2.3.1.Ten aanzien van de betrokkenheid van de verdachte heeft het hof het volgende vastgesteld:
“
Het oordeel van het hof
Bij de beoordeling van het bewijs wordt het volgende voorop gesteld.
In zijn algemeenheid moet worden aangenomen dat de belanghebbenden bij een cocaïnetransport op de hoogte zijn van hetgeen wordt geleverd. Het is moeilijk voorstelbaar dat leveranciers van verdovende middelen met een grote waarde het risico lopen dat hun zending in handen komt van een onwetende ontvanger, zij het dat dit onder bijzondere omstandigheden anders kan zijn. Dergelijke bijzondere omstandigheden doen zich met betrekking tot de verdachte echter niet voor, gelet op de volgende omstandigheden, (nog uit te werken in een aanvullend arrest met een overzicht van alle bewijsmiddelen) in onderling verband en samenhang te bezien.
[medeverdachte 1] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 4] en [verdachte]
- [medeverdachte 1] heeft op 26 oktober 2012 een bericht gestuurd aan [medeverdachte 3] : alles gelukt haal jij bier ik ga pallets halen, (los ongenummerd proces-verbaal)
- [medeverdachte 1] heeft op 26 oktober 2012 op zijn terrein overleg gevoerd over het lossen van de containers met [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] .
- Die dag was [medeverdachte 1] bij de containers aanwezig met [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] . Op de telefoon van [medeverdachte 4] zijn fotografische opnamen van die dag aangetroffen, (zie hieronder)
- [medeverdachte 1] is op 27 oktober 2012 om 6 uur begonnen met het leegmaken van de Eierenglorietrailer (V03-01).
- [medeverdachte 1] is (zoals hiervoor al vermeld) op 27 oktober 2012 met de medeverdachten [medeverdachte 3] , [verdachte] en [medeverdachte 4] aangetroffen tijdens het lossen van de zakken op het terrein aan de [a-straat 1] te [plaats] en allen zijn rond 14.00 uur op heterdaad aangehouden.
- [medeverdachte 1] was bevriend met (zijn buurman) [medeverdachte 2] (V01-02, V03-01).
- [medeverdachte 2] kwam regelmatig op het terrein van [medeverdachte 1] om een biertje te drinken en [medeverdachte 2] stond [medeverdachte 1] met raad en daad bij (V01-02, V03-01 ).
- [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] hadden kort voor de feitelijke aflevering afgesproken dat de containers werden geleverd op het terrein van [medeverdachte 1] (V01-02, V01-03, V03-01).
- Op 27 oktober 2012 hebben [medeverdachte 1] , [medeverdachte 3] , [verdachte] en [medeverdachte 4] de een grote hoeveelheid zakken uit de eerste container gelost, (verklaring [medeverdachte 1] ter terechtzitting in hoger beroep)
- [medeverdachte 1] heeft bij het laden van de eerste pallet de drie anderen laten zien hoe de zakken op de pallets geplaatst moesten worden en hoe het volgeladen pallet moest worden geseald. [medeverdachte 1] bestuurde daarna de shovel en bracht het grootste deel van de met zakken gestapelde en gesealde pallets naar de Eierenglorietrailer (PV HB, V03-01).
[verdachte]
- [verdachte] kwam op zaterdag 27 oktober 2012 in de ochtend aan op Schiphol (V04-01 ). Hij heeft niet op voorhand een ticket geboekt, maar op het vliegveld gekocht en contant betaald (V04-01 en AH-060).
- Voor de terugreis was nog geen ticket geboekt. [verdachte] heeft verklaard dat hij geld bij zich had voor de terugreis (V04-01).
- [verdachte] heeft verklaard dat hij voor een seksverhouding met [betrokkene 2] naar Nederland is gekomen.
- Geen van de medeverdachten kent ene [betrokkene 2] van 27 à 28 jaar oud.
- [verdachte] is op 27 oktober 2012 door [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] opgehaald van het vliegveld (V02-04).
- [medeverdachte 3] verkeerde in de veronderstelling dat [verdachte] net als [medeverdachte 4] bij hem zou verblijven (V02-04).
- [verdachte] en [medeverdachte 4] kenden elkaar, (verklaring echtgenote [medeverdachte 3] ).
- Snel na aankomst van [verdachte] in Nederland zijn [medeverdachte 3] , [medeverdachte 4] en [verdachte] gereden naar het terrein van [medeverdachte 1] waar de containers met daarin cocaïne staan.
- De verdachten zijn pas begonnen met het lossen van de containers nadat [verdachte] was gearriveerd op het terrein van [medeverdachte 1] .
- [verdachte] was actief betrokken bij het lossen van de container (V03-02).
- [verdachte] is op zaterdag 27 oktober 2012 samen met medeverdachten [medeverdachte 3] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] aangetroffen bij het lossen van de zakken sojameel op het adres [a-straat 1] te [plaats] en is daar samen met hen aangehouden op heterdaad.
- Een verbalisant heeft gezien dat [verdachte] op 27 oktober 2012 omstreeks 14.05 uur van hem wegliep, mogelijk bellend met een telefoon en in de richting van een heg en dat hij op de grond bukte. Op deze plaats is een telefoon merk Blackberry aangetroffen (AE1-014 en AH-048).
Binnen het grondgebied van Nederland brengen, verlengde invoer
Uit de wettekst en daarop gebaseerde jurisprudentie blijkt dat de begrippen binnen en buiten het grondgebied brengen van stoffen als bedoeld in de Opiumwet extensief moeten worden geïnterpreteerd.
In artikel 1 lid 4 van de Opiumwet is onder meer bepaald dat onder binnen het grondgebied brengen van deze stoffen is begrepen elke (verdere) handeling met betrekking tot die middelen, die binnen het grondgebied van Nederland zijn gebracht. Van enige relatie met of betrokkenheid bij het daadwerkelijk binnen het grondgebied brengen hoeft niet te zijn gebleken.
Het hof acht op grond van al het voorgaande in onderling verband en samenhang bezien, met de advocaat-generaal, het tenlastegelegde medeplegen voor alle vier verdachten die in hoger beroep voor dit feit terecht staan bewezen.
Nadere bewijsoverwegingen ten aanzien van [medeverdachte 1] , [medeverdachte 3] en [verdachte]
[medeverdachte 2] heeft in zijn eerste verhoren verklaard dat hij drie mogelijkheden had voor opslag van de lading; hij heeft op een tijdstip zeer kort vóór de levering met [medeverdachte 1] afgesproken dat de lading zou worden afgeleverd en ópgeslagen op diens terrein.
[medeverdachte 1] moest op 27 oktober 2012 ’s ochtends vroeg rond 6 uur 10 à 15 pallets met goederen uit de Eierentrailer verwijderen om plaats te maken voor de zakken; hij heeft gezorgd voor krimpfolie voor het verpakken van de zakken op de pallets en voldoende pallets om alle zakken op de laden. Hij heeft bovendien gedurende enkele uren gewerkt (van omstreeks 12 tot 14 uur) om de zakken te lossen en naar de Eierengloriecontainer over te brengen. Het lossen van de containers en het opslaan op het terrein was voor [medeverdachte 1] naar zijn zeggen een gratis vriendendienst voor [medeverdachte 2] . Zonder nadere toelichting is dit niet zonder meer aannemelijk omdat [medeverdachte 1] destijds financieel in een zeer zwakke positie verkeerde. Zijn bedrijf was failliet gegaan en met het bedrijf op naam van zijn vrouw stond het er op dat moment niet goed voor. Bovendien had [medeverdachte 1] het in die periode bijzonder druk met eigen werkzaamheden.
[medeverdachte 1] heeft 3 à 4 weken voor de levering van de-twee containers gratis een Samsungtelefoon gekregen van [medeverdachte 3] waarmee hij slechts vijf telefoonnummers kon bellen. [medeverdachte 3] had ook een dergelijke telefoon. Aldus bestond er een telefooncircuit waarbij slechts vijf personen betrokken waren. [medeverdachte 1] noch [medeverdachte 3] heeft over dit gegeven een aannemelijke verklaring afgelegd.
[medeverdachte 1] heeft op 26 oktober 2012 na aflevering van de containers een bericht aan [medeverdachte 3] gestuurd met de tekst: alles gelukt, haal jij bier ik ga pallets halen. Daarna heeft [medeverdachte 3] hem in gezelschap van [medeverdachte 4] opgezocht en zijn in een tijdsbestek van anderhalf uur foto’s van de containers, de verzegeling en de zakken met de gele genummerde R&A stickers gemaakt (de eerste foto is van 16.16 uur en de laatste van 17.50 uur) en met [medeverdachte 2] gesproken over het lossen van de containers.
[medeverdachte 3] had aangeboden te helpen met lossen. Volgens [medeverdachte 1] was [medeverdachte 3] echter destijds zo corpulent dat hij niet eens zijn vak goed kon uitoefenen: het leggen van vloerbedekking. [medeverdachte 3] heeft [medeverdachte 4] en [verdachte] meegebracht en laten assisteren bij het lossen van de lading. Uit het dossier blijkt dat een aantal zakken kapot was en het meel eruit stoof. Ter plaatse is een mondkapje aangetroffen. Bovendien ging het om maar liefst 1400 zakken van elk omstreeks 25 kilo die op de pallets moesten worden getild. Het hof gaat ervan uit dat het loswerk naar objectieve maatstaven voor een persoon als [medeverdachte 3] zeer zwaar werk geweest moet zijn, hetgeen [verdachte] heeft bevestigd: Dikkertje werd er heel moe van. [medeverdachte 3] heeft verklaard dat hij er geen beloning voor kreeg. Zijn verklaring dat hij zomaar ging helpen is ook in het licht van het voorgaande bezien niet aannemelijk.
Geen verklaring is gegeven voor het feit dat niet reeds op 26 oktober 2012 is begonnen met lossen. Alle benodigdheden waren aanwezig en tevens waren [medeverdachte 1] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] op het terrein. [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] verklaren beiden dat zij geen foto’s hebben gemaakt van de containers, waarvan hiervoor melding is gemaakt. Waarom maakte [medeverdachte 4] zeer gedetailleerde foto’s van belangrijke onderdelen van de containers als hij hierbij geen enkele betrokkenheid had? Uit de vele verklaringen van de verdachten komt niet naar voren dat [medeverdachte 1] of [medeverdachte 3] hierover vragen hebben gesteld.
Uit de verklaringen van de lossers valt op te maken dat zij allen op enig moment zijn geweest in de eerste container, die nagenoeg geleegd is aangetroffen met genoemd A-5 papier aan de wand. Een rode krul was geplaatst achter het getal 1335 en de zak met nummer 1335 (waar na douaneonderzoek cocaïne in was aangetoond) is afgezonderd van de rest aangetroffen. [medeverdachte 3] is gezien met een papier in zijn hand, waar hij op keek tijdens het lossen. Hij heeft verklaard dat er een rekening van de vergulde schaar en/of een papieren zakdoek in zijn broekzak zat, maar het hof acht volstrekt onaannemelijk dat hij daarop zou hebben gekeken tijdens de zware loswerkzaamheden.
[medeverdachte 1] had een week eerder een door hem genoemde proefzending met waardeloos schroot uit Paraguay op zijn terrein laten komen, waar een soortgelijke procedure met betrekking tot fotografisch vastleggen van details van de containers en de lading is gevolgd als op 26 en 27 oktober 2012. Hierbij waren ook telkens dezelfde drie personen aanwezig: [medeverdachte 1] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] .
Op 27 oktober 2012 heeft [medeverdachte 3] met [medeverdachte 4] [verdachte] van Schiphol opgehaald en het gezelschap is vrijwel meteen naar het [medeverdachte 1] terrein doorgereisd om de containers te lossen. Op deze dag zijn rond 11.52 uur opnieuw foto’s betreffende de containers gemaakt, waarop ook [verdachte] te zien is. [medeverdachte 4] en [verdachte] hebben gesteld dat zij min of meer toevallige voorbijgangers waren die alleen maar hebben geholpen met lossen van een lading meel, maar hiervoor is geen steun te vinden in het dossier.
[medeverdachte 4] toonde, als gezegd, bijzondere interesse in zowel de geleverde container met schroot als in de containers met cocaïne en heeft vooraf al toegezegd dat hij zou meewerken met het lossen van de lading. [verdachte] heeft steeds beweerd dat hij slechts naar Nederland kwam voor een kort toeristisch bezoek aan Nederland met zijn sexdate genaamd [betrokkene 2] , die 27 à 28 jaar oud zou zijn. In het dossier is voor deze stelling geen enkel begin van een concreet aanknopingspunt te vinden. Bovendien heeft [verdachte] niet vermeld hoe het zo kwam dat hij met zijn sexdate in het vooruitzicht werd opgehaald en de gehele ochtend in gezelschap bleef van [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] , met wie hij 1400 zakken sojameel ging uitladen. Hoewel [verdachte] en [medeverdachte 4] elkaar kenden, heeft geen van beiden daarover een nadere toelichting gegeven.
Het hof leidt uit het gehele samenstel van omstandigheden af dat [verdachte] naar Nederland is gekomen om samen met de medeverdachten de zakken met cocaïne veilig te stellen.”