Uit de bewijsmiddelen blijkt van het navolgende:
- op 3 januari 2019 is in de woning van de verdachte aan de [a-straat 1] te [plaats] een kweekruimte aangetroffen in een voormalig (slaap)kamer. Daarin stond een kweektent met 143 plantenpotten met afgeknipte hennepplanten en in een droognet en in een openstaande doos een hoeveelheid van ongeveer 70 gram henneptoppen. De elektriciteit voor de hennepkwekerij werd legaal afgenomen;
- de woning bestond naast de voormalige (slaap)kamer slechts uit 1 andere kamer;
- de woning werd (vrijwel) dagelijks door de verdachte en de medeverdachte bewoond. Dit volgt onder meer uit de verklaring van de verdachte dat de medeverdachte veelvuldig bij hem verbleef, de omstandigheid dat de medeverdachte in haar verklaring bij de politie, wanneer zij over de woning verklaarde, sprak over “thuis” en “bij ons thuis” en ook uit een verklaring van een omwonende dat in de woning een man en een vrouw woonden. Dat de medeverdachte kennelijk niet in de woning sliep maakt dat naar het oordeel van het hof niet anders;
- de verdachte heeft verklaard dat hij een hennepkwekerij in de woning had omdat hij schulden had en dat er 5 oogsten zijn geweest, hetgeen bevestiging vindt in de rapportage elektriciteitsverbruik opgesteld door Enexis Netbeheer (…);
- de medeverdachte heeft verklaard dat zij wist van de hennepkwekerij;
- het energiecontract stond op naam van de medeverdachte. De energiekosten werden sinds 2016 door de medeverdachte betaald. Zij betaalde in de tenlastegelegde periode ook de hypotheekrente;
- ook in andere ruimtes in de woning werden aan hennepteelt gerelateerde goederen aangetroffen. In de gang voor de kwekerij stonden acht afvalzakken gevuld met onder andere gebruikte teelaarde en wortelresten en in de woonkamer werden groeimiddelen en een box-ventilator aangetroffen. Ook op het balkon stonden twee afvalzakken met hennepafval. Dergelijk gebruik van andere ruimtes dan waarin zich de kwekerij bevond, duidt er op dat feitelijk de gehele woning ten dienste stond van de hennepkwekerij;
- de resten in de zakken op het balkon waren zichtbaar ouder dan de resten in de woning, zodat deze zakken er geruime tijd moeten hebben gestaan (uitgaande van 10 weken per oogst);
- in de hennepkwekerij werden slippers aangetroffen die waren besmeurd met hennepresten, waarvan de schoenmaat overeenkwam met de schoenmaat van de medeverdachte en waarvan de verdachte verklaard heeft dat dat waarschijnlijk de slippers van de medeverdachte zijn.