Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.FEITEN
3.GESCHIL
4.BEOORDELING VAN HET BEROEP
Ontvankelijkheid van het beroep
5.PROCESKOSTEN EN GRIFFIERECHT
6.DE BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 15 april 2024 uitspraak gedaan over de ontvankelijkheid van het beroep van belanghebbende tegen naheffingsaanslagen loonbelasting en premies AOV/AWW en AZV voor de jaren 2013, 2014 en 2015. De belanghebbende, een vennootschap opgericht naar Arubaans recht, had pro-forma bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslagen, maar het Gerecht oordeelde dat het beroep niet-ontvankelijk was wegens overschrijding van de beroepstermijn. De uitspraken op bezwaar waren gedateerd op 17 mei 2019, terwijl het beroepschrift pas op 15 februari 2023 was ingediend, wat ruimschoots buiten de wettelijke termijn van twee maanden viel.
Het Gerecht overwoog dat de belanghebbende nooit had aangetoond dat zij de uitspraken op bezwaar niet had ontvangen. De huidige gemachtigde van belanghebbende had pas 3,5 jaar na de uitspraken op bezwaar de ontvangst betwist, wat het Gerecht ongeloofwaardig achtte. Bovendien had de belanghebbende in de tussenliggende periode meerdere betalingsregelingen getroffen, waaruit bleek dat zij de naheffingsaanslagen als onherroepelijk vaststonden.
Het Gerecht concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die de termijnoverschrijding verschoonbaar maakten. De Inspecteur had bovendien onterecht een tweede uitspraak op bezwaar gedaan, wat de ontvankelijkheid van het beroep niet herstelde. De uitspraak van het Gerecht was dat de beroepen tegen de naheffingsaanslagen niet-ontvankelijk werden verklaard, zonder dat de inhoudelijke argumenten van partijen aan de orde kwamen.