Conclusie
4.Het eerste middel
phishingis, maar nog steeds concentreert het OM zich op uitsluitend deze verdachte(n) en laat onbenoemd wat het dossier in beeld brengt m.b.t. anderen. Juist dat gegeven, i.cm. het gegeven dat het OM dat onbesproken laat, bevestigt de (juridische) juistheid van het oordeel van de rechtbank - daar waar de rechtbank feitelijk en juridisch onvoldoende (wettig/overtuigend) bewijs zag voor het daderschap van cliënt.
'een complexe fraude als phishing tal van deelhandelingen kent, die in onderling verband moeten worden beoordeeld'.De verdediging kent geen rechtsregel of arrest waaruit dat volgt. Ook lijkt het er in deze appelschriftuur op dat het OM hiermee bedoelt:
alsvoldoende bewijs bestaat dat deelhandeling A is gepleegd door verdachte 1,
danmoet u er vanwege het onderling verband ook vanuit gaan verdacht 1 deelhandelingen B en C heeft verricht. Zo werkt het natuurlijk niet - juist
omdatdit soort feiten complex en gelaagd is.
in Haarlemeen (vals) legitimatiebewijs met de naam [naam] in de/zijn auto ligt. Tsja. Hebben zij wel eens in dezelfde auto gezeten? Heeft iemand of misschien [naam] ( [betrokkene 4] ?) dat daar achtergelaten? Het OM kan van alles zeggen over de vraag of de bewijskaders voor 'offline medeplegen' wel kunnen worden toegepast op 'online medeplegen' (mijn vertaling), maar vooralsnog moet ik zeggen: de uitvoeringshandelingen die ik hier bespreek zijn grotendeels offline. En dan zie ik nergens bewijs dat cliënt
onlineheeft gemaild of gebeld naar [benadeelde 2] , en ik nergens bewijs dat cliënt
offline(dus fysiek) aanwezig was bij of in de buurt van [benadeelde 2] op het moment dat daar een Simkaart werd omgeruild. Blijkens de appelschriftuur heb ik geen handelingen of bewijsmiddelen over het hoofd gezien, dus ik blijf bij mijn standpunt dat cliënt (onder feit 1) ter zake moet worden vrijgesproken.
divice token[002] . Laat ik voorop stellen dat ik de appelschriftuur op dit punt beperkt vind. Die is namelijk als volgt ingekleed:
ervan uitgaandedat bij het token [002] (gerelateerd aan frauduleuze overboekingen) de inbeslaggenomen MacBook hoort, en ervan uitgaande dat die MacBook (ook op die momenten) is gebruikt door [verdachte] , is [verdachte] medepleger. Dat is veel te makkelijk. Het OM leunt sterk op de stelling dat niet aannemelijk is dat uitgaande van die laptop een andere gebruiker dan cliënt niet aannemelijk is, maar daarmee slaat het OM heel veel stappen in de bewijsketen over. Punt 1: aan het OM is het bewijs dat divice token [002] hoort bij de inbeslaggenomen MacBook.
zelf(al dan niet frauduleus) inlogt op het account van cliënt, en dat om die reden de ING dat divice is gaan aanmerken als het reguliere divice(token) waarmee wordt ingelogd op de rekening van cliënt.
's avondsmogelijk om hetzelfde divice zou gaan als overdag (bij het overboeken) is gebruikt, al niet delictgerelateerd, en het is al helemaal niet
dadergerelateerdop het moment dat er 0,0 zicht is op welk divice dan zou zijn gebruikt.
soortdivice (apparaat)? En als het om hetzelfde apparaat gaat: uit niets blijkt dat het de inbeslaggenomen MacBook betreft. We weten alleen:
eenMacBook. Van de inbeslaggenomen MacBook is geen divicetoken vastgesteld.
door het OM- en dat bewijs ontbreekt.
Uitgaandevan die MacBook zegt [benadeelde 6] : 'ofwel [verdachte] ofwel [betrokkene 5] ' is de reguliere gebruiker van 'de' (nogmaals: welke) MacBook waarmee 'frauduleus' is ingelogd, maar dat bewijst ten eerste niet dát zij (ook) die frauduleuze inlogs hebben gedaan. Zo blijkt bijvoorbeeld ook [betrokkene 6] (ook Mijn ING) een reguliere gebruiker van diezelfde combinatie van IP-adres + divice token. Ook overigens ontbreekt bewijst dat één van hen twee (cliënt/ [betrokkene 5] ) die frauduleuze inlogs heeft gedaan, en het bewijst al helemaal niet - laatste stap - dat het (niet [betrokkene 5] maar wel) cliënt was. Het OM zet die laatste stap met de overweging dat in dit onderzoek 'geen andere MacBook in beslag is genomen'. Nou ja. Alleen al het gegeven van een evident grotere kring van betrokkenen dan de hier vervolgde verdachten (alleen al [betrokkene 2] / [betrokkene 3] ) doet af aan de geldigheid van die redenering.
devicekan worden geïdentificeerd waarmee in de middag van 27 februari 2015 in Limburg strafbare feiten zijn gepleegd.
deviceweten we dat het als User Agent Mozilla 5.0 had. Het aanvullend proces-verbaal heeft bevestigd dat dat
'geen uniek identificerend gegeven'is. Integendeel, voeg ik daaraan toe. Mozilla is een veelgebruikte webbrowser. Wikipedia vermeldt 'As of March 2018, Firefox has 11.6% usage share as a "desktop" browser, according to
StatCounter, making it the second most popular such web browser’. Firefox zegt zelf 500.000.000 gebruikers wereldwijd te hebben. Met andere woorden: (het antwoord op) onderzoeksvraag 2 naar de betekenis van
user agent, kan niet bijdragen aan het bewijs in deze zaak.
hetzelfde device's middags (27-2-2015) heeft ingelogd in Limburg, en diezelfde avond
zou hebbeningelogd op het ING-account van cliënt althans de wifi van medeverdachte [betrokkene 5] zou hebben gebruikt. Stelling OM: dat tweede bewijst dat cliënt dat eerste heeft gedaan.
device tokenhoort, en meer in het bijzonder is geen van de inbeslaggenomen
devicesals zodanig geïdentificeerd.
de rekeninghouderinlogt. Inloggen vanaf een bepaald device op een bepaalde rekening bewijst ook niet dat de rekeninghouder dezelfde persoon is als de gebruiker van het device. Allerlei kruissituatie zijn mogelijk en zelfs ook vastgesteld; zie par. 12- 19 van mijn pleitnota van 7 februari.
'Omdat de inlog niet geslaagd is, kan niet worden vastgesteld op welk Mijn ING account gepoogd is in te loggen', zo zegt het pv. M.a.w.: dat op de rekening van cliënt is ingelogd, is niet eens vastgesteld. Laat staan daaruit het bewijs volgt dat cliënt heeft ingelogd, want het aanvullend pv voegt toe: '
het is niet uitgesloten dat dit een frauduleuze poging tot inloggen betrof'.
'als een apparaat 's avonds inlogt op de rekening van cliënt, dan volgt daaruit dat het 's middags cliënt was die dat apparaat gebruikte'vond ik op voorhand al riskant. Ik constateer nu dat ieder feitelijk bewijs ontbreekt dat 's avonds (met het 'Limburgse device') is ingelogd op de rekening van cliënt. (Het antwoord op) de vragen van Uw Hof heeft dus alleen meer onzekerheid en twijfel opgeleverd, en het bewijs dat Uw Hof vorig jaar al meende niet in dossier te kunnen vinden, blijkt er nu ook definitief niet in te zitten. Er is alleen maar meer twijfel ontstaan over (de bewijsbaarheid van) de betrokkenheid van cliënt.
Ten aanzien van het onder 1 primair ten laste gelegde
[inlogcode 1](in gebruik bij [benadeelde 2] ),
[inlogcode 2]en
[inlogcode 3](beide in gebruik bij [benadeelde 3] e/o [benadeelde 1] ). Daarbij is telkens gebruik gemaakt van het IP-adres [003] . Dit IP-adres was op dat moment in gebruik bij [benadeelde 3] , als gezegd de partner van [benadeelde 1] . Er is bij deze internetbankiersessies gebruik gemaakt van een apparaat met het door ING toegekende
device token [6] [002] . Uit de door ING bank gegenereerde User Agent blijkt dat er gebruik werd gemaakt van een Apple MacBook.
in verenigingplegen van computervredebreuk.
5.Het tweede middel
Zaak Voorschoten
in verenigingplegen van een poging diefstal van een geldbedrag van de aangever [benadeelde 5] overweegt het hof als volgt.
5maart 2015, te Sittard en/of Geleen en/of Heerlen
en/of Cappelle aan den IJsselen/of Rotterdam en/of elders in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
en/of [benadeelde 5]en zich daarbij de toegang tot de plaats des misdrijf hebben verschaft en die weg te nemen geldbedragen onder hun bereik te brengen door middel van een valse sleutel, met een of meer van zijn mededader(s),
en/of [benadeelde 5]en
en/of [benadeelde 5] (ongeveer 21.285 euro) hebben ontspaarden/of overgemaakt naar één of meerdere bankrekening(en) van (een) derde(n);
6.Het derde middel
gevangenisstrafvoor de duur van
18 (achttien) maanden;
7 (zeven) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.”
In beslag genomen voorwerpen
verklaart verbeurdde in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten: