ECLI:NL:OGHACMB:2017:9
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Beschikking
- J. de Boer
- G.C.C. Lewin
- S.A. Carmelia
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen afwijzing verzoek om nabetaling en kennelijk onredelijk ontslag
In deze zaak gaat het om een hoger beroep ingesteld door [appellant] tegen de beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (GEA) van 10 mei 2016, waarin zijn verzoeken om nabetaling van achterstallige emolumenten en een verklaring voor kennelijk onredelijk ontslag zijn afgewezen. [Appellant] heeft op 21 juni 2016 tijdig hoger beroep ingesteld en verzocht om vernietiging van de bestreden beschikking en toewijzing van zijn verzoeken. De naamloze vennootschap Isla Alegre Restaurants N.V., de oorspronkelijke verweerster, heeft het hoger beroep bestreden en geconcludeerd tot afwijzing ervan.
Tijdens de mondelinge behandeling op 20 december 2016 zijn beide partijen vertegenwoordigd door hun gemachtigden. Het Hof heeft de gronden van het hoger beroep en de feiten uit de bestreden beschikking in overweging genomen. [Appellant] stelt dat hij op 7 augustus 2015 is ontslagen, maar het Hof oordeelt dat dit niet is komen vast te staan. Het Hof sluit zich aan bij het oordeel van het GEA en bevestigt de afwijzing van de verzoeken van [appellant].
Het Hof overweegt verder dat de overlegging van confraternele correspondentie door Isla Alegre niet in strijd is met de regels van bewijsuitsluiting, omdat het belang van waarheidsvinding zwaarder weegt. Het Hof concludeert dat [appellant] als general manager zelf instructies heeft gegeven tot verlaging van de emolumenten, en dat hij niet gedwongen is om dit te doen. De bestreden beschikking wordt bevestigd, en [appellant] wordt veroordeeld in de kosten van het hoger beroep, begroot op Afl. 6.000,= aan gemachtigdensalaris.