Uitspraak
zetelende te Moskou, Rusland,
gevestigd te Nicosia, Cyprus,
gevestigd te Nicosia, Cyprus,
gevestigd te Douglas, Isle of Man,
2.Uitgangspunten en feiten
3.Bevoegdheid van de Hoge Raad
4.Beslissing
25 september 2020.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Russische Federatie cassatieberoep ingesteld tegen de arresten van het hof van 25 september 2018 en 18 februari 2020. De Russische Federatie heeft op basis van artikel 1066 (oud) Rv een verzoekschrift ingediend bij de Hoge Raad, waarin zij onder andere verzoekt om schorsing van de tenuitvoerlegging van de arbitrale beslissingen. De betrokken partijen, waaronder Hulley Enterprises Limited, Veteran Petroleum Limited en Yukos Universal Limited, hebben verweer gevoerd en betwist dat de Hoge Raad bevoegd is om kennis te nemen van de verzoeken van de Russische Federatie. De Advocaat-Generaal heeft geconcludeerd dat de Hoge Raad zich bevoegd moet verklaren om kennis te nemen van het verzoek tot schorsing.
De Hoge Raad heeft in zijn uitspraak vastgesteld dat hij bevoegd is om kennis te nemen van het verzoek tot schorsing van de tenuitvoerlegging van het arbitraal vonnis, hangende de vernietigingsprocedure. De Hoge Raad heeft daarbij de relevante artikelen uit het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) in overweging genomen en geconcludeerd dat de term 'de rechter die omtrent de vernietiging oordeelt' ook de Hoge Raad omvat in het kader van een cassatieprocedure. De Hoge Raad heeft de verzoeken van de Russische Federatie tot schorsing en zekerheidstelling toegewezen en bepaald dat de betrokken partijen de gelegenheid hebben om te reageren op deze verzoeken.
De uitspraak benadrukt de bevoegdheid van de Hoge Raad in zaken die betrekking hebben op arbitrage en de mogelijkheid voor partijen om verzoeken tot schorsing in te dienen, zelfs wanneer er een cassatieprocedure aanhangig is. Dit biedt een belangrijke juridische basis voor de behandeling van dergelijke verzoeken in het kader van arbitrale geschillen.