Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the Regional Court in Bydgoszcz, Polen (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
Grondslag en inhoud van het EAB
decision issued by the District Court in Bydgoszcz to impose pre-trial detentionvan 13 september 2022 (met
file ref. no.III Kp 330/21).
4.Strafbaarheid
5.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, OLW
6.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 13 OLW
- Het onderzoek is in Polen aangevangen;
- Bewijs bevindt zich in Polen;
- De verdovende middelen waren voor de Poolse markt bestemd;
- Polen heeft een EAB uitgevaardigd ten behoeve van de strafvervolging;
- Nederland is niet voornemens de opgeëiste persoon te vervolgen voor de feiten die ten grondslag liggen aan het EAB, en een dergelijk verzoek van de Poolse autoriteiten om de vervolging over te nemen ligt er niet.
7.Onschuldverweer
9.Artikel 11, OLW: detentieomstandigheden
- Geldt ten aanzien van de
- Mogen alle voorlopig gedetineerden deelnemen aan deze activiteiten, behoudens de situatie dat een beslissing tot (contact)beperking is opgelegd?
- Als het zo is dat voorlopig gedetineerden gebruik kunnen maken van de aangeboden activiteiten of anderszins buiten de cel mogen verblijven (bijvoorbeeld in een gemeenschappelijke ruimte), hoeveel uur per dag kunnen zij buiten hun cel doorbrengen?
- Maakt het voor de beantwoording van de bovenstaande vragen uit in welk huis van bewaring de voorlopig gedetineerde is geplaatst? Zo ja, kunt u uitleggen hoe dit per huis van bewaring verschilt?
- Kunt u omschrijven welke procedure door een voorlopig gedetineerde moet worden gevolgd om toestemming te vragen voor het ontvangen van bezoek dan wel telefonisch contact met een ander dan de advocaat?
- Is de bevinding van het CPT, dat dit er voor voorlopig gedetineerden in de praktijk toe leidt dat zij slechts één keer per maand bezoek kunnen ontvangen voor maximaal 1 uur, nog steeds actueel? Zo ja, geldt dit alleen voor de bezochte
- In welk huis van bewaring zal de opgeëiste persoon naar alle waarschijnlijkheid worden geplaatst?
10.Beslissing
SCHORSThet onderzoek voor onbepaalde tijd – met dien verstande dat de zaak uiterlijk 14 dagen voor 26 juni 2024 (het verstrijken van de beslistermijn) weer op zitting moet worden aangebracht – teneinde de officier van justitie in gelegenheid te stellen de hiervoor onder 9.2 genoemde vragen voor te leggen aan de uitvaardigende justitiële autoriteit;