ECLI:NL:OGHACMB:2025:199

Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
12 augustus 2025
Publicatiedatum
14 augustus 2025
Zaaknummer
CUR2024H00033
Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep over aansprakelijkheid bij schade aan dekkraan op containerschip en de toepassing van een exoneratieclausule

In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Damen Shiprepair Curaçao B.V. tegen een eerdere uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao. De zaak betreft de aansprakelijkheid voor schade die is ontstaan aan een dekkraan op een containerschip tijdens reparatiewerkzaamheden. Thome c.s., bestaande uit MO Containership AS, Carsten Rehder Schiffsmahler und Reederei GmbH & Co. KG en Thome Shipmanagement Germany GmbH & Co. KG, hadden Damen opdracht gegeven voor de reparatie van de kraan. Tijdens deze werkzaamheden zijn er twee incidenten voorgevallen: een brandincident en een ventilatie-incident, waarbij schade aan de kraan is ontstaan. In eerste aanleg heeft het Gerecht geoordeeld dat Damen aansprakelijk is voor de schade, onder meer omdat Damen in strijd met instructies heeft gehandeld en niet adequaat toezicht heeft gehouden. Damen is in hoger beroep gegaan en heeft negentien grieven ingediend, waaronder een beroep op een exoneratieclausule. Het Hof heeft in zijn uitspraak geoordeeld dat Damen zich niet kan beroepen op de exoneratieclausule, omdat de schade is ontstaan door onzorgvuldig handelen van Damen. Het Hof heeft het vonnis van het Gerecht vernietigd en de vorderingen van Thome c.s. afgewezen, waarbij het Hof oordeelt dat Damen niet aansprakelijk is voor de schade en de kosten van herstel kan doorberekenen aan Thome c.s. De uitspraak is gedaan op 12 augustus 2025.

Uitspraak

Burgerlijke zaken over 2025
Zaaknummers: CUR202300183 – CUR2024H00033
Uitspraak: 12 augustus 2025
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en
van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
V O N N I S
in de zaak van:
1. de besloten vennootschap
DAMEN SHIPREPAIR CURAÇAO B.V.,
gevestigd in Curaçao,
in eerste aanleg gedaagde, thans appellante,
gemachtigden: mrs. E. Bokkes en A.A. Krips,
tegen
1. de rechtspersoon naar buitenlands recht
MO CONTAINERSHIP AS,
in care ofCleaves Management AS,
gevestigd te Oslo, Noorwegen,
2. de rechtspersoon naar buitenlands recht
CARSTEN REHDER SCHIFFSMAKLER UND REEDEREI GMBH & CO. KG,
gevestigd te Hamburg, Duitsland,
3. de rechtspersoon naar buitenlands recht
THOME SHIPMANAGEMENT GERMANY GMBH & CO. KG,
gevestigd te Hamburg, Duitsland,
in eerste aanleg eisers, thans geïntimeerden,
gemachtigde: mr. W. Princée.
Partijen worden hierna Damen, Mo, Carsten en Thome genoemd.
Mo, Carsten en Thome worden gezamenlijk Thome c.s. genoemd.
1.
De zaak in het kort
Thome c.s. hebben Damen opgedragen werkzaamheden te verrichten ter reparatie van een dekkraan op een containerschip. Tijdens de werkzaamheden is er een incident geweest waarbij brandschade is ontstaan en een incident waarbij er schade is ontstaan tijdens ventilatiewerkzaamheden. Damen heeft herstelwerkzaamheden verricht. In geschil is voor wiens rekening die moeten komen.
In dit geding heeft het Gerecht Thome c.s. gelijk gegeven, onder meer op de grond dat Damen naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid geen beroep kan doen op haar exoneratieclausule. In dit hoger beroep oordeelt het Hof anders.
2.
Het verloop van de procedure
2.1 Bij op 29 januari 2024 ingekomen akte van appel is Damen in hoger beroep gekomen van het tussen partijen gewezen en op 15 januari 2024 uitgesproken vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, ECLI:NL:OGEAC:2024:28.
2.2 Bij vonnis van 6 maart 2024, ECLI:NL:OGHACMB:2024:47, heeft het Hof bepaald dat Thome c.s. het vonnis alleen ten uitvoer kunnen leggen door uitbetaling onder een bepaalde bankgarantie.
2.3 Bij op 11 maart 2024 ingekomen memorie van grieven, met producties, heeft Damen negentien grieven tegen het vonnis aangevoerd en toegelicht. Haar conclusie strekt ertoe dat het Hof het vonnis zal vernietigen en de vorderingen van Thome c.s. alsnog zal afwijzen, met hun veroordeling, uitvoerbaar bij voorraad, in de proceskosten in beide instanties.
2.4 Bij op 3 juni 2024 ingekomen memorie van antwoord, met producties, hebben Thome c.s. hun eis vermeerderd en de grieven bestreden. Hun conclusie strekt ertoe dat het Hof het bestreden vonnis zal bevestigen en daarnaast, uitvoerbaar bij voorraad, Damen zal veroordelen tot betaling van USD 4.994, met haar veroordeling in de proceskosten, met nakosten en rente.
2.5 Op 29 oktober 2024 hebben de gemachtigden van partijen pleitnota’s ingediend. Damen heeft vooraf producties 39 tot en met 41 toegezonden. Verder heeft zij producties opgenomen op p. 32 en 33 van haar pleitnota. Op het bezwaar van Thome c.s. daartegen heeft het Hof op de rolzitting van 29 oktober 2024 beslist dat die in de pleitnota opgenomen producties buiten beschouwing worden gelaten.
2.6 Op verzoek van partijen heeft het Hof afgezien van de aanvankelijk bevolen mondelinge behandeling. Vonnis is bepaald op vandaag.
3.
De beoordeling
Feiten
3.1 Het Hof gaat uit van de volgende feiten.
3.1.1 Het containerschip
Melbourne Straitis 180 meter lang en voer onder Liberiaanse vlag. Sinds 2014 was Mo
registered owneren was Carsten
commercial operatorvan dit schip. Sinds 2020 was Thome
technical managervan het schip.
3.1.2 Het schip is uitgerust met twee kabelgebonden dekkranen voor vrachtvervoer. In maart 2021 is tijdens het laden van containers in Honduras schade ontstaan aan een van de kranen (
crane no. 1). Het bleek dat de draailager (
slewing bearing) van de kraan vervangen moest worden.
3.1.3 Bij
Contract for vessel repairvan 28 januari 2022 heeft Mo
in care ofThome als
customereen opdracht aan Damen verstrekt in verband met de vervanging van de draailager. In een mail van 18 januari 2022 staat het volgende over de te verstrekken opdracht (waarbij
jibvertaald kan worden als giek of kraanarm,
crane houseals kraanhuis,
hoisting and luffing wireals (hijs)kabels en
slewing bearingals draailager of draaikranslager, allemaal onderdelen van de kraan):
Scope of job:
 Dismantling of jib and crane house
 Pulling hoisting and luffing wire
 Lift jib and crane house to pier
 Exchange of slewing bearing
 Assembly jib and crane house
 Pulling in hoisting and luffing wire
 Load test with 45 mt
Additional
 External Company is supervising the job
 Another external Company is checking flatness of landing areas of crane house and pedestal. In case flatness is out of limit, flanged will be machined.
3.1.4 In het contract van 28 januari 2022 staat onder meer:
PART 1
(…)
6. Price (Clause 3.1):
Estimate turnover amount is
US$ 68,362.00
Final amount to be adjusted upon completion of the actual work carried out.
7. Delivery Date (Clause 2.1):
February 2nd, 2022
(…)
9. Redelivery Date (Clause 2.2)
Estimate February 14th, 2022
(…)
PART 2
(…)

5.VARIATIONS

5.1
Change in assumptions
The Price has been calculated on the basis of information provided by the Customer and accordingly where such information subsequently found to be not correct or incomplete, and the Statement of Work needs to be amended in consequence thereof Damen shall be entitled, at its option either to:
(i) notwithstanding Clause 5.1(ii), proceed with such additional work, and charge for work done, goods supplied and services rendered in excess of the scope reflected in the Statement of Work, on the basis of its rates sheet attached hereto as Appendix 4 – Rates, as annually updated, provided that the additional costs do not exceed 5% of the Price; or
(ii) require the Customer to enter into a Variation Order pursuant to Clause 5.2.
The Customer hereby agrees to pay for additional repair work carried out pursuant to Clause 5.1(i) above in accordance with Appendix 3, or if no provision has been made therein, Appendix 4.
(…)

9.OBLIGATIONS AND REMEDIES

9.1
Liability
9.1.1
Liability for Loss or Damage
(a) Damen shall not be liable for damages, except if and insofar as the Damen shall inflict damages intentionally or through gross negligence and always subject to the limitation set out in clause [9.3] below. In this clause gross negligence or intent of Damen means gross negligence or intent of the Damen’s officers and of managing officials identifiable with the Damen.
(b) (…)
(…)
9.1.4
Applicability
All exclusions and indemnities given under Clause 9.1.1 shall apply irrespective of cause and notwithstanding the negligence of breach of duty (whether statutory or otherwise) of the indemnified Party or any other entity or Party and shall apply irrespective of any claim in tort, under contract or otherwise at law.
If either Party becomes aware of any incident likely to give rise to a claim under the above indemnities, they shall notify the other and both Parties shall co-operate fully in investigating the incident.
(…)
9.3
Contractual limitation
Except as provided in Clause 9 (Warranty), Damen’s liability arising out of or in connection with this Contract shall be limited to an amount of 25% of the Price.
This cap does not apply to Delayed Redelivery, for which, as stipulated in clause 2.3 above, a cap of 5% of the Price applies.
3.1.5
Op 7 februari 2022 heeft Thome het schip afgemeerd bij Damen. Vervolgens zijn de reparatiewerkzaamheden begonnen. De reparatie is op aanwijzing van Thome c.s. verricht onder toezicht van Alatas Crane Services.
3.1.6
Op 14 februari 2022 deed zich bij Damen een incident voor. Hierbij is brandschade ontstaan aan de
dust seal(stofafdichting) van de nieuwe draailager die voor het schip was besteld (hierna: het brandincident).
3.1.7
Op diezelfde dag hebben Thome c.s. een
condition reportaan Damen gestuurd waarin zij:
- het brandincident melden;
- Damen aansprakelijk stellen; en
- Damen verzoeken de schade kosteloos te herstellen.
3.1.8
Damen heeft vervolgens een nieuwe dust seal besteld.
3.1.9
Op 24 februari 2022 deed zich opnieuw een incident bij Damen voor. Tijdens ventilatiewerkzaamheden raakte de giek of arm (
boomof
jib) van de kraan beschadigd (hierna: het ventilatie-incident).
3.1.10
Op 25 februari 2022 heeft een ontmoeting plaatsgehad tussen enerzijds [medewerker Damen 1],
commercial & business managervan Damen (hierna: [medewerker Damen 1]) en B. [medewerker Damen 2],
project managerbij Damen, en anderzijds [medewerker Bramar],
owner representativenamens Thome c.s. en opsteller van het hierna te noemen rapport van Bramar Caribbean B.V. (hierna: Bramar).
3.1.11
Bij e-mail van 25 februari 2022 heeft [medewerker Damen 1] aan Thome c.s. bericht:
I am writing to inform you that during execution of ventilation process of the crane main boom unfortunately something went wrong
Resulting that the portside crane boom has been overpressures and deformed the side plates over an distance of approximate 5 meters.
Sad to say, damage has occurred to the crane boom to the items. Attached is a photograph of the areas that were damaged.
[foto’s]
The ventilation of the boom was require to ensure that the boom was safe to install the lifting eyes.
For yet unexplainable reason the boom has been over pressured with the result as described above.
Accordingly we have notified your representative at site and started an immediate investigation internally.
Also we will appoint an independent surveyor to make an assessment of the damage cause and to receive a repair procedure.
We sincerely apologize this occurrences and you can rest assured that we will be given top priority to repair the damage area.
3.1.12
Op 26 februari 2022 is namens Thome c.s. een condition report aan Damen gestuurd in verband met het ventilatie-incident. Hierin staat:
On behalf of DAMEN Ship Repairs; Mr. [medewerker Damen 1] informed us via E-Mail about an incident which finally damaged the jib of crane no. 1. The shipyard admit that damage caused solely by their activities, exactly investigations are in progress.
The permanent repair of the damaged jib shall be done as per Class DNV approved repair procedure at DAMEN Ship Repairs costs and time.
3.1.13
Op 28 februari 2022 werd de bestelde nieuwe dust seal bij Damen bezorgd. Op 1 maart 2022 heeft Damen de dust seal geïnstalleerd op de nieuwe draailager.
3.1.14
Bij e-mail van 1 maart 2022 heeft [medewerker Damen 1] onder meer bericht:
We confirm safe receipt of your below correspondence, which contents we have duly noticed.
Accordingly we are remaining further instructions from ALATAS/Class in respect of the repair plan and procedures for the crane boom. Also we would appreciate to receive a estimate of the cost involved in order to present this to our insurance for their evaluation.
3.1.15
Op 2 maart 2022 is namens Thome c.s. opnieuw een condition report aan Damen gestuurd in verband met het ventilatie-incident. Hierin staat:
With reference to our condition report no. 2 [dat van 26 februari 2002, toevoeging Hof] (…) we noticed that there are no activities for rectification of damage up to now. (…) We request from DAMEN Ship Repairs Curacao soonest action and information about future planning.
3.1.16
Bij e-mail van 4 maart 2022 heeft [ceo Damen], toenmalig
ceovan Damen (hierna: [ceo Damen]) in reactie op een e-mail van Thome c.s. geschreven:
Received and confirmed.
3.1.17
Bij e-mail van 15 april 2022 heeft [ceo Damen] onder meer geschreven:
The yard has commited to reinstate the damaged crane jib to its original condition and so we will do. We apologize for the inconvenience and eventual misunderstanding.
3.1.18
Damen heeft herstelwerkzaamheden verricht.
3.1.19
Op 5 mei 2022 ontvingen Thome c.s. twee pro forma facturen van Damen. Bij een van de facturen bracht Damen USD 471.065,87 in rekening voor de oorspronkelijk overeengekomen werkzaamheden en voor aanvullende werkzaamheden waarvoor
variation orders(meerwerkopdrachten) waren verstrekt. Bij de andere factuur bracht Damen USD 506.991,31 in rekening voor werkzaamheden tot herstel van de schade die ontstaan was bij het ventilate-incident.
3.1.20
Damen heeft zich beroepen op een retentierecht, ook voor de betaling van laatstbedoelde factuur. Thome c.s. hadden het schip reeds verkocht en geleverd aan een derde met de afspraak dat het schip op 8 juni 2022 door de nieuwe eigenaar in gebruik zou worden genomen en uit Curaçao zou vertrekken.
3.1.21
Na verder overleg heeft Damen op 2 juni 2022 een overzicht aan Thome c.s. gestuurd van de kosten van de oorspronkelijk overeengekomen werkzaamheden, de aanvullende werkzaamheden en de herstelwerkzaamheden. Het overzicht vermeldt een totaal van USD 896.584,39. Bij factuur van 7 juni 2022 heeft Damen dit bedrag bij Thome c.s. in rekening gebracht.
3.1.22
Op 8 juni 2022 hebben Thome c.s. onder protest het gefactureerde bedrag van USD 896.584,39 betaald, zodat de nieuwe eigenaar het schip in gebruik kon nemen.
3.1.23
In opdracht van de cascoverzekeraars van het schip heeft Independent Maritime Consulting LLC onderzoek gedaan en op 10 oktober 2022 rapport uitgebracht. In dit rapport staat over het brandincident onder meer (op p. 20 en 21):
11 OCCURRENCE 2 - BACKGROUND, DAMAGES, REPAIRS - CRANE NO. 1 DAMAGED NEW SLEW BEARING SEAL
Background
On February 14, 2022 during cutting of the crane wires by the Shipyard, the packaging material of the new slew bearing caught fire, which caused the dust seal from the slew bearing to burn. This incident was allegedly caused by sparks from the cutting of the crane wires. Owners have issued a Condition Report holding the Shipyard responsible for the damages and related costs for repairs.
Damages
Upon survey at Damen Shiprepair in Willemstad, Curacao, we noted damages as follows.
 The dust seal from the new slew bearing was found burnt
[foto’s 17-18]
Repairs
The permanent repairs at Damen Shiprepair Curacao included as follows:
 Replacement of the dust seal from the new slew bearing
As per Class requirement, a new seal was ordered for the new slew bearing and has been installed.
en over het ventilatie-incident op p. 21-25:

12.OCCURRENCE 3 - BACKGROUND - CRANE NO. 1 JIB DAMAGES

During the permanent repairs of crane No. 1 at Damen Shiprepair in Curacao (…), the crane house and jib were landed ashore as part of the original repair procedure. Upon inspection of the slew bearing flange it was decided by Alatas Crane Services that the flange had to be machined before installation of the new slew bearing. In order to do so the crane house had to be tilted to a horizontal position, for which the jib had to be removed.
On February 14, 2022, the luffing and hoisting wire along with the crane jib were removed.
On February 24, 2022, during ventilation of the jib, which was necessary for installation of additional pad-eyes for lifting of the jib back into position onboard upon completion of repairs, the jib was structurally damaged. This incident was allegedly caused by a wrong ventilation procedure. Owners have issued a second condition report holding the Shipyards responsible for the damages and related costs for repairs.
(…)

13.OCCURRENCE 3 - DAMAGES - CRANE NO. 1 JIB DAMAGES

Upon survey at Damen Shiprepair Curacao, Willemstad, Curacao, we noted damages as follows.
 Inner and outer girder plate of the jib were found distorted (blown outward), over a length of approximately twelve (12) meters.
 Adjacent top and bottom plate were found distorted.
 Internal longitudinal side stiffeners were found distorted.
 The jib structure in the damaged area was found without any steel wastage, excessive corrosion, or other pre-existing damages
It was noted that the Shipyard had made two 10mm ventilation holes in the jib. One hole for air inlet and another for the air to escape during the ventilation process of the crane.
[diagram 2 en foto’s 19-23]
en verder over het ventilatie-incident op p. 34-35:
Occurence No. 3 - damaged jib
In the opinion of the Undersigned the cause of the jib damages can be reasonably attributed to application of a wrong ventilation procedure by the Shipyard.
As part of the ventilation procedure Shipyard drilled one hole in the jib top plate section and another in the outer girder plate. Allegedly Shipyard applied working air pressure (approximately 7 bar) via one of the drilled holes in the jib. Due to uncontrolled ventilation (i.e. the process of applying air pressure, stopping and waiting for the applied air to escape before proceeding to apply more air and/or making suitably sized ventilation holes), the jib side girder plates were reasonably blown outward due to internal air pressure building up beyond structural strength.
3.1.24
Op 17 oktober 2024 heeft [medewerker Bramar], werkzaam bij Bramar, in opdracht van Thome c.s. rapport uitgebracht. In dit rapport staat over het brandincident onder meer (op p. 58-59):
[Damen] was requested to cut the wires by means of grinder instead of using a torch. This to reduce melted steel to fly around.
Damen ignored these instructions and did use a torch to cut the wires.
Cutting the wires was the only activity around that area at the moment of
the cutting and the new slewing bearing was positioned so the wind could take melting pieces of steel over a big distance directly in the direction of the new slewing bearing.
(…) [Damen] should have followed the request done by Alatas. If they had no fire would have been started.
Given the fact that it took some time (several minutes) between the moment the tarp catched fire and the moment the burning tarp damaged the rubber seal it may be concluded the fire guard did not act in a timely manner.
(…)
Alatas was contracted by vessel owners for the replacement of the slewing bearing and to supervise the job.
This however does not mean that Alatas is to supervise and be responsible for every single job related to the actual replacement of the bearing. [Damen] should always supervise and be responsible for yard assistance executed. (…)
en over het ventilatie-incident (op p. 7-8):
During a job walk undersigned discovers damages to the left part of the crane boom at 10.45 hrs.
While inspecting the damages and taking pictures undersigned receives a phone call from Miraldo [medewerker Damen 1] asking to come to his office because we had to discuss something.
Directly after arriving at [medewerker Damen 1]’s office ([medewerker Damen 2] was also present) [medewerker Damen 1] explains that they had made a terrible mistake in Tuesday afternoon with ventilating the boom resulting in damages to the boom.
[medewerker Damen 2] also admits that the hole drilled for ventilation was not big enough resulting in too high pressure and deforming of the boom.
Apologies were made and [medewerker Damen 1] assured that [Damen] will do whatever is in their power to correct this mistake and repair the boom asap.
Undersigned asks [medewerker Damen 1] to confirm this by email to vessel owners.
Vorderingen
3.2
In dit geding hebben Thome c.s. in eerste aanleg betaling gevorderd van, verkort weergegeven:
a. USD 551.151,77 als onverschuldigd betaald, met rente,
b. USD 315.700 aan vertragingsschade, met rente,
c. NAf 12.000 als vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten
d. USD 12.452,95 als vergoeding van kosten van een deskundige; en
e. NAf 2.808 aan beslagkosten;
met proceskosten, nakosten en rente.
Beslissingen van het Gerecht
3.3
Bij het bestreden vonnis heeft het Gerecht de vorderingen toegewezen (met matiging van het bedrag ter vergoeding van buitengerechtelijke kosten).
3.4
Aan deze beslissing heeft het Gerecht, verkort weergegeven, de volgende overwegingen ten grondslag gelegd.
De herstelwerkzaamheden vallen niet onder de overeengekomen werkzaamheden en zijn niet verricht op basis van een variation order (4.5).
Het
brandincidentheeft plaatsgevonden door onzorgvuldig handelen van Damen. Damen heeft in strijd met de instructie van Alatas een brander gebruikt in plaats van een slijpmachine. Daarnaast heeft Damen de brandwacht niet ingezet, althans heeft de brandwacht niet deugdelijk toezicht gehouden (4.8). De reguliere werkzaamheden werden onder verantwoordelijkheid en toezicht van Damen verricht. Niet is gebleken dat Alatas een toezichthoudende taak had bij dit meerwerk. Damen heeft aansprakelijkheid niet van de hand gewezen en heeft zonder nadere afspraken de nieuwe draailager hersteld (4.9).
Het
ventilatie-incident met zijn schade is niet het gevolg van een gebrekkige giek (4.11). Het ventilatie-incident moet worden toegerekend aan Damen wegens onzorgvuldige uitvoering van de ventilatieprocedure (4.12-4.13). Niet Alatas, maar Damen is verantwoordelijk voor het ventilatie-incident (4.14). Damen heeft aansprakelijkheid voor het ventilatie-incident erkend (4.15-4.18).
Het beroep van Damen op de
exoneratieclausuleis naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar (4.21). De vertraging kan niet voor rekening van Thome c.s. komen (4.26).
Eisvermeerdering in hoger beroep
3.5
In hoger beroep hebben Thome c.s. hun eis vermeerderd met USD 4.994, te vermeerderen met wettelijke rente. Dit ziet op een gestelde betaling door Thome c.s. van USD 4.540 voor de nieuwe slew bearing met een opslag van 10% als
handling fee.
Beoordeling door het Hof
3.6
Het contract tussen partijen bevat een exoneratieclausule (art. 9.1.1 onder a van deel 2, zie 3.1.3 hiervoor). Het Hof is van oordeel dat Damen zich daarop kan beroepen en overweegt daartoe als volgt.
3.7
Veronderstellenderwijs gaat het Hof uit van de toedracht die het meest ongunstig voor Damen is en die zij heeft betwist. Dat is de volgende toedracht:
a. Het brandincident is ontstaan doordat personeel dat onder verantwoordelijkheid van Damen werkte, bij het doorsnijden van
wireseen brander (
torch) heeft gebruikt in plaats van een slijpmachine (
grinder). Dit personeel stond onder toezicht van personeel dat ook onder verantwoordelijkheid van Damen werkte. Het gebruik van de brander was in strijd met een instructie van Alatas. In de richting van de
dust sealvan de nieuwe draailager stond een zodanige wind dat vonken tot op grote afstand vuur konden veroorzaken. De brandweer die ook onder verantwoordelijkheid van Damen werkte, hield hier onvoldoende toezicht op en greep niet tijdig in.
b. Het ventilatie-incident is ontstaan doordat personeel dat onder verantwoordelijkheid van Damen werkte een te klein gat in de giek heeft geboord en daardoor de giek onder grotere druk heeft geventileerd dan deze aankon. Dit personeel stond onder toezicht van personeel dat ook onder verantwoordelijkheid van Damen werkte.
3.8
Bij bovenstaande veronderstelde toedracht zijn aan Damen toe te rekenen fouten gemaakt, die te wijten zijn aan onzorgvuldigheid en schuld bij Damen. Het is echter, ook in samenhang beschouwd, onvoldoende om
gross negligenceals bedoeld in de exoneratieclausule van het uitvoerend en toezichthoudend personeel aan te nemen. De mate van gevaarzetting, de mate van bewustheid van het gevaar en de mate van verwijtbaarheid die volgen uit deze veronderstelde toedracht en de verder door Thome c.s. gestelde feiten, zijn daarvoor onvoldoende ernstig. De ervaring leert dat de dagelijke omgang met machines, werktuigen en gereedschappen het personeel dat het gebruikt er licht toe zal brengen niet alle voorzichtigheid in acht zal nemen die ter voorkoming van ongelukken geraden is (vergelijk in een enigszins andere context: HR 10 oktober 2005, ECLI:NL:HR:2005:AU2235). Hiermee moet ten gunste van Damen rekening worden gehouden bij de eisen die aan
gross negligenceworden gesteld. Ook moet worden gewaakt tegen
hindsight bias, in die zin dat als een ongeluk zich verwezenlijkt heeft, daaruit op zichzelf niet achteraf kan worden afgeleid dat het vooraf bestaande risico groot was.
3.9
Het voorgaande brengt niet alleen mee dat gross negligence van het uitvoerend en toezichthoudend personeel van Damen niet kan worden aangenomen, maar ook dat
inflicting damages intentionallydoor dat personeel niet kan worden aangenomen.
3.1
Aan het management van Damen kan wellicht verweten worden dat het geen of onvoldoende veiligheidsprotocollen of richtlijnen heeft opgesteld en gehandhaafd bij brandgevaarlijke werkzaamheden en het ventileren van gesloten ruimtes, maar daaruit kan niet worden afgeleid dat het management bewust grote risico’s heeft genomen.
Gross negligenceof
inflicting damages intentionallyvan het management van Damen kan daarom evenmin worden aangenomen.
3.11
Aansprakelijkheid van Damen voor schade als gevolg van beide incidenten is dus contractueel uitgesloten.
3.12
Anders dan het Gerecht, leest het Hof in de zijdens Damen gedane verklaringen en gedragingen geen erkenning van aansprakelijkheid of schadeplichtigheid en geen toezegging dat, ondanks de exoneratieclausule, de herstelwerkzaamheden niet in rekening zouden worden gebracht. Hiertoe overweegt het Hof als volgt.
3.12.1
Niet is gebleken dat de exoneratieclausule in de contacten tussen Thome c.s. en Damen zijn genoemd.
3.12.2
Indien technisch personeel van Damen mondeling heeft verklaard dat Damen (technische) fouten heeft gemaakt, mochten Thome c.s. daar redelijkerwijs geen verklaringen over rechtsgevolgen in lezen. Ook uitingen van spijt en excuses houden geen erkenning van schadeplichtigheid of toezegging van gratis herstel in, evenmin als de inschakeling van verzekeraars. Ook de omstandigheid dat Damen niet meteen heeft gereageerd op stellingen zijdens Thome c.s. dat Damen aansprakelijkheid zou hebben erkend, levert geen gerechtvaardigde verwachting bij Thome c.s. op dat het herstel gratis zou zijn.
3.12.3
De e-mail van [medewerker Damen 1] van 25 februari 2022 (zie 3.1.11 hiervoor) vermeldt, naast spijtbetuigingen, ook dat de reden van de ontstane overdruk nog onbekend is en dat er onderzoek zal worden gedaan naar de schadeoorzaak.
3.12.4
Uit het gebruik van het woord
accordinglyin de e-mail van [medewerker Damen 1] van 1 maart 2022 (zie 3.1.14 hiervoor) blijkt slechts dat het afwachten van een
repair planin overeenstemming is met hetgeen Thome c.s. verlangden.
3.12.5
De e-mail van [ceo Damen] van 4 maart 2022 (zie 3.1.16 hiervoor) bevestigt slechts dat Damen de herstelwerkzaamheden in samenwerking met Alatas zal uitvoeren.
3.12.6
Ook in de latere mails zijdens Damen heeft het Hof geen toezegging aangetroffen dat het herstel voor rekening van Damen zou zijn.
3.12.7
Thome c.s. moesten redelijkerwijs begrijpen dat Damen geen voorrang gaf aan discussie over de aansprakelijkheid, maar aan herstel. Thome c.s. drongen ook aan op snel herstel door Damen.
3.12.8
Uit de omstandigheid dat Damen geen variation order heeft verlangd om de herstelwerkzaamheden uit te voeren, volgt slecht dat Damen de herstelwerkzaamheden niet als meerwerk bij de oorspronkelijke opdracht heeft geboekt, maar daaraan mochten Thome c.s. geen vertrouwen ontlenen dat de werkzaamheden gratis zouden zijn.
3.13
Gelet op het voorgaande kan niet worden aangenomen dat Damen aansprakelijkheid heeft erkend, noch dat zij het recht heeft verwerkt zich te beroepen op de exoneratieclausule. Bij dit oordeel beschouwt het Hof de in 3.12.1-3.12.8 besproken argumenten van Thome c.s. ook in onderling verband en samenhang.
3.14
Ook voor het overige hebben Thome c.s. onvoldoende gesteld om het oordeel te kunnen rechtvaardigen dat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is dat Damen zich op de exoneratieclausule beroept. Dit geldt ook als de verschillende gezichtspunten, genoemd in onder meer HR 19 mei 1967, ECLI:NL:HR:1967:AC4745, NJ 1967/261 ([naam]
/HBU) en HR 20 februari 1976, ECLI:NL:HR:1976:AC5695 , NJ 1976/486 (
Pseudovogelpest), in aanmerking worden genomen. De overeenkomst is gesloten tussen twee grote commerciële partijen. Er bestaat geen wanverhouding tussen de kosten van de oorspronkelijk overeengekomen werkzaamheden inclusief meerwerk en de kosten van herstel van de schade van het ventilatie-incident (zie 3.1.19 hiervoor).
3.15
Damen kan dus niet aansprakelijk worden gehouden voor de schade als gevolg van beide incidenten. Anders dan Thome c.s. hebben aangevoerd, brengt dit mee dat Damen kosten in rekening kan brengen voor haar herstelwerkzaamheden. Hierbij is van belang dat Thome c.s. erop hebben aangedrongen dat Damen de schade (met spoed) zou herstellen. Thome c.s. hebben de hoogte van de factuur voor herstelkosten niet of onvoldoende betwist.
3.16
Ook voor vertragingsschade (al dan niet veroorzaakt door de incidenten) is Damen niet aansprakelijk. Dat volgt uit voorgaande oordelen. Daar komt bij dat in het contract (deel 1, onder 9, zie 3.1.3 hiervoor) staat dat de einddatum van de werkzaamheden een
estimate(schatting) is.
3.17
Uit het voorgaande volgt ook dat niet kan worden aangenomen dat Damen misbruik heeft gemaakt van haar retentierecht.
3.18
Het hoger beroep slaagt. Het vonnis waarvan beroep dient te worden vernietigd. De in eerste aanleg ingestelde vorderingen moeten alsnog worden afgewezen. Ook de voor het eerst in hoger beroep ingestelde vordering moet worden afgewezen. Thome c.s. zullen als de in het ongelijk gestelde partijen worden veroordeeld in de kosten van beide instanties.
B E S L I S S I N G
Het Hof:
vernietigt het vonnis waarvan beroep;
en opnieuw rechtdoende:
wijst de vorderingen van Thome c.s. af;
veroordeelt Thome c.s. in de kosten van het geding in eerste aanleg, aan de zijde van Damen gevallen en begroot op Cg 10.000,00 aan salaris voor de gemachtigde;
veroordeelt Thome c.s. in de kosten van het geding in hoger beroep, aan de zijde van Damen gevallen en tot op heden begroot op Cg 15.650,50 aan verschotten en Cg 20.000,00 aan salaris voor de gemachtigde;
verklaart de proceskostenveroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mrs. G.C.C. Lewin, W.P.M. ter Berg en E.P. van Unen, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, ondertekend door de rolrechter en ter openbare terechtzitting van het Hof in Curaçao uitgesproken op 12 augustus 2025 in tegenwoordigheid van de griffier.