Uitspraak
1.Procesverloop
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
7 juli 2023.
Hoge Raad
In deze zaak hebben eisers, wonende te [woonplaats], beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 28 juni 2022. Dit arrest volgde op eerdere vonnissen van de rechtbank Oost-Brabant en eerdere arresten van het hof. De eisers hebben het cassatieberoep ingesteld tegen de verwerende partijen, die niet verschenen zijn in de procedure. De Advocaat-Generaal S.D. Lindenbergh heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep, waarop de advocaat van eisers schriftelijk heeft gereageerd.
De Hoge Raad heeft de klachten van eisers over het arrest van het hof beoordeeld. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest. Het is niet nodig om te motiveren waarom dit oordeel is gegeven, aangezien de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
In de beslissing heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en de eisers veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verwerende partijen zijn begroot op nihil. Dit arrest is gewezen op 7 juli 2023 en openbaar uitgesproken door raadsheer F.J.P. Lock.