Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
1.Procesgang
Stb. 125, die op 1 april 2021 in werking is getreden (hierna: de Herimplementatiewet). Daarin is een nieuwe regeling voor de beslistermijn opgenomen. Deze regeling houdt in dat wanneer de rechtbank binnen 90 dagen nog geen uitspraak heeft kunnen doen op het verzoek tot overlevering, zij de beslistermijn enkel nog (telkens) kan verlengen indien zij in afwachting is van een uitspraak van het Hof van Justitie over prejudiciële vragen (artikel 22, vierde lid, OLW) of indien er een onderzoek is ingesteld naar een (mogelijk) reëel gevaar van een schending van de grondrechten zoals bedoeld in artikel 11, eerste lid, OLW (artikel 22, vijfde en zesde lid, OLW).
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
4.Strafbaarheid; feit waarvoor dubbele strafbaarheid is vereist
5.Gelijkstelling met een Nederlander zoals bedoeld in artikel 6 OLW
‘Form M’de volgende garantie gegeven:
6.Slotsom
7.Toepasselijke wetsartikelen
8.Beslissing
[opgeeïste persoon]aan de rechter bij het Kantongerecht Wittmund (Duitsland).