ECLI:NL:RBARN:2012:BX8738
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid en schadevergoeding na ongeval met rugklachten
In deze zaak, die voor de Rechtbank Arnhem is behandeld, gaat het om de aansprakelijkheid van N.V. Interpolis Schade na een ongeval op 20 februari 2001, waarbij de eiser, vertegenwoordigd door advocaat dr. mr. J.J.H. Post, rugklachten heeft geclaimd. De rechtbank heeft eerder een deskundige, prof. dr. Grotenhuis, benoemd om de medische situatie van de eiser te beoordelen. In zijn rapportage concludeert Grotenhuis dat de rugklachten van de eiser niet als gevolg van het ongeval kunnen worden beschouwd. Hij stelt dat er geen traumatische letsels zijn vastgesteld op de MRI-scans en dat de bevindingen van de neuroradioloog dr. Hekster, die een oude hyperflexie fractuur suggereerde, niet overeenkomen met zijn eigen bevindingen. De rechtbank heeft de deskundige gevraagd om de MRI-scan van 10 februari 2004 te bestuderen en zijn conclusies te herzien. De eiser heeft bezwaar gemaakt tegen de wijze waarop het deskundigenbericht tot stand is gekomen, met name dat hij niet is onderzocht door Grotenhuis. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de deskundige voldoende onderbouwing heeft gegeven voor zijn conclusies en dat de eerdere rapportage van dr. Hekster niet doorslaggevend is. De rechtbank heeft de zaak naar de rol verwezen voor uitlating door de eiser over het moment waarop hij rugklachten heeft geuit in de behandelend sector. De beslissing van de rechtbank is dat de zaak wordt aangehouden voor verdere behandeling, waarbij de eiser zijn medisch dossier moet overleggen.