Uitspraak
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
gevestigd te Spijkenisse,
gevestigd te Dirksland,
gevestigd te Rotterdam,
gevestigd te Rotterdam,
gevestigd te Rotterdam,
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
4 oktober 2019.
Hoge Raad
In deze zaak heeft [eiseres] B.V. cassatie ingesteld tegen het arrest van het gerechtshof van 28 november 2017. De zaak betreft de voortzetting van het faillissement van een ziekenhuis na een pre-packprocedure. De Hoge Raad heeft de klachten van [eiseres] niet gegrond verklaard en het cassatieberoep verworpen. De advocaat-generaal E.B. Rank-Berenschot had in zijn conclusie tot verwerping van het cassatieberoep geadviseerd. De Hoge Raad oordeelde dat de aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft [eiseres] bovendien veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 6.662,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met wettelijke rente indien deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak zijn voldaan. Dit arrest is gewezen op 4 oktober 2019 en openbaar uitgesproken door raadsheer C.E. du Perron.