Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the Cluj County Court(Roemenië) en
the Local Court of Cluj-Napoca(Roemenië) en strekken tot de aanhouding en overlevering van:
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 29 augustus 2017 uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende de overlevering van een opgeëiste persoon aan Roemenië. De zaak betreft twee Europees aanhoudingsbevelen (EAB's) die zijn uitgevaardigd door de Roemeense autoriteiten. De opgeëiste persoon, geboren in 1987 in Roemenië, is in Nederland gedetineerd en wordt beschuldigd van deelname aan een criminele organisatie en mensenhandel, evenals uitlokking van diefstal en rijden zonder geldig rijbewijs. De rechtbank heeft de identiteit van de opgeëiste persoon vastgesteld en de detentieomstandigheden in Roemenië onderzocht, waarbij eerder geconstateerd werd dat er een reëel gevaar bestaat voor onmenselijke of vernederende behandeling bij overlevering.
De rechtbank heeft de vorderingen van het Openbaar Ministerie behandeld, maar geconcludeerd dat de redelijke termijn voor de behandeling van de zaak is overschreden. De verdediging heeft betoogd dat er geen zicht is op verbetering van de detentieomstandigheden in Roemenië en dat de officier van justitie niet-ontvankelijk verklaard dient te worden. De rechtbank heeft dit standpunt overgenomen en de officier van justitie niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering tot het in behandeling nemen van de EAB's. Dit betekent dat de beslissing over de overlevering niet verder wordt behandeld en het bevel tot gevangenhouding is opgeheven.