Conclusie
middelbehelst de klacht dat het bewezenverklaarde niet uit de gebezigde bewijsmiddelen kan worden afgeleid. Uit de toelichting op het middel blijkt dat de pijlen in het bijzonder zijn gericht op het bewijs van het voor medeplichtigheid vereiste opzet.
tot het plegen van welk misdrijf verdachte in de periode van 1 februari 2016 tot en met 5 februari 2016 te [plaats] , opzettelijk gelegenheid heeft verschaft door aan die onbekend gebleven persoon/personen voornoemd pand voor de teelt van hennepplanten ter beschikking te stellen.”
BEWIJSMIDDELEN
Op de eerste etage van het pand trof verbalisant [verbalisant 2] in een kweekruimte een in bedrijf zijnde hennepkwekerij met 243 hennepplanten aan. Verbalisant [verbalisant 2] constateerde gezien de waargenomen uiterlijke kenmerken, kleur en vorm en daarnaast de herkenbare geur, dat de aangetroffen planten hennepplanten betroffen. De hennep is vermeld op lijst II behorende bij de Opiumwet.
Met hennep wordt bedoeld elk deel van de plant van het geslacht Cannabis (hennep), waaraan de hars niet is onttrokken, met uitzondering van de zaden. De bovenstaande hennep is vermeld op lijst II behorende bij de Opiumwet.”