ECLI:NL:RBAMS:2024:7595

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
26 november 2024
Publicatiedatum
9 december 2024
Zaaknummer
13/242350-24
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Europees strafrecht
Procedures
  • Eerste en enige aanleg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenuitspraak inzake Europees aanhoudingsbevel van Polen met betrekking tot detentieomstandigheden

Op 26 november 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam een tussenuitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat door Polen was uitgevaardigd. De rechtbank heeft het onderzoek heropend en geschorst om de uitvaardigende justitiële autoriteit aanvullende vragen te stellen over de detentieomstandigheden van de opgeëiste persoon. De zaak betreft een vordering van de officier van justitie tot behandeling van het EAB, dat op 10 juni 2024 was uitgevaardigd. De opgeëiste persoon, geboren in Polen en momenteel gedetineerd in Nederland, is bijgestaan door zijn raadsvrouw en een tolk tijdens de zittingen.

De rechtbank heeft eerder de beslistermijn voor de overlevering met 30 dagen verlengd en de gevangenhouding bevolen. Tijdens de zittingen op 25 september en 12 november 2024 zijn de detentieomstandigheden in Polen besproken, waarbij de rechtbank heeft gewezen op de noodzaak om te waarborgen dat de opgeëiste persoon geen reëel gevaar loopt voor schending van zijn grondrechten na overlevering. De rechtbank heeft vragen gesteld over de persoonlijke ruimte in de cel en de tijd die de opgeëiste persoon buiten zijn cel kan doorbrengen.

In de tussenuitspraak van 9 oktober 2024 heeft de rechtbank reeds vragen gesteld aan de uitvaardigende autoriteit over de detentieomstandigheden, en de antwoorden daarop zijn in de huidige uitspraak meegenomen. De rechtbank heeft besloten het onderzoek voor onbepaalde tijd te schorsen en de officier van justitie de gelegenheid te geven om verdere vragen te stellen aan de uitvaardigende autoriteit. De rechtbank heeft ook de termijn voor de uitspraak over de overlevering opnieuw verlengd, met een nieuwe zitting gepland voor 26 december 2024.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER

Parketnummer: 13-242350-24
Datum uitspraak: 26 november 2024
TUSSEN-
UITSPRAAK
op de vordering van 29 juli 2024 van de officier van justitie bij deze rechtbank tot het in behandeling nemen van een Europees aanhoudingsbevel (EAB). [1]
Dit EAB is uitgevaardigd op 10 juni 2024 door
the Regional Court in Torun, Polen (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
[opgeëiste persoon] ,
geboren in [geboorteplaats] (Polen) op [geboortedag] 2000,
zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland,
gedetineerd in [detentieplaats] ,
hierna ‘de opgeëiste persoon’.

1.Procesgang

De zitting van 25 september 2024
De behandeling van het EAB heeft plaatsgevonden op de zitting van 25 september 2024, in
aanwezigheid van mr. S.J. Wirken. officier van justitie. De opgeëiste persoon is verschenen en is bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. B. Ivanov-Petkova, advocaat in ’s-Gravenhage, en door een tolk in de Poolse taal.
De rechtbank heeft de termijn waarbinnen zij op grond van de Overleveringswet (OLW)
uitspraak moet doen over de verzochte overlevering met 30 dagen verlengd. [2]
Tevens heeft de rechtbank voor sluiting van het onderzoek ter zitting de gevangenhouding
bevolen.
De tussenuitspraak van 9 oktober 2024
De rechtbank heeft op 9 oktober 2024 [3] een tussenuitspraak gewezen, waarbij het onderzoek is heropend en voor onbepaalde tijd geschorst om de officier van justitie aan de uitvaardigende justitiële autoriteit vragen te laten stellen over de detentieomstandigheden in Polen. Bij tussenuitspraak is de beslistermijn met 30 dagen verlengd op grond van artikel 22, vijfde lid, OLW en de gevangenhouding is ook verlengd op grond van artikel 27, derde lid, OLW.
De zitting van 12 november 2024
De behandeling van het EAB is voortgezet op de zitting van 12 november 2024, in aanwezigheid van mr. G.M. Kolman, officier van justitie. De opgeëiste persoon is verschenen en is bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. B. Ivanov-Petkova, advocaat in ’s-Gravenhage, en door een tolk in de Poolse taal.
De rechtbank heeft de beslistermijn met 30 dagen verlengd op grond van artikel 22, vijfde lid, OLW onder gelijktijdige verlenging van de gevangenhouding op grond van artikel 27, derde lid, OLW.

2.Identiteit van de opgeëiste persoon

Ter zitting heeft de opgeëiste persoon verklaard dat de bovenvermelde persoonsgegevens juist zijn en dat hij de Poolse nationaliteit heeft.

3.Tussenuitspraak van 9 oktober 2024

De rechtbank verwijst naar haar tussenuitspraak van 9 oktober 2024. Hierin heeft de rechtbank de grondslag van het EAB, de inhoud van het EAB en de strafbaarheid van het feit en artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de EU (dat ziet op de Poolse rechtstaat) al beoordeeld. Deze overwegingen dienen hier als herhaald en ingelast te worden beschouwd.

4.Artikel 11 OLW: detentieomstandigheden

De rechtbank verwijst in dit kader allereerst naar haar overwegingen onder punt 5.2 van de tussenuitspraak van 9 oktober 2024.
De parketsecretaris heeft bij e-mail van 7 oktober 2024 aan de uitvaardigende justitiële autoriteit vragen gesteld in het kader van het onderzoek naar het hiervoor bedoelde individuele gevaar voor de opgeëiste persoon van schending van zijn grondrechten als gedetineerde in het
remand regimein Polen. Deze vragen zijn bij brief van 17 oktober 2024 van
the assistant general director of the prison serviceals volgt beantwoord:
“A. In which remand prison will [opgeëiste persoon] most likely be detained after his surrender?Re.1:According to the detailed principles of regionalization of detaining in houses of detention, penal institutions, and sentenced and punished, a man who is remanded in custody and who is staying at the disposal of the Circuit Prosecutor's Office in Torun is placed in the External Remand Centre in Torun which comes under the Penal Institution in Inowroclaw. This means that assuming that the a/m detained persons will be handed over to the Polish party, they will, with a high probability, be placed in the aforementioned penitentiary unit.B. Could you confirm that the information attached to this e-mail (Annex II and Annex III [4] ) with regard to the answers to abovementioned questions 1 and 3 is also applicable to [opgeëiste persoon] ?enD. How many hours per day would [opgeëiste persoon] at least spend outside his cell in the remand prison as meant in question A?Re.2&4:As per the information provided by the Assistant Director of the Penal Institution in Inowroclaw, who is the Head of the External Remand Centre in Torun, during their detention in the indicated penitentiary the inmates shall have a possibility to take part in activities organized by the unit's administrator. The organized activities in the scope of culture and education are aimed at shaping a civic and patriotic attitude. The activities are carried out as per a weekly plan and a schedule created by tutors. The plan is announced to the inmates. The participation in those activities is voluntary and the detained on remand decide on their own whether they want to participate. The activities are carried out in the television room.
The activities are conducted between: 08:00-12:30 and 13:30-18:00. The television room in the living b1ock is equipped with a stationary bicycle to exercise, the table football game, and a TV Set. Moreover, during that time the inmates are given board games, chess, dart.A tutor for the penitentiary conducts additional classes for the remanded in custody within his/her own group. They are conducted once a week, and depending on the interests of the participants, the topics are various (conversations, board games. crossword puzzles, card games, Sudoku, table tennis). The detained on remand can also use the library located in the living block, listen to the radio broadcasts from the radio broadcasting system, and read papers. At the External Remand Centre in Torun masses for the detained on remand take place on Wednesdays from 10.00 to 12.00 in a chapel of the living block. The detained on remand can also participate in individual religious meetings and religion teachings.The aforementioned activities last about an hour, on average. That time does not include at least a one-hour-long walk (when the inmates can use sports equipment) which in total gives about 2.5 hours of stay outside their cells, not counting other activities carried out outside the cell. like visits, using a payphone; participation in procedural actions, educational and psychological conversations, rendering medical services, etc., which depend on an inmate' s individual situation.
It also should be noted that pursuant to art. 221 §1 of the Executive Penal Code, the detained on remand - who stand out in terms of abiding by the internal regulations of the house of detention, as well as by the principles set in the organizational and order regulations of carrying out the detention on remand - may be awarded prizes. The prizes include among other things, an additional or longer walk, an individual exception from the internal regulations of the house of detention. in the scope specified by the Director of the House of Detention, a permission for a more frequent participation in cultural and educational activities in. the scope of physical education and sports, a permission for longer visits.Regarding the contact of a detained on remand with the outside world during visits, and using a payphone, the standards in force in that matter are as follows:A detained on remand uses a payphone to contact their defense counsel and their family and other next of kin pursuant to art. 217c) of the Executive Penal Code. This means that a detained on-remand may use a payphone at least once a week, in times set in the internal order of the House of Detention, to contact their defense counsel, an attorney being a barrister or legal adviser. and a representative not being a barrister or a legal adviser which was approved by the Chairperson of the Chamber of the European Court of Human Rights to represent the detained on remand, before that Court (with the reservation of the situation when - in the opinion of the body at whose disposal is the detained on remand, a possible use of the payphone shall be used to hinder the criminal proceedings or to commit an offence).
A detained on remand - in exceptional cases - in particular when a direct contact is not possible or considerably hindered, or if it is a result of a sudden life situation, can also use the payphone in times- set in the internal order-of the House of Detention, to contact another person - not specified above.
Each conversation requires a consent of the body at whose disposal is the detained on remand, given in the form of an order, unless the body, at whose disposal is the detained on remand, orders otherwise.As per the Internal Order in force in the External Remand Centre in Torun a detained on remand can use the payphone at least twice a week, at their own expense or the expense of the person they call (private conversations). In addition, once a week the inmates have the right to use the payphone to contact the person mentioned in art. 8 § 3 of the Executive Penal Code. The calls are possible from 09.00 to 17.00, excluding times of serving meals.Regarding visits of the detained on remand it must be noted that pursuant to art. 217 § 1 of the Executive Penal Code a detained on remand may be allowed a visit when an order giving consent for a visit is issued by the body at whose disposal the detained on remand is. If the detained on remand is at disposal of several bodies, each body must give its consent, unless the bodies specify otherwise. A detained on remand, with the reservation of the situation when a visit may be used .to hinder criminal proceedings, has the right to at least one visit a month with his next-of-kin. Visits for the detained on remand placed in the External Remand Centre in Torun take place on the first and the third Wednesday of a given month and on Sundays from 08:00 to 16:00.
C. The Court understands from the CPT report that remand prisoners are provided with a minimum of 3 square meters of personal space (excluding sanitary facilities) in a multi-occupancy cell. In light of the judgment inDorobantu(ECLI:EU:C:2019:857, paragraphs 75- 76), can it be guaranteed that the personal space available to [opgeëiste persoon] i in a multi- occupancy cell in the remand prison as meant in question A will be at least 4 square meters (excluding sanitary facilities)? Or will he only be provided with an amount of personal space between 3 and 4 square meters (excluding sanitary facilities) in a multi-occupancy cell?Re.3:
Regarding the living conditions in multi-person cells in the External Remand Centre in Torun, I explain that the living area of the cell per one inmate is from 3 m2 to 4 m2. The usable area of the cells taken into account when calculating its purpose and volume is the surface without a blank door, heating recesses and surface of sanitary units. From that area no space occupied by quartermaster's supply is taken away. The inmates can also use clean and fit for use mattresses and sheets, an access to daylight, an artificial light and air conditioning in, properly heated living cells.
E. How long does the procedure (including the legal remedy) take to obtain permission to use the telephone and to receive visitors in the remand prison as meant in question A?Re.5:
The duration of the procedure for being granted a consent to use the phone and an order giving consent for a visit is not within the competence of the Prison Service. Those decisions are made by bodies independent of the prison bodies.”
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat de verstrekte detentiegarantie het gevaar op schending van grondrechten voor de opgeëiste persoon als gedetineerde in het
remand regimeniet wegneemt. Hij heeft verwezen naar een uitspraak van 1 oktober 2024 [5] waarin de rechtbank geen gevolg heeft gegeven aan het EAB en de officier van justitie niet-ontvankelijk heeft verklaard. De verstrekte informatie in die zaak is identiek aan de verstrekte informatie in de zaak van de opgeëiste persoon.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de verstrekte detentiegarantie het gevaar op schending van grondrechten voor de opgeëiste persoon als gedetineerde in het
remand regimewegneemt. De verstrekte informatie verschilt van de informatie in de door de raadsman aangehaalde uitspraak van 1 oktober 2024. Uit de informatie in deze zaak volgt namelijk dat de gedetineerde dagelijks tenminste 2,5 uur per dag buiten de cel verblijft en dat daarnaast aanvullende activiteiten worden georganiseerd.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank heeft in de tussenuitspraak van 9 oktober 2024 overwogen dat zij is verplicht om na te gaan of er gronden bestaan om aan te nemen dat de opgeëiste persoon na zijn overlevering aan Polen een reëel gevaar loopt van schending van zijn grondrechten gezien de detentieomstandigheden in het
remand regimein Polen en heeft in verband daarmee de officier van justitie verzocht de uitvaardigende autoriteit een vijftal vragen te laten beantwoorden. Deze vragen zijn beantwoord in de aanvullende informatie van 17 oktober 2024. De rechtbank leest deze aanvullende informatie als volgt. De persoonlijke celruimte zal tussen de 3 en 4 m2 zijn, terwijl de opgeëiste persoon gegarandeerd één uur per dag buiten zijn cel kan wandelen. De overige activiteiten worden aangeboden in een “
weekly plan and a schedule created by tutors”.Die activiteiten duren gemiddeld (
“on average”) een uur en de activiteiten volgens het
weekly planzijn zonder beperking toegankelijk in twee blokken per dag. Vervolgens wordt er gesteld
“which in total gives about 2.5 hours of stay outside their cells.”Het is voor de rechtbank echter niet geheel duidelijk of de 2,5 uur buiten de cel
per dagis. [6] De rechtbank zal daarom, in het kader van het te verrichten nadere onderzoek, het onderzoek heropenen en de officier van justitie verzoeken om de uitvaardigende justitiële autoriteit de volgende vraag te stellen:
-
Wordt gegarandeerd dat de opgeëiste persoonper dag2,5 uur buiten zijn cel doorbrengt?

5.Beslissing

HEROPENTen
SCHORSThet onderzoek voor onbepaalde tijd, om de officier van justitie in de gelegenheid te stellen de hiervoor onder 4. geformuleerde vraag te stellen aan de uitvaardigende justitiële autoriteit
;
VERLENGTde termijn waarbinnen de rechtbank uitspraak moet doen op grond van artikel 22, vijfde lid OLW de termijn waarbinnen de rechtbank op grond van de OLW uitspraak moet doen over de verzochte overlevering met 30 dagen, onder gelijktijdige verlenging van de gevangenhouding op grond van artikel 27, derde lid, OLW;
Bepaaltdat de zaak uiterlijk
14 dagen voor 26 december 2024(het einde van de verlengde beslistermijn) opnieuw op zitting moet worden gepland;
BEVEELTde oproeping van de opgeëiste persoon tegen nader te bepalen datum en tijdstip, met tijdige kennisgeving daarvan aan zijn raadsman.
BEVEELTde oproeping van een tolk voor de Poolse taal tegen nader te bepalen datum en tijdstip.
Deze uitspraak is gedaan door:
mr. R.A. Sipkens, voorzitter,
mrs. M.C. Danel en C.M. Delstra, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. S. van Gerven, griffier,
en in het openbaar uitgesproken op de zitting van 26 november 2024.
Ingevolge artikel 29, tweede lid, OLW staat tegen deze uitspraak geen gewoon rechtsmiddel open.

Voetnoten

1.Zie artikel 23 Overleveringswet.
2.Zie artikel 22, eerste en derde lid, OLW.
4.De bijlagen II en III betreffen informatie verstrekt in een vergelijkbare zaak, welke informatie door de parketsecretaris aan de uitvaardigende justitiële autoriteit is verstrekt
6.Anders dan in ECLI:NL:RBAMS:2024:6926.