In deze zaak heeft De Vereende N.V., voorheen Verenigde Assurantiebedrijven Nederland N.V., beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het gerechtshof Den Haag van 14 mei 2019. De zaak betreft de beroepsaansprakelijkheid van een taxateur die de waarde van een perceel heeft getaxeerd. De centrale vraag is of de taxateur een beroepsfout heeft gemaakt volgens het maatmancriterium. Daarnaast wordt de rol van de curator in het faillissement van [A] B.V. onderzocht, specifiek of de curator door de plaatsing van de vordering van de kopers op de lijst van voorlopig erkende crediteuren de aansprakelijkheid van de taxateur heeft erkend.
De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien het niet nodig was om vragen te beantwoorden die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
In de beslissing heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en De Vereende veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 2.091,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente indien deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak zijn voldaan. Het arrest is gewezen op 9 oktober 2020 door de vicepresident M.V. Polak en de raadsheren C.H. Sieburgh en F.J.P. Lock.