Uitspraak
de Staatssecretaris van Financiëntegen de uitspraak van het
Gerechtshof Amsterdamvan 1 november 2017, nr. 16/00592, op het hoger beroep van
[X] B.V.te
[Z](hierna: belanghebbende) tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland (nr. HAA 15/5426) betreffende de ten aanzien van belanghebbende voor het jaar 2014 gegeven beschikking als bedoeld in artikel 38 van de Wet financiering sociale verzekeringen. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.
1.Geding in cassatie
2.Beoordeling van de middelen
,onder meer dat, indien al het per 1 januari 2014 gewijzigde premiepercentage een door artikel 1 EP bestreken element van terugwerkende kracht bevat, het Hof ten onrechte heeft geoordeeld dat de regeling een ‘fair balance’ ontbeert tenzij specifieke en dwingende redenen bestaan voor de aantasting van de gerechtvaardigde verwachtingen van de betrokken werkgevers.