Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
3.Feiten
4.Beoordeling
Werkwijze
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak gaat het om een effectenleaseovereenkomst die is afgesloten tussen Dexia Nederland B.V. en een consument, aangeduid als [geïntimeerde], via een tussenpersoon die niet over de vereiste vergunning beschikte. De centrale vraag is of Dexia wist of had moeten weten dat de tussenpersoon onrechtmatig advies gaf. De rechtbank heeft geoordeeld dat Dexia aansprakelijk is voor de schade die de consument heeft geleden, omdat de tussenpersoon de consument niet adequaat heeft geïnformeerd over de risico's van de effectenleaseovereenkomst. De consument heeft tijdig actie ondernomen om de verjaring van zijn vordering te stuiten door middel van een sommatiebrief. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat Dexia de schade volledig moet vergoeden. De uitspraak is gedaan op 28 oktober 2025, waarbij Dexia ook is veroordeeld in de proceskosten van de consument.