Op 9 maart 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat was uitgevaardigd door het Circuit Court in Tarnobrzeg, Polen. De zaak betreft de overlevering van een opgeëiste persoon, geboren in Polen in 1995, die wordt verdacht van oplichting. De rechtbank heeft de behandeling van het EAB op 23 februari 2023 gehouden, waarbij het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door officier van justitie mr. C.L.E. McGivern. De opgeëiste persoon was aanwezig en werd bijgestaan door zijn raadsman, mr. C. Verrillo, en een tolk in de Poolse taal.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de opgeëiste persoon de juiste persoonsgegevens heeft bevestigd en dat hij de Poolse nationaliteit heeft. De rechtbank heeft de termijn voor uitspraak op grond van de Overleveringswet (OLW) met 30 dagen verlengd. De verdediging voerde aan dat de overlevering op grond van artikel 12 OLW moest worden geweigerd, omdat de opgeëiste persoon niet op de hoogte was van het proces in Polen. De officier van justitie betoogde echter dat er een adresinstructie was gegeven aan de opgeëiste persoon, waardoor de overlevering kon worden toegestaan.
De rechtbank oordeelde dat, hoewel de opgeëiste persoon niet in persoon was verschenen bij het proces dat tot het EAB leidde, de gegeven adresinstructie voldoende was om af te zien van de weigering van de overlevering. De rechtbank concludeerde dat er geen weigeringsgronden waren en dat het EAB voldeed aan de eisen van de OLW. De rechtbank heeft de overlevering van de opgeëiste persoon aan Polen toegestaan, waarbij werd opgemerkt dat er geen gewoon rechtsmiddel openstaat tegen deze uitspraak.