ECLI:NL:PHR:2019:1266

Parket bij de Hoge Raad

Datum uitspraak
15 oktober 2019
Publicatiedatum
3 december 2019
Zaaknummer
18/01362
Instantie
Parket bij de Hoge Raad
Type
Conclusie
Rechtsgebied
Strafrecht
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Opzettelijk handelen in strijd met het verbod van de Opiumwet door invoer van ayahuasca-thee voor kerkelijke doeleinden

In deze zaak gaat het om de verdachte, geboren in 1979, die door het Gerechtshof Amsterdam op 28 februari 2018 schuldig is verklaard aan opzettelijk handelen in strijd met het verbod van artikel 2 onder A van de Opiumwet. De verdachte had ruim 29 kg ayahuasca-thee ingevoerd, bestemd voor gebruik binnen een kerk. Het hof heeft echter geen straf of maatregel opgelegd en heeft 29.657 gram ayahuasca onttrokken aan het verkeer. De verdachte heeft cassatie ingesteld tegen deze uitspraak, waarbij mr. A.G. van der Plas, advocaat te Amsterdam, vijf middelen van cassatie heeft voorgesteld. Er bestaat samenhang met de zaken 18/01355 en 18/01356, waarbij in de laatste zaak op 9 juli 2019 is geconcludeerd en op 1 oktober 2019 het cassatieberoep is verworpen door de Hoge Raad. De Hoge Raad heeft in deze zaak, onder verwijzing naar het arrest van 1 oktober 2019, de cassatiemiddelen van de verdachte behandeld. De Procureur-Generaal heeft in zijn conclusie aangegeven dat er geen gronden zijn aangetroffen die tot vernietiging van de bestreden uitspraak aanleiding geven. De conclusie strekt tot verwerping van het beroep.

Conclusie

PROCUREUR-GENERAAL

BIJ DE

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

Nummer18/01362
Zitting15 oktober 2019

CONCLUSIE

A.E. Harteveld
In de zaak
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1979,
hierna: de verdachte.
De verdachte is bij arrest van 28 februari 2018 door het Gerechtshof Amsterdam schuldig verklaard aan ‘opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder A van de Opiumwet gegeven verbod’; het hof heeft daarbij bepaald dat geen straf of maatregel wordt opgelegd. Voorts is 29.657 gram ayahuasca onttrokken aan het verkeer.
Er bestaat samenhang met de zaken 18/01355 en 18/01356.
Het cassatieberoep is ingesteld namens de verdachte en mr. A.G. van der Plas, advocaat te Amsterdam, heeft vijf middelen van cassatie voorgesteld.
In de samenhangende zaak met rolnummer 18/01356 is op 9 juli 2019 geconcludeerd (ECLI:NL:PHR:2019:754). De Hoge Raad heeft in die zaak op 1 oktober 2019 het cassatieberoep verworpen (ECLI:NL:HR:2019:1456).
Nu het hier dezelfde cassatiemiddelen betreft tegen een gelijkluidend arrest kunnen deze middelen, onder verwijzing naar het arrest van de Hoge Raad van 1 oktober 2019, met de aan art. 81, eerste lid, RO ontleende motivering worden afgedaan.
Ambtshalve heb ik geen gronden aangetroffen die tot vernietiging van de bestreden uitspraak aanleiding behoren te geven.
Deze conclusie strekt tot verwerping van het beroep.
De Procureur-Generaal
bij de Hoge Raad der Nederlanden

AG