ECLI:NL:HR:2018:259

Hoge Raad

Datum uitspraak
13 februari 2018
Publicatiedatum
22 februari 2018
Zaaknummer
16/04271
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen ongeldig verklaard rijbewijs en bewijsvoering

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 februari 2018 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De verdachte was als bestuurder van een motorrijtuig opgetreden terwijl zijn rijbewijs ongeldig was verklaard. De advocaat van de verdachte, N. van Schaik, had een middel van cassatie voorgesteld, waarin werd geklaagd dat de bewezenverklaring ontoereikend was gemotiveerd. De Hoge Raad oordeelde dat uit de door het Hof gebezigde bewijsmiddelen niet kon volgen dat de verdachte wist dat zijn rijbewijs ongeldig was verklaard. Dit was een belangrijk punt, aangezien de verdachte eerder al meermalen was veroordeeld voor overtredingen van artikel 9.2 van de Wegenverkeerswet 1994, maar dit maakte niet automatisch dat hij op de hoogte was van de ongeldigverklaring van zijn rijbewijs. De Advocaat-Generaal D.J.C. Aben had geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en terugwijzing van de zaak naar het gerechtshof. De Hoge Raad volgde deze conclusie en vernietigde de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waarbij de zaak werd terugverwezen voor herbehandeling op het bestaande hoger beroep.

Uitspraak

13 februari 2018
Strafkamer
nr. S 16/04271
SLU
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, van 12 augustus 2016, nummer 21/003365-15, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1972.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft N. van Schaik, advocaat te Utrecht, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal D.J.C. Aben heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en tot terugwijzing van de zaak naar het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, teneinde op het bestaande hoger beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.
2. Beoordeling van het middel
2.1.
Het middel klaagt dat de bewezenverklaring ontoereikend is gemotiveerd, nu uit de door het Hof gebezigde bewijsmiddelen niet kan volgen dat de verdachte "wist" dat zijn rijbewijs ongeldig was verklaard.
2.2.
Het middel slaagt op de in de conclusie van de Advocaat-Generaal onder 8 vermelde gronden.

3.Slotsom

Hetgeen hiervoor is overwogen brengt mee dat de bestreden uitspraak niet in stand kan blijven en als volgt moet worden beslist.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
vernietigt de bestreden uitspraak;
wijst de zaak terug naar het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, opdat de zaak op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren Y. Buruma en A.L.J. van Strien, in bijzijn van de waarnemend griffier J.D.M. Hart, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
13 februari 2018.