Conclusie
middelklaagt over ’s hofs (impliciete) oordeel dat de appeldagvaarding op juiste wijze is uitgereikt.
‘thans zonder vaste woon- of verblijfplaats hier te lande’is en de anderevermeldt het adres [a-straat] 57 B te [plaats] .
“ [a-straat] 57 D [plaats] ”niet kon worden uitgereikt, omdat op dit adres niemand werd aangetroffen. Op 29 september 2016 is de dagvaarding vervolgens teruggezonden aan de afzender. Uit de akte blijkt verder dat op 4 oktober 2016 op grond van artikel 588a Sv een afschrift van de dagvaarding (per gewone post) is verzonden aan het op voorzijde van de akte genoemde adres ( [a-straat] 57 B te [plaats] ), zijnde het door de verdachte opgegeven adres in Nederland.