Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
le procureur de la République près le Tribunal Judiciaire de Marseille(Frankrijk) (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Tribunal Judiciaire de Marseillevan 8 oktober 2021, parketnummer: 17199000074.
- De beslissing zal hem na de overlevering onverwijld persoonlijk worden betekend; en
- De betrokkene zal na de betekening van de beslissing uitdrukkelijk worden geïnformeerd over zijn recht op een verzetprocedure of een procedure in hoger beroep, waarbij hij het recht heeft aanwezig te zijn, waarbij de zaak opnieuw ten gronde wordt behandeld en nieuw bewijsmateriaal wordt toegelaten, en die kan leiden tot herziening van de oorspronkelijke beslissing, en
- De betrokkene zal geïnformeerd worden over de termijn waarover hij beschikt om verzet of hoger beroep aan te tekenen, namelijk 10 dagen.”
4.Strafbaarheid
5.Artikel 11 OLW: detentieomstandigheden
1/ If the Court of Amsterdam authorises the surrender, the determination of the place of detention of [opgeëiste persoon] upon his arrival on the national territory, will depend in particular on the prosecutor before whom he will be presented for the service of the arrest warrant and the judgment of 8/10/2021. Thus, if [opgeëiste persoon] were to arrive by plane at Roissy Charles de Gaulle airport, he would be brought before the public prosecutor of Bobigny, with territorial jurisdiction, and incarcerated in a prison in the department of Seine-Saint-Denis (Villepinte) or a detention center in the Paris region. It is therefore almost unlikely that Mr. [opgeëiste persoon] will be imprisoned in Nîmes, 727 km away.
Contrôleur général des lieux de privation de libertévan 30 juni 2022 en de
Observatoire international des prisons-section françaisevan 16 juni 2022.
6.Beslissing
SCHORSThet onderzoek ter zitting voor onbepaalde tijd om de officier van justitie in de gelegenheid te stellen voornoemde vragen aan de uitvaardigende justitiële autoriteit voor te leggen.