Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 25 juli 2014,
- de akte houdende eisvermeerdering tevens akte overlegging producties tevens akte overlegging nadere producties van 8 oktober 2014, met producties,
- een herstelexploot van 22 oktober 2014,
- de conclusie van antwoord tevens houdende exceptie van onbevoegdheid tevens houdende eis in reconventie, met producties,
- de conclusie van repliek in conventie tevens conclusie van antwoord in het bevoegdheidsincident tevens conclusie van antwoord in reconventie, met producties,
- de conclusie van dupliek tevens houdende conclusie van repliek in het bevoegdheidsincident tevens houdende conclusie van repliek in reconventie, met producties, - de conclusie van dupliek in reconventie tevens conclusie van dupliek in het bevoegdheidsincident,
- het proces-verbaal van het op 23 januari 2016 gehouden pleidooi, met de daarin genoemde proceshandelingen en/of processtukken,
- de brief van mr. De Greve van 15 februari 2016, inhoudende een reactie op het proces-verbaal,
- de brief van mr. Leijten van 15 februari 2016, inhoudende een reactie op het proces-verbaal.
2.De feiten
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
in conventie en in reconventie
12.844,00(4,0 punten × tarief € 3.211,00)