Uitspraak
1.Procesverloop
2.Uitgangspunten en feiten
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
21 maart 2025.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 21 maart 2025 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen Booking.com B.V. en Stichting Pensioenfonds PGB. De zaak betreft de verplichtstelling van deelname aan een bedrijfstakpensioenfonds voor de reisbranche en de verjaring van premievorderingen. Booking.com, een online reisagent, werd door PGB aangesproken op haar verplichting om deel te nemen aan het pensioenfonds. PGB stelde dat de verplichtstelling gold vanaf 1 januari 1999 voor deelname aan het Bpf Reisbranche en sinds 1 januari 2021 aan PGB. De Hoge Raad oordeelde dat Booking.com inderdaad als een (online) reisagent kan worden aangemerkt en dat de vordering van PGB tot betaling van pensioenpremies niet was verjaard. De Hoge Raad verwierp het beroep van Booking.com en bevestigde de verplichting tot deelname aan het pensioenfonds. De uitspraak volgt op eerdere arresten van de Hoge Raad en het gerechtshof, waarin de rechtsopvolging en de voorwaarden voor deelname aan het pensioenfonds zijn behandeld. De Hoge Raad heeft de kosten van het geding in cassatie aan Booking.com opgelegd.