Op 21 juli 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verkorte overlevering van een minderjarige, hierna te noemen 'de opgeëiste persoon', op basis van een Europees aanhoudingsbevel (EAB). Dit EAB, uitgevaardigd op 28 juni 2023 door de kinderrechtbank in Le Mans, Frankrijk, heeft als doel de opgeëiste persoon aanwezig te laten zijn bij de beoordeling van de herroeping van een voorwaardelijke gevangenisstraf die hem is opgelegd. De opgeëiste persoon, geboren in Frankrijk in 2006 en momenteel gedetineerd, heeft op 19 juli 2023 in raadkamer verklaard dat zijn personalia correct zijn en dat hij de Franse nationaliteit heeft.
Tijdens de zittingen op 19 en 21 juli 2023 is de opgeëiste persoon gehoord, bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. E.M. van Egmond, en later door mr. J.A. Schuttevaer. Het Openbaar Ministerie was vertegenwoordigd door respectievelijk mr. G.M. Kolman en mr. G.P. Sholeh. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen weigeringsgronden zijn voor de overlevering en dat het EAB voldoet aan de eisen van de Overleveringswet (OLW).
De rechtbank heeft ook de detentieomstandigheden van de opgeëiste persoon in Frankrijk beoordeeld en garanties ontvangen dat hij in een speciaal voor minderjarigen bestemde inrichting zal worden ondergebracht. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de overlevering kan plaatsvinden, nu de opgeëiste persoon heeft ingestemd met zijn onmiddellijke overlevering. De beslissing is genomen in overeenstemming met de relevante artikelen van de Overleveringswet, en er staat geen gewoon rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.