3.3De bewezenverklaring berust op de volgende bewijsmiddelen:
“1. Het
proces-verbaal van aangifte, pagina 257-259, voor zover inhoudende als verklaring van
[slachtoffer 1]– zakelijk weergegeven:
Op woensdag 05 juni 2019, omstreeks 23.00 uur, was ik thuis en ben ik naar bed gegaan. Mijn vrouw was al eerder naar bed gegaan. Wij wonen op het adres [a-straat 1] in [plaats] . Het betreft een vrijstaand huis met twee woonlagen. (...) Dezelfde nacht, zo rond 02.15 uur, werd ik wakker van een schim en omdat ik werd aangeraakt. (...) Ik schrok en nog voordat ik iets kon doen of zeggen kreeg ik mijn eigen kussen in mijn gezicht geduwd. De persoon hield met een hand mijn pols vast en met de ander sloeg hij mij verschillende keren in mijn gezicht. Met zijn knie drukte hij op mijn middenrif wat het meeste pijn deed. Tegelijkertijd hoorde ik mijn vrouw schreeuwen. (...) Ik kon op een gegeven moment allebei mijn armen vrij krijgen en heb de persoon hard op zijn kaak kunnen slaan. Ik zag dat de persoon een bivakmuts droeg en handschoenen aan had. (...) Ik liep mijn kantoor in en zag dat het raam geopend was. De plek waar de personen waarschijnlijk naar binnen zijn gekomen. Ik zag namelijk duidelijke schoensporen. (...) Voor zover ik nu kan zien en beoordelen, is er niets weggenomen.
2. Het
proces-verbaal van verhoor, pagina 262-263, voor zover inhoudende als verklaring van
[slachtoffer 2]– zakelijk weergegeven:
“Op woensdag 5 juni 2019, omstreeks 21.45 uur, ben ik naar boven gegaan. (...) Ik werd wakker. Ik zag iemand boven mij hangen. (...) Ik zag dat de man in het zwart gekleed was en ik zag dat hij een bivakmuts op had. (...) Ik zag dat de man handschoenen aan had. (...) ik zag en ik voelde dat de man het kussen onder mijn hoofd vandaan trok. Ik zag dal de man het kussen voor mijn gezicht hield. Ik voelde de handschoenen tegen mijn gezicht.”
3. Het
proces-verbaal forensisch onderzoek woning, pagina 269-271, voor zover inhoudende als relaas van
[verbalisant 1]– zakelijk weergegeven:
Ik zag dat het opengebroken raam zich bevond in de voorgevel van het bijgebouw. Het betrof een houten schuifraam dat met metalen stiften kon worden afgesloten. (...) Ik zag dat de metalen stijlen waren verbogen. (...) De aangever verklaarde dat er op de overloop een aantal kast deuren waren geopend maar dat er niets weg leek te zijn genomen.
4. Het
proces-verbaal van bevindingen, pagina 298-300, voor zover inhoudende als verklaring van
[getuige]– zakelijk weergegeven:
V: Wat kunt u vertellen over het aantreffen van de handschoenen en bivakmuts?
A: Ik heb deze gisterenochtend aangetroffen. Dat was rond 09.00 uur in de ochtend. ik trof deze spullen aan op de [a-straat ] als je van [plaats] naar [plaats] rijdt. Ik heb deze spullen vervolgens in een plastic zakje gedaan en deze aan mijn buurman, [slachtoffer 1] gegeven.
V: Waar lagen deze goederen precies?
A: Ze lagen bij elkaar in de berm aan de waterzijde.
V: Wat heeft u gedaan toen u deze spullen aantrof?
A: Ik ben naar huis gegaan om een plastic zak te halen waar ik deze spullen in kon doen. (...) Ik heb toen een plastic zakje om mijn hand gedaan, de bivakmuts en handschoenen heb ik vervolgens met dat plastic zakje opgepakt en in een plastic zak gedaan.
5. Het
proces-verbaal aanvraag DNA-onderzoek sporen en benoeming DNA-deskundige, pagina 312-313, voor zover inhoudende als relaas van
[verbalisant 1]– zakelijk weergegeven:
Op de plaats delict, [a-straat 1] te [plaats] , is forensisch onderzoek verricht. Hierbij zijn in het kader van de waarheidsvinding de volgende stukken van overtuiging (SVO’s) in beslag genomen:
Goednummer : PL0900-2019165155-2429436
SIN : AABY4342NL
Object : Handschoen
Aantal/eenheid : 2 stuks
Kleur : Zwart
De handschoenen werden de dag na het misdrijf gevonden nabij de plaats delict, ongeveer 300 meter van de woning.
Goednummer : PL0900-2019165155-2429437
SIN : AAIE8720NL
Object : Hoofddeksel (Muts)
Kleur : Zwart
De bivakmuts werd de dag na het misdrijf gevonden nabij de plaats delict, ongeveer
300 meter van de woning.
6. Het
proces-verbaal aanvraag DNA-onderzoek sporen en benoeming DNA-deskundige, pagina 312-313, voor zover inhoudende als relaas van
[verbalisant 1]– zakelijk weergegeven:
Op 7 juni 2019 vond de buurvrouw, wonend op [a-straat 2] , in de buurt van de woning [a-straat 1] een bivakmuts en handschoenen.
Deze goederen werden door haar met een plastic zakje opgeraapt en ingepakt, zonder zelf aan te raken. Wel werden alle goederen in één zakje gedeponeerd.
Door collega’s van de basis politiezorg werden de goederen weer gescheiden en veiliggesteld in zogenaamde DNA kits, via waar deze werden aangeboden bij de forensische opsporing.
7. Het
proces-verbaal van bevindingen, pagina 358-359, voor zover inhoudende als relaas van
[verbalisant 2]– zakelijk weergegeven:
[slachtoffer 1] vertelde ons dat zijn buurvrouw, [getuige] , bij hem aan de deur kwam en vertelde dat ze een bivakmuts en handschoenen had gevonden in de berm, vlakbij zijn woning. Hij is met haar meegelopen en zij had al plastic zakjes van huis gehaald. De buurvrouw deed toen een plastic zakje om haar hand, zodat zij de bivakmuts en handschoenen niet aan hoefde te raken. [slachtoffer 1] heeft toen de andere plastic dichtgemaakt en mee naar huis genomen. Toen de politie kwam, hebben ze de bivakmuts en handschoenen in andere zakken gedaan en meegenomen. [slachtoffer 1] verklaarde ons dat er niemand in de tussentijd bij de plastic zak was geweest.
8. Een schriftelijk bescheid, te weten een
rapport van het Nederlands Forensisch Instituutvan 23 augustus 2019, pagina 316-322, voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven:
Vraagstelling
Politie Eenheid Midden-Nederland heeft verzocht handschoenen
AABY4342NL en bivakmuts AAIE872ONL te onderzoeken op de aanwezigheid van humane biologische sporen en DNA. Het doel van dit onderzoek is het vaststellen van wie het DNA op dit onderzoeksmateriaal afkomstig kan zijn.
Onderzoek naar biologische sporen
Handschoenen AABY4342NL
De binnenzijden van beide handschoenen zijn afzonderlijk van elkaar bemonsterd met als doel het verzamelen van DNA van de drager(s) van de handschoenen. De bemonsteringen zijn als AABY4342NL#01 (linkerhandschoen) en AABY4342NL#02 (rechterhandschoen) veiliggesteld voor een DNA-onderzoek.
Bivakmuts AAIE872ONL
De binnenzijde van de bivakmuts is ter hoogte van de mondregio bemonsterd met als doel het verzamelen van DNA van de drager(s) van de bivakmuts. Deze bemonstering is als AAIE8720NL#01 veiliggesteld voor een DNA-onderzoek.
Tabel 2 Resultaten, interpretatie en conclusie vergelijkend DNA-onderzoek
SIN
(omschrijving)
Beschrijving DNA-profiel
DNA kan afkomstig zijn van
Matchkans DNA-profiel
AABY4342NL#01
(linkerhandschoen)
DNA-profiel van een man (zie toelichting)
[medeverdachte] (zie ‘DNA-databank’)
kleiner dan 1 op 1 miljard
AABY4342NL#02
(rechterhandschoen)
DNA-mengprofiel
[verdachte] en minimaal één onbekende persoon
Vanwege de overige resultaten niet berekend
AAIE8720NL#01
(bivakmuts)
DNA-mengprofiel
afgeleid DNA-hoofdprofiel
DNA-nevenkenmerken
[verdachte] (zie ‘DNA-databank’)
niet geschikt voor een vergelijkend DNA-onderzoek
kleiner dan 1 op 1 miljard
9. Een schriftelijk bescheid, te weten een
rapport van het Nederlands Forensisch Instituutvan 26 november 2019, pagina 330-335, voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven:
Onderzoek naar biologische sporen
Handschoenen AABY4342NL
De rug- en handpalmzijde van de buitenzijden van beide handschoenen zijn afzonderlijk van elkaar bemonsterd met als doel het verzamelen van DNA van degene(n) die op die locaties met de handschoenen in contact is (zijn) geweest. De bemonsteringen zijn als AABY4342NL#03 en #05 (linkerhandschoen) en AAIE8720NL#04 en #06 (rechterhandschoen) veiliggesteld voor een DNA-onderzoek.
Bivakmuts AAIE8720NL
De buitenzijde van de bivakmuts is ter hoogte van de linkerwang/-kaak bemonsterd met als doel het verzamelen van DNA van degene(n) die op die locatie met de bivakmuts in contact is (zijn) geweest. Deze bemonstering is als AAIE8720NL#02 veiliggesteld voor een DNA-onderzoek.
Tabel 2 Resultaten, interpretatie en conclusie vergelijkend DNA-onderzoek
SIN
(omschrijving)
Beschrijving DNA-profiel
DNA kan afkomstig zijn van
Matchkans DNA-profiel
AABY4342NL#03
(rugzijde linkerhandschoen)
DNA-mengprofiel
[slachtoffer 2] en minimaal twee andere personen, waarvan minimaal één man (zie toelichting 1)
zie ‘Bewijskracht van het vergelijkend DNA-onderzoek’
AABY4342NL#04
(rugzijde rechterhandschoen)
DNA-mengprofiel
[verdachte] en minimaal één onbekende persoon
niet berekend vanwege het resultaat van AABY4342NL#02
AABY4342NL#05
(handpalmzijde linkerhandschoen)
DNA-mengprofiel
[slachtoffer 1] , [verdachte] en minimaal één onbekende persoon
zie ‘Bewijskracht van het vergelijkend DNA-onderzoek’
AABY4342NL#06
(handpalmzijde rechterhandschoen)
DNA-profiel van een vrouw
[slachtoffer 2]
kleiner dan 1 op 1 miljard
AAIE8720NL#02
(buitenzijde bivakmuts ter hoogte van linkerwang/-kaak)
DNA-mengprofiel
[slachtoffer 1] , [verdachte] en minimaal één onbekende persoon
zie ‘Bewijskracht van het vergelijkend DNA-onderzoek’
Bewijskracht van het vergelijkend DNA-onderzoek
Bemonstering AABY4342NL#03 (rugzijde linkerhandschoen) en [slachtoffer 2]
Ten behoeve van het berekenen van de bewijskracht van de overeenkomsten tussen het DNA-profiel van [slachtoffer 2] en DNA-mengprofiel AABY4342NL#03 zijn de volgende aannames gedaan:
- bemonstering AABY4342NL#03 bevat DNA van drie personen;
- De onbekende personen in dit mengsel zijn niet onderling of aan [slachtoffer 2] verwant.
Onder deze aannames zijn de resultaten van het DNA-onderzoek beschouwd onder het volgende hypothesepaar:
Hypothese 1: De bemonstering bevat DNA van [slachtoffer 2] en twee willekeurige onbekende personen.
Hypothese 2: De bemonstering bevat DNA van drie willekeurige onbekende personen.
Het verkregen DNA-mengprofiel AABY4342NL#03 is
meer dan 1 miljard keer waarschijnlijkerwanneer hypothese 1 waar is, dan wanneer hypothese 2 waar is.
Bemonstering AABY4342NL#05 (handpalmzijde linkerhandschoen) en [slachtoffer 1]
Ten behoeve van het berekenen van de bewijskracht van de overeenkomsten tussen het DNA-profiel van [slachtoffer 1] en DNA-mengprofiel AABY4342NL#05 zijn de volgende aannames gedaan.
- bemonstering AABY4342NL#05 bevat DNA van drie personen;
- de onbekende personen in dit mengsel zijn niet onderling of aan [slachtoffer 1] verwant.
Onder deze aannames zijn de resultaten van het DNA-onderzoek beschouwd onder het volgende hypothesepaar:
Hypothese 1: De bemonstering bevat DNA van [slachtoffer 1] en twee willekeurige onbekende personen.
Hypothese 2: De bemonstering bevat DNA van drie willekeurige onbekende personen.
Het verkregen DNA-mengprofiel AABY4342NL#05
is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijkerwanneer hypothese 3 waar is, dan wanneer hypothese 4 waar is.
Bemonstering AABY4342NL#05 (handpalmzijde linkerhandschoen) en [verdachte]
Ten behoeve van het berekenen van de bewijskracht van de overeenkomsten tussen het DNA-profiel van [verdachte] en DNA-mengprofiel AABY4342NL#05 zijn de volgende aannames gedaan.
- bemonstering AABY4342NL#05 bevat DNA van drie personen;
- de onbekende personen in dit mengsel zijn niet onderling of aan [verdachte] verwant.
Onder deze aannames zijn de resultaten van het DNA-onderzoek beschouwd onder het volgende hypothesepaar:
Hypothese 5: De bemonstering bevat DNA van [verdachte] en twee willekeurige onbekende personen.
Hypothese 6: De bemonstering bevat DNA van drie willekeurige onbekende personen.
Het verkregen DNA-mengprofiel AABY4342NL#05 is
meer dan 3 miljoen keer waarschijnlijkerwanneer hypothese 5 waar is, dan wanneer hypothese 6 waar is.
Bemonstering AAIE8720NL#02 (buitenzijde bivakmuts ter hoogte van linkerwang/-kaak) en [slachtoffer 1]
Ten behoeve van het berekenen van de bewijskracht van de overeenkomsten tussen het DNA-profiel van [slachtoffer 1] en DNA-mengprofiel AAIE8720NL#02 zijn de volgende aannames gedaan.
- bemonstering AAIE8720NL#02 bevat DNA van drie personen;
- [verdachte] is één van de donoren van DNA in bemonstering AAIE8720NL#02;
- de onbekende personen in dit mengsel zijn niet onderling of aan [verdachte] en/of [slachtoffer 1] verwant.
Onder deze aannames zijn de resultaten van het DNA-onderzoek beschouwd onder het volgende hypothesepaar:
Hypothese 7: De bemonstering bevat DNA van [verdachte] , [slachtoffer 1] en een willekeurige onbekende persoon.
Hypothese 8: De bemonstering bevat DNA van [verdachte] en twee willekeurige onbekende personen.
Het verkregen DNA-mengprofiel AAIE8720NL#02 is
meer dan 1 miljard keer waarschijnlijkerwanneer hypothese 7 waar is, dan wanneer hypothese 8 waar is.
10. Een schriftelijk bescheid, te weten een
rapport van het Nederlands Forensisch Instituutvan 25 maart 2022, voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven:
Ten aanzien van de handschoenen
vraag 1:
Op welke locaties op een handschoen verwacht je over het algemeen DNA-sporen van de drager aan te treffen?
antwoord vraag 1:
Over het algemeen verwacht ik celmateriaal van de drager van een handschoen op de binnenzijde van een handschoen aan te treffen. In deze zaak zijn de binnenzijden van de linker- en rechterhandschoen bemonsterd gericht op het verzamelen van DNA van de drager(s) van de handschoenen. Dit heeft geresulteerd in bemonsteringen AABY4342NL#01 (binnenzijde linkerhandschoen) en AABY4342NL#02 (binnenzijde rechterhandschoen).
Ten aanzien van de bivakmuts
vraag 5:
Op welke locaties op een bivakmuts verwacht je over het algemeen DNA-sporen van de drager aan te treffen?
antwoord op vraag 5:
Over het algemeen verwacht ik celmateriaal van de drager van een bivakmuts op de binnenzijde van een bivakmuts ter hoogte van de mondregio aan te treffen. In deze zaak is de binnenzijde van de bivakmuts ter hoogte van de mondregio bemonsterd gericht op het verzamelen van DNA van de drager(s) van de bivakmuts. Dit heeft geresulteerd in bemonstering AAIE8720NL#01.
11. Een schriftelijk bescheid, te weten een
rapport van het Nederlands Forensisch Instituutvan 9 juni 2022, voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven:
Ten aanzien van de handschoenen en de bivakmuts
In algemene zin kan worden aangenomen dat de kans op het aantreffen van DNA van een persoon die als laatste handschoenen of een bivakmuts heeft gedragen groter wordt naarmate deze persoon de kledingstukken langere tijd heeft gedragen. Tegelijkertijd wordt onder deze omstandigheden de kans op het aantreffen van DNA van een eventuele eerdere drager van deze kledingstukken kleiner.
Op basis van studies en mede op basis van mijn kennis en ervaring als DNA-deskundige acht ik de kans op het aantreffen van een enkelvoudig DNA-profiel van een eerdere drager van handschoenen of een bivakmuts nadat deze gedurende minimaal enkele minuten is gedragen door een tweede persoon zeer klein tot klein. De kans op het niet aantreffen van DNA van deze tweede drager in bemonsteringen van de handschoenen of bivakmuts acht ik eveneens zeer klein tot klein.
De kans is…
betekent dat de kans wordt ingeschat…
zeer klein
als kleiner dan 0,05 (5%)
klein
tussen 0,05 en 0,25 (5% en 25%)
Ten aanzien van contaminatie
In deze zaak zijn de handschoenen op het NFI ontvangen in een afgesloten verpakking onder SIN AABY4342NL. De handschoenen zijn bij aanvang van het onderzoek op het NFI aangetroffen met de originele buitenzijden naar buiten. Dit betekent dat contaminatie van DNA van de buitenzijde van de ene naar de buitenzijde van de andere handschoen als gevolg van het bij elkaar verpakken niet kan worden uitgesloten. Contaminatie van DNA van de buitenzijden van de handschoenen naar de binnenzijden (en vice versa) als gevolg van het bij elkaar verpakken van de handschoenen ligt m.i. niet direct in de rede.
12. De
verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van dit hof op 15 september 2021, voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven:
“Ik ken [medeverdachte] via een vriend. Het bleek dat onze vrouwen bijzonder goed met elkaar konden opschieten. Ik ken [medeverdachte] ongeveer drie à vier jaar.””