis rekening en verantwoording af te leggen met betrekking tot de huuropbrengsten uit het tot de nalatenschap behorende, althans behoord hebbende onroerend goed vanaf
5 oktober 1987 tot datum dagvaarding op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000 voor iedere dag waarop [B] in gebreke blijft met het afleggen van deze rekening en verantwoording;
II. het aan [A] toekomende deel van de onder I bedoelde huuropbrengsten zal vaststellen;
III. [B] zal veroordelen tot betaling aan [A] van het onder II bedoelde deel;
IV. [B] zal veroordelen aan [A] te voldoen zijn deel van de netto- verhuuropbrengsten van de [adres 1] en de [adres 2 (nrs 1,2 en 3)] vanaf datum dagvaarding tot aan de overdracht van dit onroerend goed;
V. de verdeling zal vaststellen van de nalatenschap met toedeling aan [A] van de [adres 1] en de [adres 2 (nrs 1,2 en 3)] en met verrekening van de door (de echtgenoot van) [B] en [A] genoten voordelen;
VI. [B] zal veroordelen tot medewerking aan de levering van de [adres 1] en de [adres 2 (nrs 1,2 en 3)] aan [A] ;
VII. zal bepalen dat, indien [B] niet haar onder VI bedoelde medewerking zal verlenen, dit vonnis in de plaats zal treden van haar wilsverklaring als bedoeld in artikel 3:300, tweede lid, BW jo. Artikel 3:301 BW, althans [B] een dwangsom zal verbeuren van € 1.000 voor iedere dag waarop [B] in gebreke blijft met het verlenen van bedoelde medewerking;
VIII. een deskundige zal benoemen die de waarde van [adres 6] per februari 2015, althans februari 1989 zal bepalen;
IX. [B] zal veroordelen aan [A] de helft van de door de deskundige vast te stellen waarde van [adres 6] per februari 2015, althans februari 1989 te voldoen;
X. [B] zal veroordelen tot betaling van € 27.500, zijnde de helft van de netto-verkoopopbrengst van de [adres 3] en de [adres 4] ;
XI. [B] zal veroordelen tot betaling van € 14.578,59 (de helft van de banktegoeden en vorderingen/restituties);
XII. de omvang van de nalatenschap van erflaatster zal vaststellen, alsmede het aan [A] toekomende erfdeel;
XIII. [B] zal veroordelen om aan [A] uit te keren het aan hem toekomende erfdeel uit de nalatenschap van erflaatster;
(vermeerdering:)
XIV. voor recht zal verklaren dat de verdeling van 24 februari 1989 nietig is;
XV. voor recht zal verklaren dat [adres 6] , althans de recent hiervoor verkregen verkoopprijs van € 920.000 behoort tot de nalatenschap;
(proceskosten:)
XVI. [B] zal veroordelen in de kosten van dit geding met rente.