Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek ter terechtzitting
2.Inleiding
3.Tenlastelegging
bijlage Idie aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
4.Voorvragen
5.Anonieme bedreigde getuigen NN1 en NN2
equality of arms-beginsel. Er is geen sprake van schending van het ondervragingsrecht, omdat de rechter-commissaris de verdediging de gelegenheid heeft geboden tot het opgeven van schriftelijke vragen. De verdediging heeft er zelf bewust voor gekozen om de eerste vragenronde onbenut te laten.
equality of arms-beginsel, zoals door de raadslieden is aangevoerd, zou de rechtbank in dit stadium al tot de conclusie kunnen komen dat de verklaringen van de anonieme bedreigde getuige(n) (al op voorhand) moeten worden uitgesloten van het bewijs.
waarnade verdediging na kennisname van de inhoud van de verklaring, de mogelijkheid diende te krijgen om telefonisch of schriftelijk vragen op te geven. Op 16 februari 2023 heeft mr. Römer de rechter-commissaris een bericht gestuurd van dezelfde strekking.
“Is er een goede reden voor het niet horen van de getuige of het niet prijsgeven van zijn identiteit?”De verdediging heeft zich vervolgens op het standpunt gesteld dat voornoemde vraag met “nee” moet worden beantwoord. Dit omdat de getuigen NN1 en NN2 in de ogen van de verdediging niet de status van ‘anonieme bedreigde getuigen’ hadden mogen krijgen.
“het de rechter-commissaris gevraagd of ongevraagd adviseren op het gebied van de afscherming van de identiteit van de getuige”. De CI-officier van justitie is bij uitsluiting van andere officieren van justitie belast met en verantwoordelijk voor de afscherming van anonieme bedreigde getuigen en heeft bij uitstek expertise op dit gebied. Er zijn geen aanwijzingen dat de rol van de CI-officier van justitie bij de verhoren anders is geweest dan door de rechter-commissaris in zijn processen-verbaal is verwoord. Niet is gebleken dat de aanwezigheid van de CI-officier van justitie tijdens de verhoren van invloed is geweest op (het verloop van) de verhoren en/of de door de bedreigde getuigen afgelegde verklaringen.
equality of arms. Er is geen ongelijkheid geconstateerd tussen het (zaaks) Openbaar Ministerie en de verdediging om op het getuigenverhoor zelf invloed en controle uit te oefenen. Het verweer van de raadslieden strekkende tot uitsluiting van de verklaringen van getuigen NN1 en NN2 van het bewijs op deze gronden, wordt verworpen.
equality of arms-beginsel op dit punt of het recht op een eerlijk proces. De verweren van de raadslieden worden verworpen.
6.13Riverton
“Waar is die kankerneger?”. [43] Ze waren in het zwart gekleed en droegen bivakmutsen. De grote man had een Kalasjnikov, [44] de kleinere man had een pistool. [45] Ze begonnen te schieten. Eerst op een vrouw in de keuken (de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 2] ). Ze bleven roepen: “
Waar is die kankerneger?”. [46]
“Waar is die nigger?”. Toen hij dat zei, schoot hij tegen de grond en raakte [slachtoffer 1] . [47] De dader sprak met een Surinaams of Antilliaans accent. [48] De schutter schoot op [slachtoffer 1] alsof het niets was. [49] De schutters waren mannen met een getinte huidskleur. De persoon met de Kalasjnikov was tenger en lang, ongeveer tussen 1.80m en 1.90m en de persoon met het pistool was mollig en ongeveer 10cm kleiner, tussen 1.70m en 1.80m. [50]
“wie is dit?”voordat hij op [slachtoffer 1] schoot, die op zijn buik op de grond lag. Hij verklaarde dat de man met de Kalasjnikov langer was dan de ander. De lange man was ongeveer 1.80m en de man met het handvuurwapen 1.68m. [52]
“Waar is die kankerneger”. De eerste schoten werden afgevuurd in de richting van de keuken, waar op dat moment [slachtoffer 4] en [slachtoffer 2] stonden. Zij zijn daarbij geraakt. In de kantoorruimte is [slachtoffer 1] door de schutter met de Kalasjnikov doodgeschoten. De daders zijn (met snelheid) weggereden in een zwarte BMW 1 serie.
[naam 2]die in het onderzoek Delta17 naar voren zijn gekomen als leveranciers van vluchtvoertuigen bij liquidaties, daarbij vermoedelijk werkend in opdracht van
“ [nummer] . [medeverdachte] ”. [86] [medeverdachte] is de voornaam van [medeverdachte] . Op 9 januari 2018 stuurde [verdachte] [naam vriendin verdachte] om 20:59 uur het bericht:
“Bel die mattie van me zeg hem ben voor. Scherp ff daar ja.”,waarop [naam vriendin verdachte] reageerde met:
“Welke die [nummer] ofzo”. Daarop antwoorde [verdachte] :
“ [nummer] ”. [87] Het telefoonnummer eindigend op * [nummer] werd ook aangetroffen in de Alcatel One telefoon van [verdachte] . [88] [naam vriendin verdachte] verklaarde tijdens haar verhoor in het kader van de zaak 13Itasca op de vraag hoe ze aan het nummer van [medeverdachte] kwam, dat [verdachte] tegen haar had gezegd dat zij naar dat nummer kon bellen in het geval zij [verdachte] niet kon bereiken als ze hem moest ophalen. [naam vriendin verdachte] verklaarde dat het telefoonnummer van [medeverdachte] eindigde op ‘ [nummer] ofzo’. [89] Het telefoonnummer * [nummer] bleek in de telefoon van [naam zoon medeverdachte] , de zoon van [medeverdachte] , opgeslagen als het contact ‘PA’. [90] Gelet op deze bevindingen in samenhang bezien, kan het niet anders kan zijn dan dat [medeverdachte] de vaste gebruiker was van het telefoonnummer eindigend op * [nummer] , in ieder geval vanaf 1 januari 2018 tot 29 januari 2018. Na 29 januari 2018 is dit telefoonnummer niet meer gebruikt. [91]
“ik ga 1 van deze dagen goed geld maken dan gaan we vakantie”. [95]
“Kleine witten brurgerstraat”. [106] Vervolgens zocht [naam vriendin verdachte] om 22:49 uur en 22:50 uur via de site van de ANWB twee routes op om naar de Kleine Wittenburgerstraat te rijden. De eerste route had als vertrekpunt de 1e Van Swindenstraat te Amsterdam. Vanaf daar is het volgens Google Maps 6 minuten rijden naar de Kleine Wittenburgerstraat. De tweede route liep vanaf het toenmalige woonadres van [verdachte] en [naam vriendin verdachte] naar de Kleine Wittenburgerstraat. [107]
“Kleine witten brurgerstraat”. [112]
: “3 uur heb ik ff een afspraak dan weer ff iets op halen ja moetje me ff rijden ja”. [115]
Ze is jarige toch vandaag” waarop [verdachte] om 17:06:11 uur antwoordde:
“Ja man klop. Ze heeft mij uitgenodigd. Maar ik kan niet gaan. Ik ben bezig geen tyd ff voor dat ik moet zowieso ff langs daar voor [medeverdachte] ”. [124] Uit het dossier blijkt dat de dochter van [medeverdachte] , [naam dochter medeverdachte] , op 26 januari 2018 jarig was. [125] Na 17:19 uur zijn geen loggegevens meer te zien. [126]
[naam zus verdachte] is half elf klaar, dan gaan we nu… dan ga ik jou halen, dan gaan we naar huis en dan gaan we weer [naam zus verdachte] halen en dan gaan we weer naar huis. Wat is dat nou weer voor gekkigheid. Blijf daar bij je vriend hoor”. [139] Om 21:11 uur peilde de telefoon van [verdachte] uit in Holendrecht in Amsterdam-Zuidoost. [140]
“Me man wil die spullen”, waarop [naam vriendin verdachte] vroeg welke spullen. [naam partner medeverdachte] schreef:
“Wat je man aan had (…) Je moet naar holendrecht komen.” [168]
“Ik kom straks ja. Breng ik die dingen.”.[naam partner medeverdachte] reageerde daarop dat ze thuis was. [169]
de auditu-verklaring is. Deze verklaring is niet gebaseerd op een eigen waarneming van getuige NN1. Het gaat om een verklaring van horen zeggen.
De auditu-verklaringen dienen om die reden met grote voorzichtigheid te worden benaderd. In dit geval geldt dat te meer omdat degene die de verklaring heeft afgelegd alsook degenen van wie de informatie afkomstig is, anoniem zijn gebleven. De verklaring is kort en algemeen en geeft niet prijs van wie de informatie vernomen is. Dit kan alles te maken hebben met de bescherming van de identiteit van de getuige. Echter, dit maakt dat de rechtbank geen goed oordeel kan geven over de betrouwbaarheid van de inhoud van de verklaring van getuige NN1. De rechtbank zal deze verklaring daarom niet voor het bewijs gebruiken. Het standpunt van de raadsman over getuige NN1 behoeft daarom voor het overige geen bespreking.
“ [bijnaam verdachte] moet worden berecht voor zijn daden”, maar ook de beloning van
- de getuige een bedreigde getuige is en als zodanig door de rechter-commissaris is gehoord met toepassing van de wettelijke regeling zoals opgenomen in de artikelen 226c tot en met 226f Sv en
- het gaat om een ernstig misdrijf zoals omschreven in artikel 67 lid 1 Sv die gezien de aard, het georganiseerd verband waarin het is begaan of de samenhang met andere door verdachte begane misdrijven, een ernstige inbreuk op de rechtsorde opleveren.
- de bewezenverklaring in belangrijke mate steun vindt in andersoortig bewijsmateriaal en
- de verdediging niet op enig moment te kennen heeft gegeven de persoon wiens identiteit niet blijkt te (doen) ondervragen.
the overall fairness of the trial’ bepalend is. Van belang hierbij is (1) of er een goede reden was voor het niet kunnen ondervragen van de getuige, (2) het gewicht dat de verklaring aan de verklaring van de getuige heeft in de bewijsconstructie en (3) het bestaan van compenserende factoren voor het ontbreken van de mogelijkheid te getuige de ondervragen. Deze beoordelingsfactoren moeten in onderling verband worden beschouwd. Naarmate het gewicht van de verklaring van de getuige groter is, is het des te meer van belang dat er een goede reden bestond voor het niet bieden van een behoorlijke en effectieve ondervragingsgelegenheid en dat er compenserende factoren bestaan, wil de verklaring voor het bewijs kunnen worden gebruikt.
“Jullie gaan dertig dagen. Voor wat? Waar zit ie?”[medeverdachte] antwoordt:
“Voor niks. Ik weet het niet. Ik wil geen contact.”. [medeverdachte] zegt: “
Sinds die torie [190] was ik echt boos op hem. (…)
Hij heeft zijn torie gepakt en heeft het eruit gegooid. (…) Hij heeft het eruit gegooid, en daarna toen die man ging vlammen… hij heeft geluk dat ze hem niet hebben gepakt omdat … (ntv [191] ) waren ze zo snel ter plaatse toch? Snap je?” [gebruiker 4] zegt:
“dat ding is geen Jerrycan.”[medeverdachte] antwoordt:
“Deze is zachter.”[gebruiker 4] zegt:
“Ik was kaolo/schijt bang, deze man (ntv) kinderen (…) Voor deze shit gaat die man naar binnen.” [192]
prosecution witness, betrekking heeft op de situatie dat de verdediging heeft verzocht om een getuige te horen ten aanzien van wie de verdediging het ondervragingsrecht nog niet heeft kunnen uitoefenen, terwijl deze getuige al (in het vooronderzoek of anderszins) een verklaring heeft afgelegd met een belastende strekking. In deze zaak is deze situatie strikt genomen niet aan de orde omdat [medeverdachte] niet op enig moment in deze procedure als getuige een verklaring heeft afgelegd die [verdachte] belast.
7.13Glanskop
Awooo. Waar is die man” waarop [medeverdachte] antwoordde: “
Ik ga nu nr huis ik denk in de buurt bel hem”. Om 23:03 uur heeft [verdachte] [slachtoffer 3] gebeld. Het gesprek duurde 35 seconden. Vervolgens belde [verdachte] om 23:05 uur met [medeverdachte] (telefoonnummer * [nummer] ). Dat gesprek duurde 10 seconden. De telefoon van [verdachte] maakte op dat moment contact met de zendmast in de buurt van de Gaasperdammerweg, dit is vlakbij de Maldenhof gelegen. Na dit gesprek heeft [medeverdachte] het telefoonnummer eindigend op * [nummer] niet meer gebruikt.
“Ok, is goed”. [slachtoffer 3] is toen naar boven gegaan. Vermoedelijk gaat het om het telefoongesprek van 01:06 uur waarbij [slachtoffer 3] anoniem is gebeld. Dat gesprek duurde slechts 6 seconden. Volgens [naam broer slachtoffer 3] is [slachtoffer 3] ongeveer 20 minuten na het telefoongesprek naar buiten gegaan. Om 01:41 uur is [slachtoffer 3] opnieuw anoniem gebeld. Dit gesprek duurde 4 seconden. De telefoon van [slachtoffer 3] peilde op dat moment uit in de buurt van zijn woning.
“ [bijnaam verdachte] kwam hem halen G”. [naam 12] antwoordde daarop dat hij de volgende dag met [verdachte] zou afspreken. Volgens [naam 13] heeft [verdachte] [slachtoffer 3] sowieso opgehaald. Later stuurde [naam 12] :
“Als ze bloed van [bijnaam verdachte] op [bijnaam slachtoffer 3] vinden van die gevecht is klaar”.
“Ik weet niet op wat voor een klote [bijnaam verdachte] zit. [bijnaam slachtoffer 3] vertrouwde die man blind ging dood voor hem”.Verder blijkt uit de chats dat [naam 12] en [verdachte] elkaar op 12 februari 2015 rond 15:06 uur hebben ontmoet. Om 17:41 uur stuurde [naam 12] naar [naam buurjongen] :
“De man die hem kwam halen”waarbij hij een screenshot meestuurde van de chat met [verdachte] . Later op de avond, vanaf 23:04 uur, stuurde [naam 12] naar een persoon genaamd ‘ [naam 17] ’ dat [naam 12] met ‘hem’ (de rechtbank begrijpt: [verdachte] ) was die middag en [verdachte] ‘hem’ (de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 3] ) is komen halen ‘op de brom’.
“Enne toen stond er nog iemand daar zo te wachten en hebben ze gevochten, gevochten, ging [bijnaam slachtoffer 3] wegrennen en toen hebben ze hem van achteren geschoten”. Vervolgens vroeg [naam broer medeverdachte] of het 2 tegen 1 was waarop [naam 18] bevestigend antwoordde. [naam broer medeverdachte] vroeg vervolgens of [naam 18] ‘ [bijnaam verdachte] ’ zijn nummer heeft, waarop ze zei dat ze klaar was met hem. Ze zei:
“Je weet toch wat ik je net zei?”waarop [naam broer medeverdachte] antwoordde:
“Serieus dus hij doet die dingen?”.
de auditu-verklaringen daarom niet voor haar beoordeling.
“ [medeverdachte] vertelde mij dat [verdachte] en hij de uitvoerders van de liquidatie op [bijnaam slachtoffer 3] zijn geweest.”
de auditu-verklaring is, ofwel een verklaring van horen zeggen. Deze verklaring is niet gebaseerd op een eigen waarneming van NN1, maar afkomstig van onbekende derden. Zoals de rechtbank in verband met de zaak 13Riverton ook al overwoog, dienen
de auditu-verklaringen met voorzichtigheid te worden benaderd. In dit geval des te meer omdat degene die de verklaring heeft afgelegd anoniem is gebleven alsook degenen van wie de informatie afkomstig is. Dit maakt dat de betrouwbaarheid van de verklaring van NN1 ten aanzien van de betrokkenheid van [verdachte] niet goed te beoordelen is. De rechtbank is daarom van oordeel dat deze verklaring niet voor het bewijs kan worden gebruikt. Het standpunt van de raadsman over getuige NN1 behoeft daarom verder geen bespreking.
8.Bewezenverklaring
9.Strafbaarheid van de feiten
10.Strafbaarheid van verdachte
11.Motivering van de straf
12.Beslag
bijlage IIaan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
- Kentekenplaat [kenteken] voorzijde goednummer 5522215 (nr. 11);
- Kentekenplaat [kenteken] achterzijde goednummer 5522216 (nr. 13);
- Huls 7.62 bij bordje 6 goednummer 5522177 (nr. 6);
- Huls 7.62 bij bordje 4 5522175 (nr. 8);
- Huls 7.62 bij bordje 5 5522176 (nr. 9);
- Huls 7.62 bij bordje 2 goednummer 5522172 (nr. 14);
- Kogelpunt bij bordje 9 goednummer 5522180 (nr. 15);
- Huls 7.62 bij bordje 3 goednummer 5522174 (nr. 16);
- Huls 7.62 bij bordje 8 goednummer 5522179 (nr. 17);
- Huls 7.62 bij bordje 7 goednummer 5522178 (nr. 18);
- Kogelpunt bij bordje 10 goednummer 5522181 (nr. 19);
- Huls 7.62 bij bordje 13 goednummer 5522182 (nr. 20);
- Huls 9 x 17 (9MM KORT) bij bordje 14 goednummer 5522183 (nr. 21);
- Kogelpunt bij bordje 15 goednummer 5522184 (nr. 22);
- Kogelpunt bij bordje 16 goednummer 5522185 (nr. 23);
- Kogelpunt bij bordje 19 goednummer 5522186 (nr. 24);
- Deels platgeslagen kogelpunt goednummer 5522552 (nr. 29);
- Projectiel I goednummer 5524158 (nr. 39);
- Projectiel J goednummer 5524160 (nr. 40);
- Projectiel P goednummer 5524161 (nr. 41);
- Projectiel vanuit jas goednummer 5525002 (nr. 44).
- Telefoon goednummer 5521836 (nr. 1): aan nabestaanden [slachtoffer 1] ;
- Notebook (BlackBerry) goednummer 5523469 (nr. 30): aan [slachtoffer 4] ;
- Telefoons met goednummers 5523479, 5523466, 5523467, 5523474 (nrs. 33, 34, 35 en 36): aan [slachtoffer 4] ;
- Jas goednummer 5523519 (nr. 37): aan [slachtoffer 4] ;
- Telefoon goednummer 5570171 (nr. 43): aan [naam vriendin verdachte] ;
- Telefoon goednummer 5693314 (nr. 45): aan [naam zoon medeverdachte] ;
- Telefoon goednummer 5712098 (nr. 47): aan [naam 4] ;
- iPhone goednummer 5714072 (nr. 48): aan [naam 4] ;
- Alcatel goednummer 5714076 (nr. 49): aan [naam 4] ;
- Macbook goednummer 5714102 (nr. 50): aan [naam 4] ;
- Sim goednummer 5779199 (nr. 51): aan [verdachte] ;
- Telefoon goednummer 5799233 (nr. 52): aan [naam 21] .
- Zwarte Nike pet goednummer 5522057 (nr. 2);
- Louis Vuitton schoenen goednummer 5521836 (nr. 3);
- Spijkerbroek goednummer 5522048 (nr. 4);
- Helm goednummer 5522188 (nr. 5);
- Helm goednummer 5522187 (nr. 7);
- Bordje 1 9 x 17 goednummer 5522170 (KOR) (nr. 10);
- Paar handschoenen vanaf plein buiten goednummer 5522189 (nr. 12);
- Schoenen goednummer 5522190 (nr. 25);
- Glas vanaf grond goednummer 5522198 (nr. 26);
- Glas vanuit sponning auto goednummer 5522199 (nr. 27);
- Stuk karton naast uitgebrande auto goednummer 5522201 (nr. 28);
- Snorfiets met kenteken [kenteken] goednummer 5285651 (nr. 31);
- Snorfiets (betrokken bij achtervolgingen) goednummer 5132177 (nr. 32);
- Linker schietmouw [naam 22] goednummer 5523374 (nr. 38);
- Telefoon goednummer 5567954 (nr. 42);
- Telefoon met oplader goednummer 5711130 (nr. 46);
- Telefoon goednummer 5869013 (nr. 53);
- Telefoon goednummer 5876346 (nr. 54);
- Telefoon goednummer 6068003 (nr. 55);
- Telefoon goednummer 6068011 (nr. 56);
- Telefoon goednummer 6256383 (nr. 57).
bijlage IIaan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
- USB-stick goednummer 4924532 (nr. 1): aan nabestaanden [slachtoffer 3] ;
- BlackBerry Q10 goednummer 4924534 (nr. 2): aan nabestaanden [slachtoffer 3] ;
- Samsung goednummer 4924533 (nr. 3): aan nabestaanden [slachtoffer 3] ;
- Nokia goednummer 4948295 (nr. 4): aan [naam vriendin verdachte] ;
- Nokia goednummer 4931940 (nr. 5): aan nabestaanden [slachtoffer 3] ;
- Nokia goednummer 4924531 (nr. 6): aan nabestaanden [slachtoffer 3] ;
- Apple iPhone 6s goednummer 6137870 (nr. 7): aan [verdachte] ;
- Apple iPhone X goednummer 6128852 (nr. 8): aan [verdachte] .
13.Vorderingen van de benadeelde partijen
De aard, de toedracht en de gevolgen van de jegens het primaire slachtoffer gepleegde onrechtmatige daad, waaronder de intentie van de dader en de aard en ernst van het aan het primaire slachtoffer toegebrachte leed.
De wijze waarop het secundaire slachtoffer wordt geconfronteerd met de jegens het primaire slachtoffer gepleegde onrechtmatige daad en de gevolgen daarvan. Daarbij kan onder meer worden betrokken of hij door fysieke aanwezigheid of anderszins onmiddellijk kennis kreeg van het onrechtmatige handelen jegens het primaire slachtoffer, of dat hij nadien met de gevolgen van dit handelen werd geconfronteerd. Bij een latere confrontatie kan een rol spelen in hoeverre zij onverhoeds was.
De aard en hechtheid van de relatie tussen het primaire slachtoffer en het secundaire slachtoffer, waarbij geldt dat bij het ontbreken van een nauwe relatie niet snel onrechtmatigheid kan worden aangenomen.
is in dat verband steeds overwogen dat dit in het algemeen slechts het geval zal zijn indien sprake is van een in de psychiatrie erkend ziektebeeld. Daarmee is beoogd tot uitdrukking te brengen dat die emotionele schok moet hebben geleid tot geestelijk letsel dat gelet op aard, duur en/of gevolgen ernstig is, en in voldoende mate objectiveerbaar. Dit brengt mee dat als de rechter op grond van een rapportage van een ter zake bevoegde en bekwame deskundige – waarbij gedacht kan worden aan een ter zake bevoegde en bekwame psychiater, huisarts of psycholoog – tot het oordeel komt dat sprake is van geestelijk letsel in de hiervoor bedoelde zin, hij tot toewijzing van schadevergoeding kan overgaan, ook als in die rapportage geen diagnose van een in de psychiatrie erkend ziektebeeld wordt gesteld. (…).”
14.Toepasselijke wettelijke voorschriften
15.Beslissing
niet bewezenen
spreekt verdachte daarvan vrij.
bewezendat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 8 is vermeld.
[verdachte], daarvoor strafbaar.
levenslange gevangenisstraf.
- PL1300-2018019461-G5522215 - PLAAT VOORZIEN VAN KENTEKEN [kenteken] VOORZIJDE (nr. 11);
- PL1300-2018019461-G5522216 - KENTEKENPLAAT UITGEBRANDE BMW [kenteken] ACHTERZIJDE (nr. 13).
- PL1300-2018019461-G5522177 - HULS 7.62 BIJ BORDJE 6 (nr. 6);
- PL1300-2018019461-G5522175 - HULS 7.62 BIJ BORDJE 4 (nr. 8);
- PL1300-2018019461-G5522176 - HULS 7.62 BIJ BORDJE 5 (nr. 9);
- PL1300-2018019461-G5522172 - HULS 7.62 BIJ BORDJE 2 (nr. 14);
- PL1300-2018019461-G5522180 - KOGELPUNT BIJ BORDJE 9 (nr. 15);
- PL1300-2018019461-G5522174 - HULS 7.62 BIJ BORDJE 3 (nr. 16);
- PL1300-2018019461-G5522179 - HULS 7.62 BIJ BORDJE 8 (nr. 17);
- PL1300-2018019461-G5522178 - HULS 7.62 BIJ BORDJE 7 (nr. 18);
- PL1300-2018019461-G5522181 - KOGELPUNT BIJ BORDJE 10 (nr. 19);
- PL1300-2018019461-G5522182 - HULS 7.62 BIJ BORDJE 13 (nr. 20);
- PL1300-2018019461-G5522183 - HULS 9 X 17 (9 MM KORT) BIJ BORDJE 14 (nr. 21);
- PL1300-2018019461-G5522184 - KOGELPUNT BIJ BORDJE 15 (nr. 22);
- PL1300-2018019461-G5522185 - KOGELPUNT BIJ BORDJE 16 (nr. 23);
- PL1300-2018019461-G5522186 - KOGELPUNT BIJ BORDJE 19 (nr. 24);
- PL1300-2018019461-G5522552 - DEELS PLATGESLAGEN KOGELPUNT (nr. 29);
- PL1300-2018019461-G5524158 - PROJECTIEL I, TIJDENS SECTIE UIT LICHAAM SO (nr. 39);
- PL1300-2018019461-G5524160 - PROJECTIEL J, TIJDENS SECTIE UIT LICHAAM SO (nr. 40);
- PL1300-2018019461-G5524161 - PROJECTIEL P, TIJDENS SECTIE UIT LICHAAM SO (nr. 41);
- PL1300-2018019461-G5525002 - PROJECTIEL VANUIT JAS SLACHTOFFER (nr. 44).
- PL1300-2018019461-G5523469 - NOTEBOOK (BLACKBERRY?) [slachtoffer 4] (nr. 30);
- PL1300-2018019461-G5523479 - TELEFOON [slachtoffer 4] 1.1.1 (nr. 33);
- PL1300-2018019461-G5523466 - TELEFOON [slachtoffer 4] 2.1.2 (nr. 34);
- PL1300-2018019461-G5523467 - TELEFOON [slachtoffer 4] 2.1.3 (nr. 35);
- PL1300-2018019461-G5523474 - TELEFOON [slachtoffer 4] 2.3.1 (nr. 36);
- PL1300-2018019461-G5523519 - JAS [slachtoffer 4] (nr. 37).
- PL1300-2018019461-G5712098 - TELEFOON [naam 4] (nr. 47);
- PL1300-2018019461-G5714072 - IPHONE [naam 4] GEVONDEN IN JASZAK, ZWARTE JAS (nr. 48);
- PL1300-2018019461-G5714076 - ALCATEL [naam 4] GEVONDEN IN JASZAK, GROENE JAS (nr. 49);
- PL1300-2018019461-G5714102 - MACBOOK GEVONDEN OP NACHTKASTJE [naam 4] (nr. 50).
- PL1300-2018019461-G5522057 – ZWARTE NIKE PET (nr. 2);
- PL1300-2018019461-G5522044 - 1 PAAR LOUIS VUITTON SCHOENEN IN FO SEALBAG (nr. 3);
- PL1300-2018019461-G5522048 - SPIJKERBROEK IBN ZIEKENHUIS IN FO SEALBAG (nr. 4);
- PL1300-2018019461-G5522188 - HELM VANAF PLEIN BUITEN (nr. 5);
- PL1300-2018019461-G5522187 - HELM VANAF PLEIN BUITEN (nr. 7);
- PL1300-2018019461-G5522170 - BORDJE 1 9 X 17 MM (KOR) (nr. 10);
- PL1300-2018019461-G5522189 - PAAR HANDSCHOENEN VANAF PLEIN BUITEN (nr. 12);
- PL1300-2018019461-G5522190 - SCHOENEN SLO (nr. 25);
- PL1300-2018019461-G5522198 - GLAS VANAF GROND (nr. 26);
- PL1300-2018019461-G5522199 - GLAS VANUIT SPONNING AUTO (nr. 27);
- PL1300-2018019461-G5522201 - STUK KARTON NAAST UITGEBRANDE AUTO TEGEN GEVEL (nr. 28);
- PL1300-2018019461-G5285651 - SNORFIETS (nr. 31);
- PL1300-2018019461-G5132177 - SNORFIETS (meerdere keren betrokken bij achtervolgingen) (nr. 32);
- PL1300-2018019461-G5523374 - LINKER SCHIETMOUW [naam 22] (nr. 38);
- PL1300-2018019461-G5567954 - TELEFOON (nr. 42);
- PL1300-2018019461-G5711130 - TELEFOON MET OPLADER (nr. 46);
- PL1300-2018019461-G5869013 - TELEFOON, 20-01-2020 (nr. 53);
- PL1300-2018019461-G5876346 - TELEFOON, IMEI: [nummer] . 31-01-2020 (nr. 54);
- PL1300-2018019461-G6068003 - TELEFOON. 08-06-2021 (nr. 55);
- PL1300-2018019461-G6068011 - TELEFOON, 08-06-2021 (nr. 56);
- PL1300-2018019461-G6256383 - TELEFOON, 01-11-2022 (nr. 57).
- PL1300-2015032958-G4924532 - USB Stick (nr. 1);
- PL1300-2015032958-G4924534 - Blackberry Q10 (nr. 2);
- PL1300-2015032958-G4924533 - Samsung (nr. 3);
- PL1300-2015032958-G4931940 - Nokia (nr. 5);
- PL1300-2015032958-G4924531 - Nokia (nr. 6).
- PL1300-2015032958-G6137870 - Apple Iphone 6s (nr. 7);
- PL1300-2015032958-G6128852 - Apple Iphone X (nr. 8).
af.
af.
€ 50,76(vijftig euro en zesenzeventig eurocent).
75(vijfenzeventig)
dagen. De toepassing van die gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
€ 50,76(vijftig euro en zesenzeventig eurocent).
75(vijfenzeventig)
dagen. De toepassing van die gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
€ 75.000,00(vijfenzeventigduizend euro) aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (op 26 januari 2018) tot aan de dag van de algehele voldoening.
af.
niet-ontvankelijkin haar vordering is.
215(tweehonderdvijftien)
dagen. De toepassing van die gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
niet-ontvankelijkin haar vordering.
niet-ontvankelijkin haar vordering.
niet-ontvankelijkin zijn vordering.