In deze zaak hebben eisers, waaronder [eiser 1] en AMSTELBOATS B.V., beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam. Dit arrest, dat op 19 mei 2020 is gewezen, betreft een vordering tot vernietiging van een arbitraal vonnis. De eisers hebben hun beroep in cassatie ingediend na het indienen van een verweerschrift door de Gemeente Amsterdam en Stichting Waternet, gezamenlijk aangeduid als de Gemeente c.s. De advocaat van de Gemeente c.s., F.E. Vermeulen, heeft de zaak toegelicht, met ondersteuning van P.E. Ernste. De Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep, waarop de advocaat van de eisers schriftelijk heeft gereageerd.
De Hoge Raad heeft de klachten van de eisers over het arrest van het hof beoordeeld. De Hoge Raad oordeelt dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest. Het is niet nodig om de redenen voor dit oordeel te motiveren, aangezien de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bepaald in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
In de beslissing heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en de eisers veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de Gemeente c.s. zijn begroot op € 902,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Dit arrest is gewezen op 4 februari 2022.