Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Voorvragen
4.Verzoeken van de raadsman ter terechtzitting
5.Vrijspraak van feit 2
6.Waardering van het bewijs
7.Bewezenverklaring
8.De strafbaarheid van het feit
9.De strafbaarheid van verdachte
10.Motivering van de straffen en maatregelen
[persoon 1]is komen vast te staan dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 1 bewezen geachte feit rechtstreeks schade heeft geleden.
- 25 oktober 2009 tot en met 28 december 2009
- 25 januari 2010 tot en met 1 mei 2010
- 3 juni 2010 tot en met 14 augustus 2010
- 6 september 2010 tot en met 19 november 2010
€ 20.000,00 in zijn geheel toe te wijzen.
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
3 (drie) jaren.
€ 235.000,00 (tweehonderdvijfendertigduizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 mei 2011 tot aan de dag van de algehele voldoening.
Een proces-verbaal van aangifte met nummer 2011109561-1 van 24 april 2012, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [persoon 4] en [persoon 5], doorgenummerde pag. F01, 1-7.
Een proces-verbaal van aangifte met nummer 2011109561-7 van 10 mei 2012, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [persoon 10] en [persoon 4], doorgenummerde pag. F01, 18-23.
(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte]). We zijn naar een woning op het [locatie A] gegaan.
Een proces-verbaal van verhoor aangever met nummer 2011109561 van 23 mei 2012, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [persoon 4] en [persoon 10], doorgenummerde pag. F01, 26-32.
(de rechtbank begrijpt: in 2010)in Amsterdam ben begonnen. Hier was meer te verdienen. De prijs was 50 euro in plaats van 30 euro. Ik heb mij laten inschrijven, omdat ik op die manier door de politie gecontroleerd kon worden. Ik zal u laten zien waar dit was. Ik heb alle papieren nog (noot verbalisant: de aangeefster overhandigt ons een GBA-inschrijving op het adres [adres 2].
Een proces-verbaal van verhoor van getuige d.d. 26 september 2013 van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank.
de rechtbank begrijpt: [medeverdachte]). [medeverdachte] en ik zijn vervolgens naar het appartement van [persoon 2] op het [locatie A] gereden. De eerste avond in de woning van [persoon 2] waren [verdachte], [medeverdachte], [persoon 2] en ik. Toen ik via Skype in Bulgarije met [persoon 2] sprak, had ik de indruk dat zij alleen woonde, maar dat was dus niet zo. Ik vertelde over mijn studieplannen aan [verdachte] en hij lachte mij uit. Ik voelde mij op dat moment erg vernederd.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte met nummer 2011109561 van 16 januari 2013, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [persoon 4] en [persoon 11], doorgenummerde pag. B01, 22-34.
(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte]), zijn bijnaam is [medeverdachte]. [medeverdachte] kwam uit Londen. Hij is een Bulgaar. Toen wij in Italië waren, sliep hij in onze flat. Toen wij terugkwamen, kwam die [medeverdachte] binnen met [persoon 1]
(de rechtbank begrijpt: [persoon 1]).[persoon 1] is in de flat gebleven. Ze heeft daar samen met [medeverdachte] gewoond. Later is ze verhuisd naar ons oude adres tegenover het politiebureau. Ze werkte in Alkmaar en ik in Amsterdam. Ze ging al na twee dagen in Alkmaar werken. Maximaal vier dagen na haar aankomst is ze als prostituee gaan werken. [medeverdachte] ging met haar naar Alkmaar. Hij heeft geholpen met de inschrijving. Na een of twee maanden is ze in Amsterdam gaan werken. Eind januari werkte ze in Amsterdam.
(de rechtbank begrijpt: [persoon 1] en [persoon 2] )gaven elke avond ons geld aan [verdachte]. [verdachte] belde ons om de twee uur en was op de hoogte hoeveel geld wij hadden. [persoon 1] gaf soms ook geld aan [medeverdachte] . Hij gaf het daarna aan [verdachte]. Als [verdachte] en ik naar Bulgarije reisden waren we grotendeels uit elkaar. Hij was twee weken in Sofia en de andere werken in zijn plaats [plaats 3]. [verdachte] nam de beslissing om te vertrekken en riep ons in Sofia bij elkaar [medeverdachte], [persoon 1] en mij.
Een proces-verbaal van verhoor van getuige d.d. 24 september 2013 van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank.
opmerking rechter-commissaris: Ik zie dat de getuige begint te huilen.Ik heb in Nederland voor het laatst als prostituee gewerkt eind 2010 begin 2011. Toen ik als prostituee werkte begon ik om 14.00 uur en werkte ik door tot ongeveer 2 of 3 uur ’s nachts. Ik voelde mij inderdaad gedwongen om in de prostitutie te werken. Mij werden mooie praatjes verteld. Later zijn de bedreigingen enzo gekomen. Die kwamen van de kant van [verdachte]. Ik ben ook weleens geslagen door [verdachte]. Mijn werk droeg altijd bij aan de conflicten. Bijvoorbeeld als ik wilde stoppen of niet meer kon werken. Ik heb geen aangifte gedaan omdat ik nog steeds bang ben.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte van 19 februari 2013, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [persoon 12] en [persoon 11], doorgenummerde pag. B02, 7-16.
(de rechtbank begrijpt: [persoon 1])ongeveer drie en een half jaar geleden voor het eerst ontmoet. Ik hoorde van [verdachte]
(de rechtbank begrijpt: [verdachte])dat een vriend van hem in Sofia, [persoon 9], een kennis van [persoon 1] was. [persoon 9] heeft [persoon 1] via internet met [verdachte] in kennis gebracht. [persoon 1] kwam op het vliegveld in Amsterdam aan en ik bracht haar met een auto naar de flat op het [locatie A]. De huurder van de flat was [persoon 2]. Ik was mogelijk een of anderhalve maand eerder dan [persoon 1] in Nederland. Daarvoor heb ik in [plaats 4] en Ierland gewoond. [verdachte] zocht contact met mij via internet. Ik had jaren geen contact met hem gehad. Hij vertelde dat hij een flat in [plaats 1] had maar vertelde niet waar hij zich mee bezig hield. Hij vroeg of ik Engels sprak. [verdachte] zei dat hij een ticket voor mij zou verzorgen. Hij vroeg wat voor werk ik deed. Ik zei dat ik in de bouw zat. [verdachte] zei dat hij iemand nodig had voor de taalbeheersing en iemand die zich kon redden. Hij bood aan om naar [plaats 1] te komen en om voor hem te gaan tolken en hem te gaan helpen in de huishouding.
(de rechtbank begrijpt: [persoon 2])hebben beide ook gewerkt als ze ziek waren. Zij moesten [verdachte] geld geven. Zij moesten de kamerhuur doorbetalen. Ze gaven al het geld aan [verdachte].
Een proces-verbaal met nummer 2011109561 van 20 februari 2013, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [persoon 13] en [persoon 4], doorgenummerde pag. B02, 21-29.
Een proces-verbaal van verhoor van getuige d.d. 27 september 2013 van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank.
Een proces-verbaal van bevindingen met nummer 2011106561 van 10 januari 2013, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [persoon 4], doorgenummerde pag. F01, 95-97.
- 22 oktober 2009: uitreis uit Bulgarije
- 25 oktober 2009 tot en met 28 december 2009: [persoon 1] huurt een kamer in Alkmaar
- 30 december 2009: inreis in Bulgarije
- 23 januari 2010: uitreis uit Bulgarije
- 25 januari 2010 tot en met 27 januari 2010: [persoon 1] huurt een kamer in Alkmaar
- 28 januari 2010: [persoon 1] huurt een kamer in Amsterdam (dag en avond)
- 2 mei 2010: inreis in Bulgarije
- 3 mei 2010 tot en met 2 juni 2010: [persoon 1] huurt een kamer in Amsterdam (avond, maar niet iedere dag)
- 3 juni 2010 tot en met 14 augustus 2010: [persoon 1] huurt een kamer in Amsterdam (dag en avond)
- 15 augustus 2010 tot en met 5 september 2010: [persoon 1] huurt een kamer in Amsterdam (avond, maar niet iedere dag)
- 6 september 2010 tot en met 19 november 2010: [persoon 1] huurt een kamer in Amsterdam (dag en avond)
- 12, 18 en 20 tot en met 26 december 2010: [persoon 1] huurt een kamer in Amsterdam (avond)
Een proces-verbaal van verhoor getuige met nummer 2011109561 van 29 januari 2009, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [persoon 4] en [persoon 5], doorgenummerde pag. E01, 15-18.
Een proces-verbaal van verhoor aangeefster met nummer 2011106561 van 12 februari 2013, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [persoon 4] en [persoon 10], doorgenummerde pag. F01, 98-102.
-en nachtdiensten. Bij sommige kantoren moet je voorruit betalen om de kamer te kunnen behouden.
De verklaring die verdachte ter terechtzitting heeft afgelegd, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven: