Verweerder heeft inmiddels bij bestreden beslissing van 30 augustus 2023, opnieuw beslissend op het bezwaar van verzoekers 1 en 10, dat bezwaar wederom ongegrond verklaard (beslissing op bezwaar 3). In deze beslissing staat – voor zover hier van belang – het volgende:
“ (…)
Aanvulling n.a.v. rechtsoverweging 7.1 tot en met 7.3 “Redelijke eisen van Welstand”
(…) Ten aanzien hiervan wordt vermeld dat de Welstandscommissie een zelfstandige onafhankelijke commissie is van deskundigen. (…) Er wordt min of meer vanuit gegaan en verwacht dat er aan de juiste criteria wordt getoetst. (…) Aldus mocht er bij de toetsing van bouwaanvraag 0994-2019 aan artikel 21a, aanhef en onder e redelijkerwijs van worden uitgegaan dat de redelijke eisen van welstand door de welstandscommissie wettelijk zijn getoetst. (…) Echter naar aanleiding van de uitspraak van 7 juli 2023 is de Welstandscommissie, als zelfstandig onafhankelijk orgaan, verzocht om hun beredenering gemotiveerd op schrift te stellen, met betrekking tot het afgeven van geen bezwaar voor de bouwplannen van TRRE (bijlage 3). (…)
De woningen in deze omgeving zijn ruim 40 jaar geleden, met de sluiting van de olieraffinaderij “Lago”, verlaten en bevinden zich, naast de enkele opgeknapte woning, in een zeer slechte en onbewoonbare staat. (…) Het is over het algemeen een verloederde wijk, zonder homogene stijl, openbaar groen, openbare ruimten of relevante gebouworiëntatiepunten en de opgeknapte woningen hebben weinig tot niets met elkaar gemeen qua architectuur. Het is, in de staat waarin de “Colony” verkeert, vrijwel onmogelijk om de enkele opgeknapte woningen als stedenbouwkundig plan of architectonische referenties te nemen (bijlage 4). (…)
Voor wat betreft de massa, structuur, maat en schaal, detaillering en materiaalkeuze, de samenhang in het gebouw of de gebouwen, voor wat betreft de onderlinge relatie tussen de samenstellende delen daarvan, heeft de DOW, conform de technische en constructieve bepalingen getoetst. Deze toetsing is niet gebaseerd op de redelijke eisen van welstand maar of het plan technisch en constructief aanvaardbaar, bruikbaar, functioneel, toegankelijk en veilig is, zoals vervat in het Bouwbesluit. Ook is gekeken naar de duurzaamheid, die tot uiting kwam in de tekeningen van de gevels (…).
Bij brief van 17 december 2019 heeft de Dienst Brandweer zijn bezwaren met betrekking tot de bouwaanvraag 0994-2019 aan de DOW kenbaar gemaakt. Er waren onvoldoende vluchtwegen. TRRE heeft daarna gewijzigde tekeningen ingediend, waarna de Dienst Brandweer op 15 mei 2020 de bouwaanvraag nummer 0994-2019 heeft goedgekeurd. (…)
Er bestonden bij de toetsing aan de bouwaanvraag 0994-2019, aldus ook geen weigeringsgronden op grond van artikel 22, aanhef en onder e.
N.a.v. rechtsoverweging 9.1/9.3
(…) Ten aanzien hiervan worden de daartoe behorende stukken als bijlage gevoegd.
i.v.m. Belangenafweging nota (bijlage 5)
De Nota Belangenafweging is gebaseerd op wettelijke artikelen uit de Bouw- en Woningverordening en het Burgerlijk Wetboek van Aruba. Zo dient de belangenafweging in ieder geval gebaseerd te zijn op de afstanden tot de perceelgrenzen, een stelsel van rooilijnen, maximale bouwhoogtes en drainage. V.w.b. hinder, lucht, licht en privacy -deze hebben ook te maken met de afstanden tot naburige perceelgrenzen- dient er rekening te worden gehouden met artikel 12 van de Bouw- en Woningverordening en artikel 50 en 51 van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek. (…)
Afstand percelen (bijlage 6)
(…) Het perceel van TRRE grenst niet direct aan deze percelen. (…) De terreingrens van de heer [verzoeker] ligt ruim 40 meter verwijderd van de terreingrens van TRRE. De terreingrens van mevrouw [verzoekster] ligt op 83 meter van de hoek van de terreingrens van het perceel van TRRE. Vanuit haar terreingrens wordt het zicht op de zee zeer zeker niet geblokkeerd. (…) De bouwvergunning is hiertoe getoetst aan artikel 24 van de Bouw- en Woningverordening en voldeed aan de in de erfpacht voorwaarden opgenomen bestemming. (…) De grondwaarde die voor deze woningen in casu wordt gehanteerd is dus niet op grond van het feit dat het terrein vrij uitzicht op zee bood. Er zijn dus ook andere woningen in bovengenoemde Avenues met geen/weinig uitzicht op zee, waarbij het uitzicht wordt belemmerd door andere woningen. (…) Met betrekking tot de bouwhoogte en drainage dient te worden vermeld dat de bouwhoogte voldoet aan de voorwaarden opgenomen in de erfpachtakte en de vigerende bepalingen. (…) Voor wat betreft de drainage wordt vermeld dat deze rechtstreeks volgt uit het Burgerlijk Wetboek van Aruba (…). Uw woonhuizen liggen ten noorden en noordoosten van het perceel van TRRE. Gelet hierop zal u geen tot weinig last ondervinden van geluid en zal u niet worden ontzien van voldoende lucht en licht. (…)
Anders dan u stelt is de bouwvergunning niet in strijd met artikel 22, sub a, c, e, f, h en i van de Bouw- en Woningverordening en is de bouwvergunning correct en conform de vigerende bepalingen afgegeven. Er bestonden geen weigeringsgronden (…).”.