ECLI:NL:HR:2019:1712
Hoge Raad
- Cassatie
- R.J. Koopman
- P.M.F. van Loon
- L.F. van Kalmthout
- Rechtspraak.nl
Vervallenverklaring van een eerder arrest in belastingzaak met betrekking tot volmacht en bevoegdheid
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 november 2019 het arrest van 27 september 2019, nr. 19/00744, vervallen verklaard. Het beroep in cassatie was ingesteld door [A] namens [X] B.V. te [Z]. Bij het indienen van het beroepschrift was een machtiging gevoegd, ondertekend door [B]. De griffier had op 20 februari 2019 verzocht om een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel, waaruit moest blijken dat de ondertekenaar van de volmacht gerechtigd was deze te verstrekken. Omdat dit uittreksel niet was overgelegd, verklaarde de Hoge Raad het beroep in cassatie op 27 september 2019 niet-ontvankelijk.
Echter, na het uitspreken van dit arrest bleek dat het uittreksel op 1 april 2019, binnen de gestelde termijn, door de Hoge Raad was ontvangen. Dit leidde tot de conclusie dat het eerdere arrest niet langer geldig was, omdat de noodzakelijke documentatie alsnog was overgelegd. De Hoge Raad heeft daarom besloten dat het geding wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond ten tijde van het eerdere arrest. De beslissing om het arrest te vervallen te verklaren, werd genomen door vice-president R.J. Koopman en de raadsheren P.M.F. van Loon en L.F. van Kalmthout, en werd openbaar uitgesproken op 8 november 2019.