In deze zaak heeft de Hoge Raad op 25 maart 2022 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen Accord c.s. en NPS. Accord c.s., bestaande uit Accord Healthcare Ltd. en Accord Healthcare B.V., hebben cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag. De zaak betreft een geschil over de geldigheid van een octrooi op een selectie-uitvinding in de farmaceutische sector, waarbij de inventiviteit van de uitvinding aan de orde is. De Hoge Raad heeft de klachten van Accord c.s. over het arrest van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest. De Hoge Raad heeft daarbij geen motivering hoeven geven, omdat de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
De Hoge Raad heeft ook de proceskosten aan de zijde van NPS begroot op € 46.000,--, vermeerderd met wettelijke rente indien Accord c.s. deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak voldoen. De conclusie van de Advocaat-Generaal strekte tot verwerping van het cassatieberoep, en de advocaat van Accord c.s. heeft schriftelijk op deze conclusie gereageerd. De zaak is behandeld met toepassing van de Indicatietarieven in octrooizaken, waarbij partijen zijn overeengekomen dat de kosten op de voet van artikel 1019h Rv kunnen worden begroot op het indicatietarief voor een normale zaak.