Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiseres] , te Amsterdam, eiseres (hierna: [eiseres] )
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 31 augustus 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eiseres] en het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) over de toekenning van een loonaanvullende WGA-uitkering. [eiseres] ontving sinds 8 maart 2009 een uitkering op grond van de Wet WIA, maar heeft bezwaar gemaakt tegen de beslissing van het Uwv om haar slechts een loonaanvullende WGA-uitkering toe te kennen, in plaats van een IVA-uitkering. Ze stelt dat haar arbeidsongeschiktheid duurzaam is en dat haar klachten zijn toegenomen sinds 1 maart 2019.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het Uwv op basis van rapporten van verzekeringsartsen en arbeidsdeskundigen heeft geoordeeld dat [eiseres] vanaf 22 oktober 2019 volledig maar niet duurzaam arbeidsongeschikt is. De rechtbank heeft de onderzoeken van de verzekeringsartsen als zorgvuldig beoordeeld en geconcludeerd dat er geen objectieve medische gegevens zijn die de conclusies van het Uwv in twijfel trekken. De rechtbank oordeelt dat het Uwv terecht is uitgegaan van het spreekuur als het moment waarop de beperkingen zijn toegenomen, omdat er geen eerder moment kan worden aangewezen.
De rechtbank heeft het beroep van [eiseres] ongegrond verklaard, wat betekent dat zij geen gelijk heeft gekregen in haar verzoek om een IVA-uitkering. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling of vergoeding van het griffierecht. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan.