ECLI:NL:RBDHA:2013:19760
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in vreemdelingenrechtelijke zaak betreffende opvang en verstrekkingen
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 31 mei 2013 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van een asielzoekster, die opvang en verstrekkingen verzocht op basis van de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen (Rva) en de Regeling verstrekkingen bepaalde categorieën vreemdelingen (Rvb). De verzoekster had eerder bij de overheid verzocht om opvang, maar dit was geweigerd. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de verzoekster, ondanks haar medische en psychische problemen, niet tot de categorieën asielzoekers behoort die recht hebben op opvang volgens de Rva. De voorzieningenrechter heeft echter geoordeeld dat er voldoende spoedeisend belang is voor het treffen van een voorlopige voorziening, omdat de verzoekster op het punt stond haar opvangplek te verliezen en er ernstige gevolgen voor haar gezondheid dreigden. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening toegewezen, waardoor de verzoekster recht heeft op verstrekkingen totdat er op het beroep in de hoofdzaak is beslist. Het verzoek met een ander nummer werd afgewezen, omdat het spoedeisend belang daarvan was komen te vervallen. De voorzieningenrechter heeft de overheid ook veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van de verzoekster.