ECLI:NL:RBAMS:2019:3182
Rechtbank Amsterdam
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van wrakingsverzoek tegen rechters in strafzaak
Op 29 maart 2019 heeft de Wrakingskamer van de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan op het verzoek tot wraking van de rechters in een strafzaak. Het verzoek was ingediend door de raadsman van de verzoeker, die gedetineerd was in de Penitentiaire Inrichting. De verzoeker stelde dat de rechters vooringenomen waren, onder andere vanwege opmerkingen die tijdens de zitting waren gemaakt en de wijze waarop de zaak werd behandeld. De Wrakingskamer heeft de gronden van het verzoek beoordeeld en geconcludeerd dat er geen objectief te rechtvaardigen schijn van vooringenomenheid bestond. De rechters hadden een gemotiveerde beslissing gegeven op het verzoek om de kroongetuige te horen, en de Wrakingskamer oordeelde dat wraking niet het juiste instrument was voor het aanvechten van deze beslissing. De verzoeker had ook aangevoerd dat hij in voorlopige hechtenis zat en dat de PGP-berichten belastend voor hem waren, maar de Wrakingskamer oordeelde dat de motivering van de strafkamer niet als blijk van vooringenomenheid kon worden opgevat. Uiteindelijk werd het verzoek tot wraking afgewezen, en de beslissing was definitief zonder mogelijkheid tot beroep.