In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 3 juli 2019 uitspraak gedaan in een geschil tussen een woningeigenaar en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam. De gemeente had de eigenaar een boete opgelegd van € 20.500,- wegens overtreding van artikel 21 van de Huisvestingswet 2014, omdat zijn huurder de woning onderverhuurde aan toeristen. De eigenaar, bijgestaan door zijn gemachtigde, heeft tegen deze boete beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 11 april 2019 heeft de rechtbank de zaak behandeld, waarbij de eigenaar aanvoerde dat hij niet op de hoogte was van de onrechtmatige verhuur en dat hij voldoende toezicht had gehouden op het gebruik van de woning. De rechtbank heeft overwogen dat de eigenaar als huiseigenaar een zorgplicht heeft en dat hij zich tot op zekere hoogte moet informeren over het gebruik van de woning. De rechtbank concludeerde dat de eigenaar onvoldoende had gedaan om te voorkomen dat de woning onrechtmatig werd verhuurd. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, het bestreden besluit vernietigd en de boete verlaagd tot € 5.125,-. Tevens is de gemeente veroordeeld in de proceskosten van de eigenaar en moet het griffierecht worden vergoed.